XVIII
M
jes uit drie of meer afgezonderde Lig•
haamtn voortkomen, deswegen Veel-
broederige , Po l ya d e l ph ia , genaamd
, tot welke de Kakau- benevens
de Oranje en Citroenboom, als ook
de Kajupoetie * Boom, behoor en. Bladz. 185
Hoofdst. Befchryving van de Boo-
7 men , in wier Bloemen de Meeldraadjes
j op de een of andere manier, met
den Stylfamengevoegd zyn, deswege
Manwyvige Gynandria genaamd.
X IX . Hoofdst. Befchryving der E en huj-
zige B oomen, Monoikia , dus genaamd
, om.dat op een zelfden Stam
Mannetjes-en Wyfjes- Bloemen, van
elkander afgezonderd, voorkomen; ge-
lyk plaats heeft in de Berken., Beuken,
Eiken, Pyn- en Denne-, tra de
Moerbezie-, Nooten, Karftengen en
veele andere Boomen.
X X . Hoofdst. Befchryving van de T wee-
HUizioF. Boomen , Dioikia, dus genaamd
, om dat de Mannetjes
Wyfjes - Bloemen , in dezelven, op
byzohdere Stammen van een zelfde
Soort groeijen, gelyk in de Wilgen,.
Popelieren, Terbenthyn«, Mastik-
IJoom en andere. > .
X X I. Hoofdst. Befchryving van de V e e l -
v/yvige B oomen , Polygamia, in wel *
kede zelfde Soort Mannelyke of Vrou.
welyke en Tweeflagtige Bloemen
draagt; gelyk de Lotus, Efchdoorn,
Esfcheo, Vygen- en andere Boomen.
AANWYZING der PLAATEN.
en der Bladzyden,
alwaar de Figuuren aangehaald of befchreeven worden.
Pl a a t XII. Afbeelding van V eel* "
MANNiGE Boomen. tegenover Bladz. 49
Fig. 1. Een Kruidnagel-Takje
met Nagelen, hl. 49
A. Een doorgefneeden Kruidnagel
met
B. Een dito zonder Bloemknop.
C. De otalooken Kruidnagel.
Bloem.
D. De Moernagel of Vrugt
des Nagelbooms.
£. Het daar in bejlooten
Zaad. Zie bl. 50-53
Fig. 2. Een Kaneel- Appel Booms
Takje met de Vrugt. bl, 89
NB. Op deeze Plaat is alles byna Natuurlyke grootte.
Pl a a t XIII. Afbeelding van E n k e lbroederige
Boomen. - _*-Bladz. 135
Fig. t. De Adanfonia of Meloen-
boom, ten opzigt van de
Bloem- en Vrugtmaaking,
Zie W.14®
A. De Bloem van agteren.
B. Dezelfde doorgefneeden.
fl
C.