
J^IÍÍL.
r .i
574 TWEEDE KLASSE. DERMAPOSTASES.
zweren en dgl. in de venusziekte kunnen overgegaan zijn
en zij schijnt voornamelijk reeds vroeger voorhandene
aandoeningen der teeldeelen in zich opgenomen en daardoor
hare naauwere betrekking tot de geslachtsdeelea
verkregen te hebben. Zoodanige aandpeningen dagteekenen
reeds van ouden tyd, en in de en 14'^® eeuw
werd er veel van de Caroli (zvyeren aan gelieime deelen)
en Calefactiones (druipers) gesproken; doch, hoewel
ook besmettelijk, bestonden deze ziekten nogtans slechts
in een plaatselijk lijden, en niemand zag verschijnselen
op haar volgen, welke aan die der aJgemeene venusziekte
gelijkvormig konden geweest zijn; eerst omstreeks bet
einde der 15''% en in den aanvang der eeuw ontstonden
zij als verscbijnselen der Lues , en voornamelijk
als bare eerste toevallen, op de ontkiemingsplaatsen der
besnietting.
De Sjpbilis ontstond alzoo, zooals reeds Paracelsus
aanmerkt, uit eene innige vereeniging van reeds vroeger
bekende ziekten, voornamelijk der Tbjmioses, Leproses
en der aan de geslacbtsdeelen voorkomende zweren (Cambueca
Paracels.); docb zy was aan geene dezer aandoeningen
volkomen gelijkvormig; zij ontwikkelde eene
smetstof, die slechts door haar werd voortgebragt en was,
dewijl zij vóór de laatste jaren der 15'^® eeuw nergens ge
vonden werd, voorzeker eene n i euwe z iekte, waarvoor
zij ook door alle tijdgenooten A'erklaard werd. Zij schijnt
overigens niet op eens en uit ééne plaats haren oorsprong
genomen te hebben, maar verscheidene daadzaken duiden
aan, dat hare vorming zich reeds tusschen dejaren
1480 en 1490 op verscheidene punten voorbereidde,
doch tot algemeene, heerschende, besmettelijke ziekte
vei'hief zij zich eei'st omstreeks dejaren 1492 tot 1494 in
Italic, alwaar zij door de genoemde verhoudingen begunstigd
werd enverbreidde zich, van daar uitgaande, door
besmetting, voornamelijk bij den terugtogt der Franschen
(1495), over alle naburige landen en weldra tot
NEGENTIENDE FAMILIE. SYPHILIDES, 575
aan de grenzen der Sarmatische volksstammen en in de
Nieuwe wereld.
Hoewel echter de venusziekte bij hare eerste verschijning
eene meer acute ziekte was, die in weinige dagen of
weken den dood konde aanbrengen, en zij welligt zelfs
de eigenschap had, zich op eenen afstand mede te deelen
, en hoewel het niet meer tot schände gerekend werd,
door haar aangedaan te zijn, dewijl de bijslaap niet meer
de eenige weg van besmetting was, zoo behield zij deze
eigenschappen nogtans slechts eenen zeer körten tijd.
Volgens Ulrich von Hutten was zij , tusschen de jaren
1500 en 1505, reeds aanmerkelijk in kwaadaardigheid
verminderd en had de uitslag niet meer een zulk afschuwelijk
aanzien ; tusschen 1530 en 1540 echter had zij
hare acute, exanthematische natuur grootendeels verlox
en, deelde zich slechts door aanraking, meestal door
den bijslaap, mede, en Het thans doorgaans een aanmerkelijk
tijdsverloop voorbijgaan tusschen de plaatselijke aandoening,
ter plaatse, waar zij was aangebragt, gewoonlijk
aan de teeldeelen, en het uitbreken der secundaire verschijnselen,
welke zich thans niet meer, zooals vroeger,
tegelijk in de verschillendste Organen in spoedige opvolging
vertoonden, maar de enkele Organen van lieverlede
aandeden en zichlangzaam ontwikkelden. De Lues
had zich van eene acute in eene chronische ziekte veranderd,
van een lijden, van welke het als ongelukkig werd
aangemerkt, aangedaan te worden, in eene aandoening,
voor welke men zich moest schämen, en terwijl de kenmerken
der Thymioses het eerst de bovenhand bij haar
hadden, zoo had thans het karakter van Lepra ender
zweren der teeldeelen bij haar het overwigt. Men ving
alzoo ook aan, zijne opmerkzaamheid meer tot de geslachtsdeelen
te wenden en beschreef den venerischea
Bubo en de vijgwratten, de Crystalline, den chanker eu
den druiper naauwkeuriger. Wanneer echter Ästruc
aanneemt, dat deze toevallen eerst in het midden en op
<1
"f'