M o N A D E L P H I A. 135
(3) Pentapetes met Hartvormige uitgegulpte II. ^
Bladen. Af“ EU
Hoofd»
Deeze verfchilt, volgens den Heet A m m a n , stuk.
van de andere, door de Bladen breeder, ftom- ml
per, uitgefneeden en met Ooren; de Bloembla- AcertfoU*.
den langer en fmaller ; de flippen van de Kelkgé'edbladl*
langer, dikker en ftomper te hebben. De Vrugt
is ook grooter; te weeten vier o f v y f Duimen
lang en by de twee Duimen dik, bevattende
dus veel grooter Zaaden dan de voorgaande
Soort.
In het Vertoog van A m m a n vindt men dat
dit Gewas ge-porde Bladen heeft, zynde Fo-
liis Auritis‘,waar van by aanhaaling, in de Aka-
demïfche Vermaaklykheden, gemaakt is , Foliis
accretis , en eindelyk Folio Aceris (* ) . Hier
van zal de bynaam, Acerifolia, afkomflig zyn,
dat is met Ahornbooms - Bladen ; waar van zy
inderdaad de figuur eenigermaate hebben. Ik
acht deeze Boomen, door den bynaam van
Breed- en Smalbladige, genoegzaam onderfchei-
den.
A D A N S O N I A. *
De Kenmerken van dit Geflagt beftaan in
eene
<3) Ptnupetts Foliis cordatis repandis. Syst. Nat. XII.
Pterospennadendion Foliis auritis , Flore fru&uque niajore.
AMMAN. Ibii. p.-aifi. T. 17, i7 - BWM. Tl. Ind. 1«.
(V SPec- Tlant. II. p. J5S