ÏV. Deeze Soort, die in deZuidelyke deelenvan
fdeel, v rankryk, in Spanje en Portugal, groeit, voert
Hoofd- wegens de ruigheid der Aairen , die tevens
stuk. rondachtig zyn , den bynaam van Lagopus of
v>gi!nWy' Haazepoot, een bekend Kruid., C. B auhinös
befchryft deeze en zegt dat de Hoofdjes fom-
tyds ronder, fomtyds langwerpiger Wollig en
rosachtig zyn , geevende op zyde kleine Blommetjes
uit. ’t Getal der Bloemftengetjes van
ieder Plant, de grootften ongevaar een Handbreed
hoog , was fomtyds meer dan twintig.
D e Bladen waren ongeribd, van onderen ruig,
o f flekeh'g , vier Duimen lang en minder dan
een Duim breed, loopende zeer ipits aan *t
end.
vut. (8) Weegbree met breed Lancetvormige, dfie-
LufitlniU. ribbige , eenigermaait getande en Haairi-
ïoMugae- ge Bladen, de Aairen langwerpig en ruig ,
de Stengen hoekig.
Niettegenftaande deeze, in Spanje gevonden
door Altstroemer , de Bladen breeder dan
de gewoone Ruige heeft , zyn dezelven doch
maar drieribbig, regtopftaande, een Handpalm
lang. De Bloemftengen zyn eenigermaate fte-
ke lig , met v y f Sleuven. De Aairen , ruig ge-
lyk in de voorige , zyn langwerpig, de Bloemen
witachtig.
( 9)
( t ) Plant ago Fol. Iato-lanceolatis triucrvüs fubdepUiis fub-
pllofis Sec. Plantago trinervia latifolia minor incana Hispani-
ca. Bark. Rar. n s . T. 745,
(.9) Weegbree met Lancetvormige fcheeve IV*
Haairige Bladen, Rolronde opgeregte Aai-
ren en ronde Stengen. Hoofdstuk.
T o t deeze Soort, die in de Zuidelyke dee- ix.
len Van Vrankryk en in Spanje , op droogf j ï t * “ 1'
dorre Velden, groeit, wordt het Groote Ruigewtachti-
witachtige Holofleum of Heelbeen, van B a ü -s8'
.h i n u s , t’huis gebragt. Daar toe behoort het
Kruidje , ' ’t welk in dé nabuurfchap van Sala-
manca door C l ü s i u s waargenomen werdc,
voerende dien naam by de Ingezetenen. Het
was zeer klein, met langwerpige Blaadjes, door
de ruigte byna geheel wit en langs den Grond
uitgefpreid , waar tusfehen v y f o f zes naakte
Steeltjes voortkwamen , een Handpalm, hoog,
met dikke Rolronde BIöêm-Aairen. Veel kleiner
nog, was dit K ruidje, by Montpellier , hem
voorgekomeq,
(10J Weegbree met platte Lini&ale Bladen, r.
ronde ruige Bloemjlengen en langwerpige
regtopftaande Aairen.
Op de Switzerfche Alpen is deeze door den
Heer
(9) Plantago Fol. Lanceolatis obüquis vülofïs &c. H. C l i f .
R Lugdb. 401. GoUAïï Monsp, 70 Ger. P tov. 334. Holo*-
teum hiifittum albicans majus & minus. C. B. Pin. 19»,
Holost. Salmenticenfe. C u s . Hisp, 435. fc. 4g7,
(10) Plantagt Fol. Linearibus planis &c. HALL. Helv.
471. Scop. Cara. Holofteum hirfutuin nigricans, C. B. Pin.
190. Coronopus fylvestris live Serpentiaa Matthioli. Lcifc
Jetn. 439 ? Bocc. Mus, z, p, j j ,
IX. Deal. VIIt Stuk,