IV. als ’ t Meeldraadje, hebbende een geknopten,
Afdeel. fghaengedrukten } uitgeranden Stempel. Hét
Hoofd- Zaadhuisje is rondagtig, gekroond, met drie
stuk. hokjes en drie kleppen, bevattende ‘ veele drie-
, j ^ f | hoekige Zaaden.
T o t de eenigfle Soort van dit Gedagt wordt
een Westindifche Plant betrokken, welke van
S l o a n e genoemd is Groote Wilde Gember,
met de Vrugt op een byzonder Steeltje , en
van B r own e Kleine Amomum, die deBloem-
fteng Bladerig heeft, met Aaïrswyze Bloemen.
D e Heer N. L . B u r m a n n u s getuigt, dat
de uit Java overgezondenc Plant volmaakt flrookt
met de TJiam-Kua van den Hortus Malabari-
cus» welke door H e r m a n k u s voor denCos-
tus Officinarum gehouden wordt. Dus fielt zyn
Ed. ook bedenkelyk vo o r, o f dezelve niet de
Zerumbed zy van R u m p h i u s , op deszelfs
Tab, 68 afgebeeld , daar ik dienvolgens nog
kortelyk van fpreeken zal.
De Tom- D e e ze , welke de Maleijers gemeenlyk Tom-
aaon-piant.WJOn heeten, heeft met de Kurkuma zo veel
overeenkomst, dat die Autheur haar voor een
Wilde Kurkuma zou gehouden hebben, indien
zy door de Indiaanen niet. daar van onderfchei-
den werde. Z y kennen ’er zeven Soorten van,
die altemaal in Gewas weinig van de Kurkuma,
doch taamelyk verfchillen van de Wilde Gem-
ber-Plant o f Zedoar-Wortel, hier voor befchree-
ven ; dewyl de Bladen , elk met zyn eigen
Steel, voortkomen uit den Wortel, en tevens
veel
vpel grooter zyn. De grootlle Soort heeft de -IV.
Plant wel drie o f vier Voeten hoog , en ieder I#
Blad, buiten den Steel, een Elle lang, op een Hoofd-
half Voet breedte. De Wortel is Bolrond o f 5™Mon1^oiy*
Knobbelagtig, in veele Soorten van binnen wat nia,
geelagtig , doch altoos bitterder , fcherper en
flerker van Reuk dan de Kurkuma, naar welke
zy anders in gedaante veel gelykt,: des R u m p
h i u s oordeelt, dat de Tommon.veeleer voor
den regten Zedoar-Wortel te houden zy.
,Wat de regte Costus-Wortel aangaat, dezelve
wordt by ons geagt een uitmuntend Maagfter-
kend, Windbreekend en Zenuwprikkelend Middel
te zyn , veel flerker dan de Zedoar, die men
’er dikwils voor gebruikt. Hy is tegen Beroerte,,
Lammigheden en dergelyke Kwaaien, dien-
flig , en komt ook in de Theriaak en andere
Zweetdryvende Opiaaten,
A L P I N I A.
Dit Geflagt heeft zynennaam van Pater P lu-
mter bekomen, die, waarfchynlyk om ,den be-
roénrden Prosper Alpinus te vereeren , den-
zelven gebruikt heeft voor eene Plant , door
hem Alpino, ,die de Bladen van Bloemrietheeft,
met witte Trosfen , getyteld.
Het Bloemkasje is driedeelig , klein , op het
Vrugtbeginzel geplaatst. De Bloem eenbladig,
ongelyk en als verdubbeld : het buitenflegedeel.
te in drieën gedeeld, met de bovenfle Slip hol-
B 3 rond.