lingen, de bewaring va'ü wapenen , werktuigen, Ievensmiddelen en
het ingezamelde metaal, en dergelijke. Doorgaans zijn het luchtige
houten gebouwen , doch goed met palissadeu en bastions versteckt
en gewapend, en bevatten zij een tempel of tei-pe-kong, vertrek-
ken voor de leden der kongsie, andere voor de vergaderingen en
het verblijf van gasten, kookplaatsen en onderscheidene magazij-
nen 1). Wanneer, gelijk sorns gebeurt, meer dan een kongsie-huis
aanwezig is, dan erlangt ieder zijne bijzondere bestemming, zoo
als ons boven reeds ten aanzien van Montradö gebleken is 2). Bij
het binnentreden van een kongsie-huis moet men zieh zorgvuldig
wachten van een opengeslagen pajong of zonnescherm in de hand te
houden, eene oneerbiedigheid, die in een inwoner van Montrado
met 50 rottingslagen en drie maanden kettingstraf zou geboet worden.
Ook eene goudmijn mag men niet met geopenden pajong bc-
zoeken; men zou dit als onheilspellend en beleedigend voor den rijk-
dom der aarde beschouwen 3j.
Deze schets van de vereenigingen der Chinezen als politieke lig-
chamen — over den mijnarbeid stel ik mij voor in het volgende
hoofdstuk te spreken — zou niet volledig zijn zonder eene körte
beschrijving van hunne wijze van oorlog voeren, waarmede ik dit
hoofdstuk wil besluiten. Alle weerbare mannen zijn verpligt op de
oproeping hunner kongsies den arbeid te verlaten en te velde te
trekken; de petompangs, uit de verbindtenissen met Dajaksche vrou-
wen gesproten, en als goede sch utters bekend, nemen als voorveeh-
ters een voornaam deel aan den strijd. De taktiek bestaat voorname-
lijk in het aanleggen van bentings, zoo tot eigen verdediging, als
tot afsnijding van gemeenschap en-loevoer voor den vijand. De groot-
ste zorg wordt aan de meest geavanceerde benting besteed, waarvoor
eene goede positie gekozen wordt, terwijl bare verdediging aan de
voornaamste en dapperste voorvechters, opgewonden door den opium,
wordt toevertrouwd. Achter deze en digt op elkander worden
meerdere bentings opgeworpen, die alle toegangen versperren, en
welker bezettingen uitrukken, wanneer de eerste ernstig bedreigd
wordt. Is echter deze, in welke zij alle vertrouwen stellen, geno«
men, dan verliezen zij veelal den moed, beschouwen de positie
’) De nevensgaande afbeelding stelt een der beide kongsie-huizen voor,
die in 1822 te Mandor waren. Zie verder Ritter , bl. 1 2 4 , 126.
s) Zie boven, bl. 107. Uit het daar gezegde blijkt, dat vroeger ook
Sin-ta-kioe te Montrado een kongsie-huis gehad heeft.
*) Yan de Graaff R ., bl. 75.