IV. D e e ze , op Malabar Kattu - Kelengu 'genaamd,
Afdeel, ^eefc een Boomachtige klimmende Steng. De
Hoofd* Bloemen zyn Haairig, als gefternd en bont. Men
s t o k . v indt deeze Soort ook op Java.
xviit. (18) Winde met Hartvormige ruigachtige Bla-
Ctnvtivu- fien een biyyende Haairige Steng, en veel’
l*t Cana- . , .
ritnp. bloetnige Steeltjes.
Kanaiifche. |
Zo wel als de voorgaande was deeze m de
Europifche Kruidtuinen bekend , zynde door
C o m m e l y n afgebeeid. Z y heeft een Heefterachtige
ruige Steng. De afkomst is van de
Kgnarifchc Eilanden.
xix. (19 ) Winde met Hartvormige Bladen > ver-
juuricatuu Bloemfteelen , eff ene Kelken en een
CJeciooin- 4cs -: gedoomde Steng.
By Suratte, in Ooftindie , is deeze waargc-
nomen, die naar de P a a rd e Winde g e ly k t,
maar deSteng gewapend heeft met flappeDoornen.
xx. (10) Winde met Hartvormige Bladen en een
^■ 'T, i windende Steng, die wederzyds fcherp is.
Tweetny- .
Op Ceylon en Java komt deeze voor , die de
v Steng
Os) Cenvolvulus f o l Cord. pubescentibus Scc. H. CUf.K.
Lugdi. Conv. Canar. femperWrens &c. Comm. Hort. 1 • P*
jo u T. 51V Conv. Canatienfis &c. Pluk. Alm. xi4.
(19) Cenvolvulus Fol. Cord* Pedunculls inciaifaus &=•
Fol, Cord. Canle rolubiB «rinqu« «*
tinato. Mant, 43,«
5teng wederzyds, van ’t eene Blad tot het an- IV.
dere, met een fcherpte o f Kiel heeft. De Bla- Afdeel;
den zyn Hartvormig Eyrond, langwerpig en Hoofd«
effen. STÜK*
( 1 1 ) Winde met Hartvormige gehoekte Bladen
, de Steng met vier Vliezige kanten lus Turft,
en veelbloemige Blcemfieeltjes. * Tuibith.
Deeze Soort levert den T u rb ith -W o r te l,
die in de Apotheekenbekend is ,u it. Menvindt-
ze Zeer groote gewiekte Ceylmfihe Winde, met
Bladen eenigszins naar die van de Heemst gely-
kende, door H e r m a n n u s getyteld, en onder
dien naam aan ’t licht gebragt. Een Plant,
door hem overgevoerd, heeft in de Leidfe Akad
em ie -T u in drie Jaaren geleefd. Hy vondtze
op Ceylon en Malabar, in vogtige belommerde
plaatfen , aan de kanten van Slöoten en in de
agter - Haagen der Hoven , menigvuldig groei-
je n ; doch by Suratte, Cambaya en elders aan
de Vafte Kust van Indie, gefchiedt de Inzameling
van deeze Drogery, welke men van daar
menigvuldig naar Perfie , Arabie , Turkye en
Europa, plagt over te voeren. De Mahomethae-
hen noemenze Turbith, mäar die van Guzuratta
Bar*
' (21) Ctnvolvulut Fol. Cord, angularis Scc. F t. Zeyl. 74.
Mat. M e i. 84. Convotv. Zeyl. alatusmaximus. Herm. Lugdb.
177. T. J7$, 179. Turpethutn repens Fol. Althear vel Indï-
cum. C- B. Pin. 149. Turbith Ófficinaruni Gatzis atque
Acofts. BR£VN. Prtdr. 2. p. 103,
M m 2
II. Ceel. Vil. stuk.