631 V e e l w y v i g e B o o m b n <
II. Bast, die eerst wit is en door ’t droogen geel
ihc?-'' wor^t » hebbende een bitteren Smaak, ookdieu-
H oofd* ftig zynde tegen andere Kwaaien. Aan het Hout
stuk. js van E t t m d l l e r een Sympathetifchekragc
E/cithm. jn ’t ftempen van Bloedftortingen toegefchree-
ven; weshalve de Duitfchers aan deeze Soort
ook wel den naam van Wbndboom geeven. Aan
de Bladen fchryft men gemeenlyk een Wond-
heelende kragt toe; doch zy worden zeldzaam
inwendig gebruikt. P i, 1 n i o s heeft het Sap,
dat uit deezen Boom vloeit, als een onfeilbaar
Middel tegen een Vergiftige Slangen-Beet aan*
gepreezen , mids men dan tevens de Bladen
op de Wonde legge. Een groen Takje, met het
eene end op ’t Vuur gelegd, laat tot het andere
end een Waterig Vogt uitloopen, ’t welk tegen de
Doofheid zeer dienftig zou zyn. Om kort te gaan,
deeze Boom levert, volgens fommigen , een
geheele Huis-Apotheek uit. Zekere Jefuit, genaamd
Pater S c h o t t , heeft zeven - en - dertig
Artikelen by een vergaderd van byzondere
kragten, die aan fbmmige deelen van deezen
Boom zyn toegefchreeven. Het meefte gebruik
wordt hier te Lande van deszelfs Hout , zo
tot Brandftof, als tot Wagemnaakers, Stoelen-
maakers , Draaijers en ander Werk gemaakt.
Het is witachtig gefprenkeld van Kleur , zeer
taay en ligt: weshalve men ook Snaphaanen of
Musketten uit Efchen Planken zaagt, en van
de Takken Hoepels om Tobben en Kuipen
Baat»
(?) Efche*
(2) Efcheboom, die de Vinbladen Zaagswyze
getand heeft, de Bloemen met Bloem•
blaadjes, H oofd-
Om deeze reden, geeft onze Ridder, elders,
aan deeze Soort den naam van Efcheboom met o mus.
volmaakte Bloemen. Onder de Verfcheidenhe-aanfcke.i
den van M i c h e l i u s fchynt het de Dertiende
te zyn, daar ik van gefproken heb, als kleiner
zynde van Gewas en de Bladen langwerpig,
zeer fmal, hebbende , en deeze wordt de Bloem-
trosfen draagende getyteld; hoewel ’er, volgens
dien zelfden Autheur, ook een groote breedbla-
dige Soort is van dien aart, L i n n jEü s on-
derfcheidt deeze Soort van de voorgaande, niet
alleen door de gezegde fmalheid der Bladen,
maar ook doordien zy allen aan den gemeenen
Bladfteel, die effen is , even groot zyn; daar in
de andere het uiterfte Blad grooter is en de Bladfteel
gezoomd.
Men noemt deeze'Soort van Efch , die ook
in ’t Gebergte by Lyons valt, in de Kruidkunde
Ornus. Z y groeit in de Zuidelyke deelen
van Europa , in ’t byzonder in Italië, en van
dee-
(2) Fraxinus Foliolis ferratis, Floribus corollatiï. Syst. Nat'
XII. Veg. XIII. Fr. Floribus completis. Hort. Ups, 304. Hort.
Cliff. 470. ROYEN Lu^ibat, 395. Mat. Mei, 476. Fr. humilior
f. altera Theophrasti tninore et tenm'ore folio. C. B. Pin. 4:6.
Fr. Florifera botryoides. MOR. Pr&l. 265. Hort. Angl. 33. T.
9. Fr. tenuiore & niinore folio. J. B. Hifi, I. p. 177,
R r 5
II. Deel* UI. Stuk*