IV.
'Afdeel.
h i .
H oofdstuk.
Drievjy-
vig**
1.
Letbea
minor<
Kleinere.
’t welkev volgens Clayton , roodachtige Sten.
getjes heeft , een weinig Haairig, met zeer
kleine, ruige, rondachtige Blaadjes, twee te*
genover elkander. Het Zaad, dat zeer klein
is , komt binnen kleine Huisjes, die in de mikken
der Takjes geplaatst zyn , voort.
L E C H E A.
Dit Gefiagt heeft den Kelk driebladig en
drie ftnalle Bloemblaadjes: het Zaadhuisje is
driehokkig, driekleppig, met drie binnen-Klep-
je s , bevattende ieder hokje een enkel Zaadje.
De twee, Soorten van hetzelve zyninJNioord-
Amerika gevonden, naamelyk
( 1 ) Lechea met Liniaal-Lancetswyze Bladen
en gepluimde Bloemen.
D e e z e , in zeer drooge Pynboom-Bosfchen
van Kanada voortkomende, geeft veel e o ver-
endftaande Stengen tot den Wortel uit, die
rond zyn , met verfpreide effenrandige fpitfe
Bladen, van boven glad, van onderen ruigach-
tig en zeer kort gefteeld. Een menigte Bloemen
komen Troswyze , aan ’t end der Takken
, op Steeltjes voort. By R a y voert het
Gew as , wegens de gedaante, den naam van
Bezemkruid.
(2) Lechea met Eyrond-Lancetvormige Bla- ^
den, de Bloemen zydelings verfpreid. in.
Hoofd- >
In Zandige Bosfchen van Kanada groeit dit stuk.
Gewas, ’t welk ook in Virginie fchynt gevon- ^ 4
den te zyn, zynde Capraria met geheel elfen- major.
randige Bladen genoemd geweest. Het heeft Gl0°
paarfchachtige ronde Stengen, met enkelde
Takken- overhoeks, ver van elkander. D e Bladen
, die ook overhoeks voortkomen, zyn ovaal
Lancetvormig, van boven ruuw, van onderen
Wollig , met den rand omgeboogen en naauw-
lykè blykbaar gefteeld. De Bloemen'komen
by tw e e , drie o f vieren, uit de topjes van de
Takken voort,
IV , H O O F D S T U K.
Befchryving van de V iermannige K ruiden
( T etrandria) , tot welken het Schurftkruid,
Walftroo, de Meekrappe, Weegbree, Kaarden
en veele anderen behooren.
Onder de Kruiden, die in de Bloemen vier
Meeldraadjes hebben, deswegen Vierman-
fiige genaamd, komen ons de volgende Geflag-
ten voor.
G L o.
(2) Lethta rol. ovato-lanceolatis, Flor. lateralibus vagi*.
'ytm, Ac ai, in . P- Menand» Fol, alteinis. G»ON, Virg,
41. io,
F
IS, PISI4 VII, STU»