ï ï ‘ tleeze , als ook van eene Verfcheidenheid der
g01*10606 Efchen, met ronder of Pimpernel-Bla*
Hoofd- den, bevoorens gedagt, is het dat in de Zuide*
s t u e . lyke deelen van de Landtong van Italië, (jn ’t
Efcbcipim- j^yj^ yan Napels enden Kerkelyken Staat, naa-
melyk, als ook op Sicilië, die berugte en zeer
nuttige Drogery, Manna vanKalabrie genaamd,
wordt ingezameld (*),
inzame- „ Alle Boomen van dien aart leveren dezelve
Manna! » n^et Het moeten jonge Boomen zyn ,
„ wier Schors nog effen is , zonder kloven, Uit
, , den Stam en de groote Takken van de zoda-
„ nigen vloeit met droog Weer, van den twin-
„ tigften Juny tot het end van July, van ’smid-
„ dags tot ’s avonds, van zelf een helder Vogt,
„ dat allengs tot verfcheide Klonten Bolt, hard
„ en wit wordende. Deeze fchraapen de Boe'?
, , ren Vanderen daags, wanneer het een droo-
„ ge Nagt geweest is , met Houten Mesfen a f,
„ vergaderenze in onverglaasde Potten en droo-
„ genze- vervolgens op wit Papier, tot dat zy
3, niet meer aan de Handen klëeven. Dit is de
, , beste Manna van Kalabrie, welker Inzameling
, , 'voor dien Dag door een' opkomende Regen
„ verlooren gaat.
3, In Augustus, wanneer de Boomen niet
,, meer
(*) Da vermaarde TournfïoRt zegt wél , dar de puvgee-
■ reude Manna h«t voedend Sap is , zo van den Gemeene«
Eich, als van den Wilden , dien men gewoonlyk Omus noemt;
de rUs. des Mei. Tom. I. p. 27 : maar het gene ik hier ter
neder ftel , is uit GeofFROï Mat, Mei. veel Iaater aan 'f
licht gegeten, ontleend.
,, meer zodanig Sap uitzypelen, beginnen zy *
. Infnydingen in den Stam, zo van de pene als XXIt ™
5> de andere Soort dier Efcheboomen, te maar Hoofd*
” ken door deo Bast tot,op het Hout, en dee-
ze geeven een grooter overvloed van Sap ,
” het welke va» den middag tot den avond
yloeit, loopende dikwils tot pp den Grond,
en aldaar in groote Klonten Bollende , die
” men dan aan Bukken fnydt en op dergelyke
” manier droogt. Men noemtze Forzata o f
” Fqrzatella , dat is geforceerde o f gepynde
v* Manna. Dezelve is roodachdger, flegter en
” dikwils met aarde en vuil gemengd. Deeze
’ tW€e Soorten noemen zy Manna di Corpo, als
komende van het Lighaam des Booms.
' „ Een derde Soort van Manna , welke zy op
de Bladen van deeze Boomen verzamelen ,
• wordt ]\ianna di Fronda door hun geheten.
n Dezelve zweet, in de Maanden July en Au-
” gustus , omtrent den middag, Druppelswyze
” uit de Bladen der Efcheboomen, en, door
” , de Hitte der Lugt uitgedroogd , groeit de-
Zeive famen tot witachtige Greintjes , als
■ , Geerst- -of Tarwekorrels, waar door fomtyds
: . de geheele Boom zig als met Sneeuw gedekt
n yertoont. Weleer was deeze veel in ge-
. bruik; doch tegenwoordig wordt z y , om de
*’ moeielykheid der Inzameling , zelden in de
Winkels van Italië gevonden.
” , De Icaliaanen maakpn onderfcheid tusfehen
r\P oenvnde Manna van .-Boomen die reeds
t l defx. in» Stuk*