
m
80 I I , hL. TIENDE FAJiaiK. MELANOSES.
«ag, toe, dat de stoelgang trager, de pis doukerder dau
gewoonlijk gekleavd was, en bij eeiie inijner zieken,
eeiie vrouw van 79 jaren, ontstond, iiadat zij reeds sedert
2 jaren eene zoodanige vlek aan het onderste gedeelte
der linker dij, en eene andere, meer bleeke, op den
linker schouder gedragen had, plotselijk Melaena. Zij
stierf nagenoeg een half jaar later aan algemeene waterzucht.
Mijne andere zieke leed reeds aan Marasmus
senilis, toen zicli de zoogenaamde doodvlek aan de
regter knie begon te vormen ; zij had den onivang eener
kinderhand en werd in 3 tot 4 maauden koolzvvart.
Eenige maanden later stierf de lijderes aan zwakte
door ouderdom.
3. Soort. Melasma granulatmn.*
De korrelige zwartzuchl der huid.
S y n o n y m e n . Melanose en grains Laennec en
Rayer, — Die körnige Hautmelanose.
A f b e e 1 d i n g e n. Tab. IX. 9.
V e r s e h i jnselen.
Op en in de huid van het geheele ligchaam, voornamelijk
echter van den romp, vormen zieh talrijke, nu
eens alleenstaande, dan weder digt op elkander gedrongene,
blaauwzwarte of geheel zwarte korrels en knopjes,
die, met betrekking tot kleur en gedaante , veel overeenkomst
met jenever- en aalbezien hebben en haar soms
zelfs in glans evenaren. Eenig spoor van bewerktuiging,
eene wegvloeijing of verettering komt bij hen even zoo weinig
als bij de beide eerste soorten voor. Men heeftdezen,
z e e r zeldzamen ziektevorm gewoonlijk, doch niet altijd ,
in vereeniging met de zoogenaamde kwaadaardige Melanoses,
in inwendige Organen waargenomen, en het meest
GESLAOHT. MELASMA. 81
bekend geval is dat, hetwelk door Laennec wordt verhaald,
waar de verschijning der melanotische korrels
in de huid werd voorafgegaan door eene zeer belangrijke
afmatting, een gevoel als of alle spieren ingeslapen
waren, braken en buikloop , bij welke zieh later
bezwaarnissen in de ademhaling, hoesten enz. voegden,
en de 59 jarige zieke, omstreeks 3 maanden na
den aanvang van haar lijden, met algemeen Oedema
stierf.
E r k e n n i n g.
De eerst e der opgenoemde soorten zoude welligt
met Argyria, met het over het geheele ligchaam verspreid
chloasma uterinum en met Melasicterus kunnen
worden verwisseld, doch zij is van al deze ziektevormen
te onderscheiden door een naauwkeurigonderzoek en
den ouderdom der zieken, door de zuivere, zwarte kleur
en welligt ook door de bijkomende omstandigheid, dat bij
melasma universalis — ten minste in de 3 bekende gevallen
— het aangezigt het helderst, bij Argyria, Melasicterus
enz. echter het donkerst gekleurd is. Ook
neemt bij deze ziektevormen het witte oogvlies eene tegennatuurlijke
kleur aan, hetgeen bij Melasma het geval
niet is; terwijl bij chloasma uterinum de maandstonden,
bij Icterus daarentegen de afscheiding van gal ophouden.
De t w e e d e soort zoude welligt voor Purpura of Chloasma
kunnen worden gehouden; doch ongeacht den
ouderdom der zieken, zal de erkenning zeker worden
door de donkere kleur, door de bestendigheid der aan
doening op de huid, terwijl bij Purpura het tegendeel
plaats heeft, en door het zieh meer naar de gesteldheid
rigtend ontstaan, het gebrek aan afschilfering enz. in
vergelijking met Chloasma.
De d e r de soort eindelijk oudersclieidt zieh van de
zoogenaamde kwaadaardige Melanoses der huid, door
hare zitplaats op en in, niet onder delederhuid, door
den geringeren omvang en de glänzend zwarte kleur
ä
Irl
m
V
Í I