
3 0 2 II. KL. VIJFTIENDE FAMILIE. SCROPHÜLOSES.
0 o r z a k e 11.
Lupus komt, even als de meeste soorten van klierziekte,
menigvuldiger in het Yrouwelljke dan in het mannelijke
Geslacht en meestal bij kinderen en jonge lieden
voor. Men heeft hem reeds bij voorwerpen van 3 tot
4 jaren waargenomen; gewoonlijk echter ontstaat hij omstreeks
den tijd der huwbaarheid, tusschen het 12^® en
16^®, of körten tijd na den aanvang van den mannelijken
leeftijd, tusschen het 16^® en 24»*® jaar. Slechts bij
Vfijze van uitzondering vertoont hij zieh ooklater, bij
voorwerpen, die reeds vroeger aan andere vormen van
klierziekte hebben geleden. Hij is ahijd een uitwerksel
der klierziekige Dyscrasie, en ik heb reeds vermeld, dat
vele van zijne soorten en varieteiten meer bij torpide,
dan bij prikkelbare scrophuleuze gestellen voorkomen.
Sonwijlen is de huidw^olf de eerst ontstaande ziektevorm
eener klierziekige nederzetting; menigvuldiger echter
zijn hem reeds andere Scrophuloses der klieren en beenderen,
Favus en Alphus, Ophthalmia of Ozoena scrophulosa
enz. voorafgegaan, en veelal begint hij dan in
de nabijheiii der reeds vroeger ziekelyk aangedaiie Organen,
b. v. in vereeniging met Ozoena aan den neus.
Dikwijls ziet men echter ook de verschijnselen van gevyone
klierziekte omstreeks den tijd der huwbaarheid
verdwijnen en , korteren of längeren tijd daarna, Lupus
daarvoor in de plaats treden, even als men, in hetzelfde
levenstijdperk, Scrophulae der klieren en dgl.
ziet genezen en daarvoor tuberkels in de longen ontstaan.
Opmerkensyyaardig is het, dat, onder zoodanige verhoudingen,
bij zieken van het vrouwelijke Geslacht, dikwerf
de ontlasting der maandstonden met de verschijning
van Lupus ongeregeld, spaarzaam en pijnlijk vrordt, ja
zelfs geheel wegblijft. Even als andere ziektevormen dezer
Familie, roo is ook Lupus somwijlen erfelijk; ik heb
moeder, zoon en twee zusters tegelijk aan hem zienlijden.
IJij vertoont zieh voornamelijk bij den lageren stand, zoo
IV. GESLACHT. LUPUS. 303
het schljnt, menigvuldiger op het platte land dan in
Steden en hij is, na Favus, de meest gewoon voorkomende
ziektevorm der scrophuleuze Dermapostases.
Nogtans komt hij niet op alle plaatsen, waar de klierziekte
over het algemeen te huis behoort, even dikwijls
voor, en aldus zoude hij b. v. in Parijs veel minder waargenomen
worden dan in Auvergne, waar hij als endemisch
kan worden aangemerkt. AI hetgeen waardoor
over het algemeen de klierziekte wordt veroorzaakt, kan
ook als aanleidende oorzaak van Lupus worden aangemerkt;
eenige bepaalde, hem voortbrengende invloed
kan echter doorgaans niet worden aangetoond, en alleen
somwijlen wil men hem na beleedigingen van bepaalde
plaatsen der huid, b. v. van den neus, aan deze hebben
zien ontstaan.
Eene smetstof woi'dt aan Lupus niet door alle waarnemers
toegekend, en ook mij is nog geen geval voorgekomen,
in hetwelk een lijder aan Lupus zijne aandoening aan een
gezond voorwerp had medegedeeld. Eenige bedenkingen
blijven mij echter bij. Reeds Albers heeft daarop opmerkzaam
gemaakt, dat zieh op die plaatsen, welke bij de
lijkopening van tuberkelachtige longen toevallig worden
beleedigd, niet zelden bleekroode, pijnlooze huidtuberkels
vormen, en dit heb ik niet alleen herhaalde
malen bij anderen , maar ook bij mij zelven waargenomen.
Langer dan een jaar behield ik op de ruggevlakte
der regterhand, in welke ik mij, bij de lijkopening
van een' teringlijder, had gestoken, eene uit 4 tot 5
scrophuleuze, kleine, bleekroode tuberkels bestaande
verhevenheid, die aanvankelijk voortdurend afschilferde,
doch later in verzwering overging en met eene
geelachtige, stevig vast zittende korst werd bedekt.
Vruchteloos beproefde ik de verschillendste middelen
en eerst het aanhoudend gebruik eener Sterke Jodiumzalf
vernietigde den knobbel, met achterlating van een
klein likteeken. Het schijnt mij toe, dat deze huid tu