
welgevallen neerzag op de laauwereu, welke hij, ten koste
van zooveel bloeds , in de Oostersche gewesten verworven
had, en de onfeilbaarheid zijner genomene maatregelen tot
daarstelling en handhaving der- rust op den voorgrond
stellende, zoo- moest elke verontrustende tijding, iedere
overgebriefde daadzaak, welke bet geloof aan die onfeilbaarheid
den bodem insloeg, zijne eigenliefde kwetsen,
en haat en nijd doen geboren worden , die den grond leiden
tot de teleurstellingen , door Dehm er bij het vragen
om versterking in ruime mate ondervonden.
C a a e schetste eerst den opstand van den Capaha a f
als eene onraogelijkhesidtoen echter latere tijdingen dien
bevestigden , stelde hij den heer Dejmer voor, als een
vreesachtig persoon , en als iemand, die deze gelegen-
heid aangreep om zieh gewigtig te inaken in de oogen
van het Opperbestuur : en de zaak zelve als eene niets-
beduidendheid doende beschouwen , zoo werd Ambon's
Landbestuurder de wrijfpaal van zijn gefnuikt eergevoel
en de persoon , ten wiens koste hij zijne zoo spoedig
reeds verwelkte laauweren, op nieuw trachtte te doen
bloeijen.
Eenigen tijd mögt het hem dan ook gelukken bij de
Hooge regering een’ twijfel te doen bestaan, omtrent het
mannelijke en in de gegevene omstandigheden doelmatige
gedrag van dien Landvoogd ; doch toen die nietsbedui-
dendheid van zulk een langen duur werd ; toen ook daar-
uit andere verwikkelingen met de overige onder Amboina
behoorende eilanden het licht zagen ; toen Dehm er , die
in zijne brieven steeds der waarheid trouw bleef, eene
naauwgezette schets gaf van de treurige gevolgen, welke die
opstand voor de nagelrijke Molukko'18 kon na zieh slepen;
toen hij duidelijk aantoonde , dat natuur en mannenkracht
zieh vereenigden , om dezelven voor de onder ziju bereik
zijnde geringe middelen onoverwinnelijk te maken ; toen
werd in den Raad het vertrouwen op Caa s’s steeds ont-
wijkende en niets dan personaliteit ademende verslagen
en voorstellen een groote slag toegebragt , en besloten
niet langer doof te blijven voor de verzoeken eens mans,
die in al zijne vroegere betrekkingen immer bewijzen ge-
geven had eener buitengewone zielsvastheid , en van wien
men aldus verwachten kon , dat hij niet door den prikkel
eener valsche eerzucht, maar als een gevolg van hetdaad-
werkelijke, omstandigheden bloot lei en overbriefde, die
duidelijk aantoonden, dat ,' zonder voldoende hulp van
den hoofzetel in In d ie , het behoud der Oostersche gewesten
in de waagschaal werd gesteld.
Vandaar dan ook de aankomst te Amboina in de tnaand
Februarij. 1645 van vier schepen en 250 militairen, onder
het bevel van den kommandeur v a k d e r M b u le e , doch de
westmoesson nog hevig doorstaande , zoo moest de Landvoogd
zijn geduld nog eenigen tijd op de proef stellen ,
alvorens met die magt tegen den Capaha te kunnen op-
rukken, intusschen zijne hoop op eene gemakkelijke ver-
overing stellende op den dood van P a t iw a k i , die men
algemeen als de ziel des opstands had beschouwd , en welks
sneuvelen eene groote verslagenheid onder de op den berg
te zaämgerettenen had te weeg gebragt. Ook vermeende
hij in de handelingen van T o e lo e c a b e s ie na dat sneuvelen
eene zekere laauwheid of onverschilligheid bespeurd te heb-
ben, die den Landvoogd nog grooter vertrouwen inboe-
zemde op het spoedig daarzijn van het günstige tijdstip ,
waarop dien Orang Icaya en deszelfs aanhang eene ge-
voelige les kon gegeven worden.
Werkelijk ook scheuen de verrigtingen van T oeloecabesie
dat , vertrouwen te zullen bevestigen. Zelfs bij de zijuen
bleef het niet onopgemerkt, dat, sedert het overlijden
zijns schoonvaders, in zijn gedrag eene zekere wankel-
inoedigheid voorlieersckte , die moeijelijk overeen te bren