
wel hebben willen begünstigen, doch eensdeels
bedenkende dat zulks minder gebruikelijk is
bij werken van den aard als het onderha/oige,
en anderendeeis daartoe niet wel in de mo-
gelijkheid zijnde, aangezien van verscheidene
plaatsen de inteekenings-lijsten nog niet terug
ontvangen zijn , zoo heeft hij dat plan moeten
laten varen en blijft hem geen arider middel
over om openlijk hulde te doen aan het wel-
willend lezend Indisch pübliek, dan in deze
weinige regelen zijne opregte dankbaarheid te
betuigen voor de bereidwilligheid, door hetzelve
aan den dag gelegd, om hem in Staat te stellen
tot de uitgave van dit werk overtegaan.
Deze uitgave laat zeker veel te wenschen
over, doch men neme tijd en plaats in aan-
merking en hetgeen, wat anders had moeten of
kunnen zijn, zal gewis in de oogen van dat-
zelfde welwillende publiek verschooning vinden.
Het doel waarvan de schrijver deZer Nieuwe
Indische verbalen en herinneringen bij derzel-
ver opstelling uitging is te behend, dan dat hij
gelooft noodig te hebben hierover nog eenigzins
uitteweiden. Aangename verpoozing, door eene
onderhoudende lektuur, gegrond op waarheidvolle
schetsen der zeden en gewoonien van de ver-
schillende volkstammen den Indischen Archipel
bewonende, en gevolgelijk eene kennisverbreiding
dier zeden en gewoonten, welke vöor velen
V O O R B E R J G T . XII
in deze gewesten zoo nuttig kan zijn , ziedaar,
hetgeen hij zieh bij het vervaardigen dier
Verbalen en Herinneringen steeds heeft voor-
gesteld, geloovende hij de gulle ontvangsl, die
zij steeds hebben genoten, te mögen beschou-
wen ja ls een bewijs der gelukkige slaging van
de daartoe door hem aangewende pogingen.
JOat d,ie ontvangst en de ruime inteekening
op Mit werk den schrijver tot prikkel strek-
kens om op het door hem ingeslagen voetspoor
voort te gaan, zal wel niemand betwijfeien,
en hij j zoo lang er nog bronnen te vinden
zy%’ welke hem de gelegenheid zullen verschaffen
om in den hem gewonen tränt waar-
*heid en verdichtsei in een kleed zamen te
weven, niet in gebreke blijven nog meerdere
voortyrengseien zijner pen het licht te doen zien.
M'ogen deze Nieuwe Indische verbalen en
herinneringen hen, wien zij reeds bekend zijn,
bij herlezing nog eenige aangename oogenblikken,
en, die ze voorheen nimmer zagen, eene onderhoudende
nuttige lektuur en verpoozing verschaffen,
dan zullen de betrekkelijke wenschen
vervuld worden van
DEN ERKEN TE LIJKEN SCHRIJVER.
B a t A n i a ,
den 30 jip r il 1845.