UV
A fdeel.
xx.
Hoofd
stuk.
Geneverhom.
III.
Juniperui
'Tburifem,
Spaanfehe.
veel tot Vernisfen gebruikt wordt , in Lyn* j
Terbenthyn- o f Lavendel - Olie ontdaan zynde.
Men plagtze ook wel Schryf -V e rn is te noemen
, dewyl men het Poeijer daar van tot het
' beftryken van Schryfpapier gebruikte, op dat
de Letters zig fraaijer daar op vertoonen zouden.
Het is een drooge, doorfchynende, bleek-
geele o f Citroenkleurige Gom - Harst, in derge-
lyke Greinen als de Mallik ons uit Barbarye
over Marfeille toegebragt wordende ; die , als
menze in brand f leekt , een aangenaamen Geur
h e e f t , niet fmeltende in W a te r , maar in Olie
o f Geest. Byna de zelfde kragten in de G e neeskunde
, als de Maftik hee ft, worden ’er aan
toegefchreeven.
(3 ) Geneverboom met viervoudig op elkander
t leggende fp itfe Bladen,
Waarom deeze in ’t byzonder den bynaam
van Wierookdraagende voere, terwyl ik ’er gee-
ne befchryving van vind , is my duifter. D e
Iwoge Spaanfehe Ced e r, met een zeer groote
zwarte V ru g t, dien T o ü r n e f o r t waarfchyn-
lyk op zynen Kruidkundigen Tog t in Spanje
zal waargenomen hebben , is hier t ’huis ge-
bragt,
C4) Gef3
) Jmiper*s Folüs quadrifarïam imbricatis acutis, RoYen
Lxiibat, 90. Cedrus Hispanica procerioi , ïiu&u majiroo ni-
gro. T ouknf. Inji, yi%.
(4J Geneverboom met drievoudige, overal op If.
.elkander leggende , ovaale ftompe Bla-
dèn» H oofd.
stuk.
In de aanhaalingen fchynt hier een misilag „ 1Vy
» ; 0 Juniperas
te zyn : want de Boom, die de Wierook uit- Lycia.
levert, groeit zekerlyk niet in Vrankryk noch in |É |i|
Siberie, alwaar L i n n ä u s de woonplaats fielt
Van deeze Soort. Ik noemze, eenvoüdiglyk, de
Frdnfche, offehodn het tevens wel de Ceder van
Phenicie z ym mögt van P l i n i u s en T H eo-
ï h r a s T u s . Volgens G r ó k o v i u s is het
de Oxycedrus van L y c ie , by D o o o w é u s
afgébeeld , die in L o o f zö zeer naär den Sa vel *
boom g e ly k t, dat L o B É t . ’er den mam aan
geeft van Sabina major en Oxycedrus met C y -
presfebladen , 0by Montpellier groeijendë. Men
vindtze MUdelflag - Ceder, met Cypresfebladeri
ën groote Besfen ,. by B a ü h t n u s getyteld.
D e Heer G m e l j n vondt een geheelen keten
F ranfehe.
van Bergen en Steenrotfen , aan de Irtis-
Rivier in. Siberie , begroeid met deeze Soort ,
welke by dg Rusfen den zelfden m am als de
Gemeene Geneverboomen voert. De T a k je s
waren byna rond , dun en Romp , zo dist
Schubs»
( f ) ' JunïperiisVxiïm ternis, undique imbricatis, ovatis ob-
tufis. RÓYEtl Lajibat. 90, Mat, Mei. 4.66. Sauv. .Montp,
169. Göo&n; 'Monsp. s ‘09. GMel. Sib, I. p, 182. Gron' Ór'.
3ZO. Ceärhs goiio Cupresfi, media ,.majoribus Baccis. G,. E#
Pi». 4*7? <2étitur pKcèhlcêa altera Plinii 8c TheoplitaiU. L©i.
lel 221.
M m 2
tefl
, ê m
mwSI
■
am iW ë m
g sHÉ
i
p »
^ $É É | IIlffl m w m i
p i l ] mm 1. pp.
H