
390 II. KL. ZESTIENDE FAMILIE. PSORIDEAE.
E r kenning.
Deze gevaarlijke soort van schürft zoude voornamelijk
met psydracia flavescens, met impetigo faciei lactea en
met de door klierziekte zamengestelde puistvlecht van
liet aangezigt, die men ook Crusta serpiginosa genoemd
Leeft (zie bladz. 278. II. D.) kunnen worden verwisseld.
Doch, de andere wijze van ontstaan daargelaten, alsmede
het niet zeldzarae gelijktijdige voorkomen van andere
soorten van schürft, Scabies of Psora, nevens serpigo
faciei, onderscheidt zij zieh:
1. Van p sydrac i a flavescens. Hier zijn de
blaasjes kleiner, naar de puisten van Impetigo geJijkende,
de jeuking en branding is veel matiger, de schubbenvormige
korsten zijn bruinachtig, dunner, vernieuwen
zieh niet zoo menigwerf, de afgescheidene stof is
spaarzamer, ontvelt de huid niet en het geheele beloop
is doorgaans spoediger en zachter. Verzweriagen, opzwellingen
van klieren, oogontsteking en dgl. komen
bijna nimmer voor, er bestaat geen spoor van smetstof
en het geheele gestel blijft ongestoord.
2. Van impet igo faciei lactea. Deze insgelijks
niet besmettelijke ziektevorm beo'int gewoonlijk aan
de Wangen en het voorhoofd, met bleekgele Impetigo—
puisten op helderrood gekleurde areolae, veroorzaakt
nieestal geene pijn en vormt korsten, die in kleur en
dikte naar het vlies gelijken, dat op de warme melk ontstaat.
Zij stooten zieh zeldzamer dan die van Serpigo
a f , de tusschen haar afgescheidene vloeistof is wit-geelachtig,
week en dikachtig, en nimmer vertoonen zieh
verzweringen onder dezelve. Het geheele gestel is niet
aangedaan.
3. Van Imp e t i g o faciei s c rophulos a . Ook
deze ziektevorm, die somwijlen besmettelijk is, ontstaat
met puisten zonder blaasjes en is pijnloos. Zijne dikke,
drooge, woekerende, vast met de huid aaneenhaugende
korsten, die meestal helder gekleurd zijn, onderschei-
IV. GESLACHX. SERPIGO. 391
den hem ligt van Serpigo, en wanneer zieh zweren onder
dezelve vormen, zoo dragen deze het kherziekige ,
en niet het schurftaardige karakter.
O o r z a k e n . . •• i • ;i
Men ziet dezen ziektevorm memgvuldiger bij kinderen
dan bij volwassenen, doch hlj komt overigens ook
bii deze voor. Hij verschijnt vrijwiUig bij zuigehngen,
welke de schurftaardige Dyscrasie van de ouders hebben
overgeerfd, of bij jeugdige voorwerpen, bij welke armoede
en eilende de kiem tot denzelven hebben ge egd.
Niet zelden voegt hij zieh, zoowel bij kinderen als bxj
volwassenen, bij verouderde Scabies of Psora. Hy kan,
voor het overige, ook door besmetting ontstaan, en men
ziet somwijlen, dat minnen en kindermeisjes, die aan
Scabies lijden, aan de kinderen, die zij verplegen, serpigo
faciei mededeelen, even als ook, omgekeerd, de smet-
L f der korstschurit Scabies of Psora kan verwekken,
hoewel zij echter meer gewoonlijk weder serpigo te voorschijn
roept. Ik behandelde in het weeshuis te Wurzburg
in het jaar 1834 tot 35 , 15 kinderen, aan welke
de aandoening medegedeeld was geworden door een
meisje , dat van het platte land in het huis gebragt was,
en bij hetwelk zieh, bij de serpigo faciei, later nog
Scabies voegde. De besmette voorwerpen bleven zonder
Blaasjesschurft.
B e l o o p , Duur , Uitgang.
De ziekte duurt jaren lang en geneest mmmer van
zelve. Onder eene gepaste behandeling kan zij even
als andere soorten van schürft, in genezing eindigen,
doch laat, wanneer zij lang geduurd heeft veelal hkteekens
terag. Bovendien kan zij in schurftzweren
overgaan, tot Atrophie aanleiding geven en alle stoiverplaatsingen
der schürft daarstellen ^m-
AeL worden, bij eene plotselijke onderdrukking dei
aandoening , menigmaal bij voorkeur de hersenvliezen
aangedaan.
M