IV. In de UpiaJfche Tuin was in den jaare 17611
'Afdeei 0p »t ze]f(je Bedje met de anderen, een Plant
Hoofi> . opgekomen, welke in Smalbladigheid met dee*
8TüK- ze s oort t doch in de Geftalte van ’t Gewas en
v; p Wy de Bloemen naaft overeenkwam met her gewoo
ne Breedbladige Wollekruid. Niet onbillyk oordeelde
de Ridder derhalve, dat deeze laatftedoor
het Stuifmeel van de eerfle kon bezwangerd zyn.
D e Autheuren Rellen een dergelyk Smalbladig
Wollekruid voor , gelyk men onder anderen
zien kan by D o o o N é u s , wordende hetzelve
by fommigen het Wyfje s Wollekruid genoemd.
D e Afbeelding is ontleend van J.Ba ü h i n o s ,
die hetzelve van A g e r i ü s hadt bekomen (*),
vi. ^ (0) Wollekruid met langwerpig Hartvormige
gejleelde Bladen.
Zwart.
Dit noemt men Zwart Wollekruid., wegens
dfe Kleur der Bladen, die van boven rimpelig
en donker groen , van; onderen maar weinig
Wollig zyn. De Steng is paarfchachtig, byna
glad en hoekig. De Btoemén zyn groot en geel,
in ’t midden paarfch , en dus fraay. Het groeit
in ’t wilde door Europa, aan de Wegen en in de
Wildernisfen, ook in onze Provinciën.
(7 ) Wol-
(*) tiNN. Sp. Plant. p. 1470.
(6) Vcrbascum Fol. Cordato - oblongis petiolatis. Mat. Mei.
91, Verb. Fol» ovatls creoatis &c. H. Cliff. ,4. R. Lugii.
421. dalib. Paris. yejct», nigruin &c, C. fi. Pin,
E>OD. Ptrnpt, J44,
C7) WTollekruid met Eyronde, naakte, gekar- IW
telde Stoelbladen , de Steng byna kaal en
getroft. H o o f d *
D it , in de Ooftelyke deelen van Europa groei- vu.
jende ^ en paarfch Mottekruid genaamd van Bau- phxmceum
HiNUS, wordt zeer omftandig door den Ridder Paaifch»
befchreeven. De Stengbladen zyn Hart vormig,
ongedeeld , glad en rimpelig geaderd. Aan’t end
komt een Tros van een Voet l a n g , die uit een-
zaame eenbloemige Steeltjes beftaat. De Kelk
is in vyven gedeeld : de Bloem hoog paarfch,
Raderachtig, met paarfche Meeldraadjes, waar
van de drie bovenden een Wit Baardje hebben.
De Meelknopjes zyn .Niervormig, famengedrukt,
zwart met een Oranjekleurig Meel : het Styltje
paarfch en afgeboogen.
(8) Wollekruid met langwerpige gladde Bla- Vnr*
den, die 4 e Steng omvatten, en eem^ceppe Mout?'
Bloemfieelen. ’ fetuid«
Als een Kruid van een byzonder Geflagt, heeft
de beroemde T ö u s n e f o R t dit, om dat het
de Vrugt wat ronder heeft, voorgefteld en befchreeven.
Het komt, voor *t overige, volmaakt
met
( 7 ) Verhdscum F o l . o v a t l s nudis c r e n a t is Sic. B la t ta r ia p e -
iën h is F l . v r o la c e o . M o r I s . Hiß. 11. p . 4 9 7 . B la t t a r ia p u r p u .
le a . C . B , Pin. 2 4 1 .
(8) Verbascum FoL amplexicaulibus &c. Vetb. Foi. glabiis
fmuato - dentatis. R. Lugdb. 421. &c, Blattaria lutea 8e alba,
C . B. P in , 2 4 0 , 241,;.. D o p . Pcmpt, 1 4 5 . 1,9» , Utn, s 6* .
R r a
I( Deïj., vir4 stuk.