
«n haar in opspraak brengen ; bewrjs, zeg ik u , of
mijne gramschap zal u verpletteren.”
»Uw Hoog Edelheid overtuige zieh zelve. Op het
•oogenblik zijn zij zelf op hare kamer bij elkander ; —
indien *.
» Onmogelijk ;■** riep de Opperlandvoogd nog eens
doch zijne gramschap niet meer knnnende beteugelen,
greep hij gedachteloos den staf van kommando, die immer
voor hem op tafel lag , vatte den sidderenden , doch
inwendig van genoegen blakenden Fiskaal bij den kraag,
sleurde hem voort en snelde , hoe. krachteloos ook, het
slaapvertrek u it, in de deur bijkans den goeden juist bin-
nentredenden Dokter Bosties omverloopende» d ie , dade-
lijk bevroedende wat de oorzaak was dier driftige voort-
sleuring, den Fiskaal een’ .blik van verachting toevvierp
en onder een treurig, diep uit de borst komend; Fa-
meus! den Opperlandvoogd op de hielen volgde.
Werkelijk' waren de gelieven bij elkander. P i e t e r J aco
b szo o s K o r t e s h o e f , die reeds in zijne jengd zijne be-
trekkingen in Amsterdam verlaten had , om zijn geluk in
Indie te beproeven , toen 27 jaren oud, had zieh aliijd
doen kennen als een braaf en oppassend jongeling. Assistent
in dienst der 0 . I. Compagnie, vaandrig der Batavia-
sche burgerij* vlng en werkzaam gednrende zijn’ kantoor- I
tijd, dapper in oogenblikken van gevaar, welke zieh toen
zoo dikwerf voordeden, was hij. door iedereen bemind en
had zieh de onderscheiding van den Opperlandvoogd en j
daardoor ook den toegang in Hoogstdeszelfs woning verworren,
eene gunst, aan lieden van zijn’ rang destijds
weinig te beurtrallende. Hier ontmoette hij eene engek I
indien het vergund is broze stervelingen bij de hemelin- I
gen te vergelijken ; een meisje dat in eens zijne blikken I
beeide en hem voor het eerst een gevoel inboezemde , dat I
de bron is van zoö vele vreugde, van zoo veel heil, maar 1
I ook , Helaas 1 dikwerf van zoo vele smart, ran zoo vele
I droefheid. Ook hij was zoo gelukkig van eene zuivere,
■ welgemeende wederliefde te verwerven. S aba Sfbcx , eene
ft onechte doch tijdens het huwelijk verwekte dochter van
fm J acques S pecx , destijds als Ordinair Baad van Indie
Bnaar het Yaderland vertrokken, doch kort daarna terug-
u gekeerd en den Heer Koek als Opperlandvoogd opgevolgd,
■ had naauwelijks veertien malen het noodlottig uur barer ge-
K boorte kunnen vieren; nog had zij, zonder betrekkingen,
■ o uderloos en als het wäre aan vreemden overgelaten , geen
; vijftien zonnekringen zien voltooijen , en was als Staatsjufter
bij E o e s ’ s echtgenoote, die haar overigens moederlijk
B behandelde, geplaatst, toen het rampzalig oogenblik voor
Bhaar naderde, waarin zij aan de schandelijkste verguizing,
Haan de wreedaardigste mishandeling zou worden blootge-
Hsteld. De Natuur was mild omtrent haar geweest; rijkelijk
had zij al hare gaven, zoo naar geest als naar ligehaam $
Hover haar uitgespreid, en wanneer men in de naauw vol-
tooide straten van B a ta via eene ligtbruine gestalte, — een-
voudig gekleed in sa y a en lealaya, met blinkend git-
Zwart haar, een gezigtje om te stelen zoo bevallig, en
een paar oogen die geheel het gevoel, dat haar bezielde,
liefde en zachtaardigheid , uitdrukten , — zag zweven ,
dan riep ieder met bewondering uit: daar gaat de tchoone
|§ S aba ! Jiederig, vriendelijk jegens iedereen , won zij aller
Hpiarten: de ouders stelden haar ten voorbeelde aan hunne
dochters; hare speelnooten konden haar dit niet benijden,
Hwant daartoe was zij te lieftallig, en de jongelingen wier-
Hpen menigen heimelijken blik op haar en dachten: 0 ! mögt
Hzjr mijne vrouw worden ! Doch, hoe jong ook, reeds h^d
Hzij de liefde leeren kennen; haar hart was reeds veroverd,
Bluid had het geklopt bij de eerste ontmoeting met K o b -
ä t e j h o e p : en toen hij later stoutmoediger geworden, haar
Hzij ne vurige liefde had bekend, eeuwige trouw gezworen en