<554 LVe ë l w ï v i g e B o o m e pt»
n . van Parys , op ’t jaar 1712. M ag n o l een
AFxxiEL’ der Leden van de Koninglyke Sociëteit van
H o o f d - Montpellier , hadt dergelyke Mannetjes Bloe-
s tu k . men in de Vygen reeds eenige Jaaren vroeger
Vygebem. waargenomen (* ).
Dit laatfte zou tot eene aanmerkelyke beves •
tiging fchynen te (trekken van de Waarneeming
van gedagten Franfchen Akademist; maar alle
moeite, welke de beroemde Keizerlyke Lyf-
Arts en Hofraad T ue w , met de twee grootfte
Mikroskopiften van onzen Leeftyd, L e d e r -
m u l l e r enden Heer Baron v a n G l e i c
h e n , beiden door hunne Werken bekend ,
aanwenden kon, om gedagte Mannelyke Bloempjes
in groene Vygen te vinden , was vrugte-
ïoos. Inmiddels hadt de Italiaanfche Kruidkenner,
P o n t e d e r a , in de holligheid der Vrug-
ten van den Cuprificus , IMannelyke Bloemen
ontdekt, en derhalve heeft onze Ridder denzel-
ven federt voor het Mannetje van den Europi-
Ichen Vygeboom gehouden ; behalve welken ’er
ook zouden kunnen zyn , die in ’c Voorjaar
Vrugten met Mannelyke Bloemen , onryp afvallende
, en in ’t Najaar Vrugten met Vrouwe-
lyke Bloemen, die inde volgende Vöortydeerst
ryp wierden, voortbragten, van dien Italiaan E .
rinofyccB genaamd : als wanneer deeze Vygeboom
weezentlyk driehuizig ware ( f j .
Die
(* ) de la Stcietê R. de Montpell. Lyon \y6s.p. 1(6.
f t ) Aangaande dit alles kan men een zeer uitvoerig Herige
Vinden in de befeliryving der Planten van de x, Decade*
Plant.
p o L Y G A M I A. 65 5
Die Waarneeming heeft aangaande de Ee- ^ IL ,
vrugting der Vygeboomen een denkbeeld ter xxi.
baan gebragt, het welke met het Stelzel van Hoofd-
L i n n j e irs ftrookt. Men weet , dat tot deSTUR* _
rypwording der Vygen in de Levant zekere w e r - g ^ ^ “ ”
Jong, de Caprificatie genaamd, vereifcht wordt-
Uit verfcheide befchry vingen, zelfs in onze Va-
derlandfche Taal, is ’ê Wereldkundig, hoe dezelve
gefehiede (*). In ’t algemeen zal ik maar
zeggen , dat aan den Wilden Vygeboom, Ca-
prificus genaamd , een foort van Vygen groei-
jen, die nooit ryp worden, maar dienen om de
Vrugten der tamme V y g en ,in de Levant, ryp
te maaken. Van de manier, hoe zulks gefchiedt,
geeft J. B a ü h i n ü s , het denkbeeld der Ouden
dienaangaande voorftellende, deeze beknopte
befchry ving CtJ*-
„ Muggen of Vliegen , in de rottende Vrug-
„ ten van den Wilden Vygeboom gebo-
, , ren, vliegen daar uit op de Vrugten van
,, den Tammen, en , dezelven door haarêrr
m Beet
II
ï ï m m M f \ I
W M m
WÊKim}L WmII
mWSmjfe. I
ft. I
i S É I
tvWJUSI
r sgySSBÊy
Plmt. Sel. TRFWIl , delin. per Ehrvt: (welk Werk ook i»
\ Nederduitlch is vertaald en uitgegeven,) ad Tab. 75 & 74;
alwaar men alle de deelen van den Vygeboom , waar van hier
gefproken is , ten duidelykfte en nitvoerigfte vindt afge-
beeld.
(*) zie het Vertoog ovet de rypmaaking der Vygen in de
Levant , door G. ra Rivijlle. Uitgezogte Verhand. VI. D.
bl. 177, enz. als ook de Reizt vanf ToukneïoRT naar de
I,evant. I. D-. bl. 134.
( t ) Hifi. Plant. Ton». I. j». ISI.
k | i, DE»« UI, Stuk,