7 j8 V y f m a n s i g e K r u i d e n .
IV. ( i i ) Zyde-Vrugt met Lancetvormige B la d en,
Afdeel. ^ Steng van boven verdeeld en opgeregte
H oofd* dubbelde Kroontjes.
STUK.
xi. Deeze Soort is in de Europifchc Kruidhoven
iücarnata. bekend^ zynde K le in e r opgeregt KanadaafchHonds-
kieuiTe^' d°°d getyteld door C o r n o t u s . Daar de Steng
zig verdeelt, brengt zy drie Bladen ’er tegenover
vo o rt; zegt L i n n a e u s .
xii. (12) Zyde-Vrugt met P la am g e Bladen e n le g -
• « « • *
genda.
D c Bloem is hoog Goudkleurig, met ronde
, ruige, leggende Stengen , die zeer fterk
gebladerd zyn , volgens C l a y t o n . De Groeiplaats
van deeze en de twee voorgaande, isiö
Virginie.
xui. C13) Zyde-Vrugt met Eyronde B la d e n , op-
Melkvee- jla a n d e Stengen en zeer korte kinderenda
rende. K ro on tje s .
Deeze Ceylonlche voert den bynaam van
Melkgeevende , die op alle andere Soorten toe-
pasfelyk i s , in ’t byzonder, om dat haar Melk,
by
fir) Asdepias Fol. Lanceolatis &c. Asclep. Caule ere&o
Rainofo animo. H. Cliff. 7*. R. Lugdh. 411. Gron. Virg.
37. Apoc. minus le&um Canadenfe. Co RN. Canad. T. 93.
SARR. Rar. 8, T. 72. RAJ. Hifi. IO89.
(12) Asdepias Fol. viliefis, Caule decumbente Sp:. Apoc.
Caiolinianum AurantiacumPilofum. Petiv. Sicc. 90.
(13) Asdepias Fol. ovatis &c. Asclep. Caule etefto , (implici,
Herbaceo, Stc, Fl. Zeyl, 111, Burm. Fl, Ind, 172,
P e n t a n d r i a . 7
by gebrek der Melk van Beeilen, aldaar tot Spy- IV.
ze gebruikt wordt, niet alleen, maar dat menfUr^ KL*
ook van de Bladen een Melkkost bereidt. Dus Hoofd.
moet ’er die fcberpe hoedanigheid niet in zyn , STUK*
welke veele andere Soorten, van dit ende voorgaande
Gellagten, gevaarlykof Vergiftig maakt.
Die van Ceylon noemenze, deswegen, K i r ia -
ghu na . Z y verfcbilt, in Gellalte 3 van de volgende
weinig.
( 14) Zyde - Vrugt met Eyronde B la d e n , om xiv.
laag !gebaard , regte Stengen en K in d e -£ ^ 1 0 xL
rende Kro on tjes . cttm-
J Tegen-
Op woelte, ruuwe, Steenachtige plaatfen inElfilße*
Switzerland, zo wel als elders in Europa, zelfs
in Sweeden, groeit dit Kruid, dat men, wegens
zyne Tegengiftigekragt, volgens den bekenden
naam, in ’t Franfch D om p te - V e n in noemt, in ’t
Nederduitfch Z w a luw -W o r te l, naarden Latyn-
fchen Hirundinaria , welke ook in ’ t Engelfch
en Hoogduitfch wordt nagevolgd. Dc reden daar
van is te zoeken in de vertooning , welke de
Zaadhuisjes maaken met hunne gepluisde Zaa-
den. De Bloemen komen zo wel uit de Oxels
der
f14) Asdepias Fol. ovatis , Bafi Barbatis &c. Asdepias
Caule ere&o F l Suee. 200, 212. Mat. Msd. 103. Dau b .
Paris. 76. H. Cliff. 78. R, Lugdb 410. N. 2, Asdepias albo
Florè. C B. P in . 3O3 . TouRNF. Infi. 94. HALL. H e lv .s 25.
GoUAN Monsp 122. Asclep. f. Vincetoxicum. LOB.Icon. 630,
Vincetoxicuin, Dod. Pempt, 407.
B b b 4