io8 T we emà n n ig e Kr u i b e n .
ÏV. Deeze is , by den naam van Geele Poederota,
r° f#EL‘ van de volgende onderfcheiden door Doctor
Hoofd- Scopoli , dieze op geheel verfchillende plaatfen
stuk, yan j10oge Gebergten vondt. Behalve de geele
Kleur der Bloemen, hadt dezelve de SteDgen
niet getakt ; deonderfte Bladen overhoeks, droog
rimpelig en zonder Glans ; de boven fte Lip der
Bloem in tweeën gedeeld o f geheel en opftaande.
^in. . *0/(2) Opaalkruid met Zaagswys' getande, ge»
Bonarota, pUUVdff I) l.1 il 611.
Elaauwbjoemig.
D e e ze , ook op de hoogfte Bergen van Italie
en Öoftenryk, in de Spleeten der Steenrotfen
groeijende, is door Michelius in Afbeelding
gebragc onder den naam van Bonarota, naar ee-
nen Raadsheer van Florence, Auditeur van den
Groot Hertog van Toskane, een zeer geleerd
Man en in de Oudheidkunde by uitftek ervaren.
Hy noemtze Berg-Bonarota van Italië, met Ga-
mander-Bladen en blaauwe Bloemen, merkende
deeze aan als de Gamander, welke J. B a u h i -
K üs droog bekomen hadt van A geiU ü s ,
door wien dezelve op den top van den Somme-
B erg , by Vicènza, een Stad die tusfchen Trente
en Venetie legt, was gevonden. De vermaarde
Vene-
(}) Pïiereta Pollis ferratis oppofitis. Veronica Bonarota
Corymbo terminali &c. Sp. Plant. I. p. 1i, Veronica Pe-
trea fempervirens. Pon. Bald. '33 6. J. B Mijl. in. p. zS9.
Chamædrys Alpina Saxatiiis. C. B. • Pin. 24*. Bonarota,
Juich. Gen. 19. T. 1 i. f. 12« fxderota cscrulea, scoP( A*h, Ji.