IV. tje* gegaffeld; de Aairen eénzydig ömgekromdf
'Afdeel* <je Bloemen blaauwachtig en naar die van dfc
Hoofd- volgende Soort gelykende.
8TIJt* Zonnewende met Hartvormig Eyronde,
Txdicum,
ladifchî.
fpitfè, ruuwachtige Bladen, erikelde Aai.
ren en tweedeelige Vrugten.
Behalve de Blaauwe Amerikaanfche Zonnewende
van D o d a r t , wordt hier ook die
van H e rm a n n u s , welke fmaller Bladen
heeft , t’huis gebragt, De Groeiplaats is in
de beide Indiën.
(3) Zonnewéndé met Eyronde, rimpelig ruu-
1 we, gepaarde, overhoekfe9 Bladen en twéé'
voudige Aairen.
Zeer gelykt d e e ze , die ook in de Indiën
hiiisvest, naar de voorige; doch de Bloempjes
zyn zeer klein , doorboord , Wit met een gee-
len Gronde
in.
Farvifie•
•rum,
Kieinbloé*
ïnige»
iv.
Eurepdum,
Europifch.
(4) Zonnewende met de Bladen geheel ef<
fen-
( i ) HelirtrOpiura Fol. Cordato - ovatis &c, Fl, Zeyl, 70,
Heliott. Fol. ovatis acutis Spicis foütatiis. H, Clff. 4$. R,
Lugdb, 40s, H-cl. Amer, cceraleum. Don. Mem. 83. Plus.
2 4 5 . f . 4 . g . H e l . A m e r . coe r . f o l . H o rm in i a n g u ft io *
ribus. HERM. Lugdb. 307, SLOAN. Jam. 93.
( 3 ) Heliotropium Fol. ovatis rugolis &c. Mant, 201« Helio«
trop. Barbadenfe Flore albo mînimo. Dill. Eltb, 173. T. 146.
I , 17s. Hel. angiospermum. Murr. PI. Cott, p, 217,
(4) Hiliitrofium Fol, ovatis integerrirais Scc. H* Ups,
S A V Y j
J I
P E N R A N D R ï A. 4x7
fenrandig tVollig, gerimpeld, en twee. IV*
voudige Aairen. Afdeel;
Deeze Soort, een Jaarlyks o f Zaaykrmd
gelyk de volgende , groeit in de Zuidelyke Mms*
deelen van Èurópa en is ook niet onbekend in”***
de middelde deelen. ïk vind ze wel onder
de Planten van Duitfchland niet aangetekend,
rnaar T o u u n b f o r t nam dit Kruid, in zy-
. ne Kruidleezingen-, omflreeks Parys, waar;
de Heer H a l l e r in Switzerland, daar het
in de Zuidelyke Streeken overvloedig groeit,
hebbende op fommige plaatfen een zeer Herken
Jasmyn - Reuk. „ De Steng , zegt zyn
3, Ed. , is gearmd, een Voet hoog ( * ) , regt*
„ opflaande , met gedeelde , Eyronde, ruig-
3, achtige Bladen. De Takken loopen aan ’t
„ end uit in zeer lange Bladerlooze Aairen,
3, die fpiraal omgedraaid zyn. De Kelk is
j, ruig , de Bloem wit met een groenachtig
„ middelpunt, het Zaad Kegel vormig Ey rond ,
„ gerimpeld.”
Van ouds is dit Gewas tegen Kankerachdge
|én andere vuile Zwoeren aangepreezen, en
[hierom noemt R u e l l i u s hetzelve Kanker*
kruid*
SfttJV. Mmip. Hert. Cliff, 4$ ■ R. Lugdb, 404. HêliotropiUtti
inajus Dioscoridis. C. B. Pin» sjb. Heliotropiam majas,
Dod, Pempt, 70. CAm. Epit. p, loos. Hél, majus & Herba
C'ancri. LOB. Ic. 260.
(*) Gouan geeft 'er dé hoogte vatt een File aan. Hert,
Hemp. 7s»
D d