
Zijne voornaamste handlangers en vertrouwelingen waren
Kiaij Maas Goxlob, een gterke forsche Javaan, die men
vermoedt afkorastig geweest te zijn van de verdreven vor-
sten van J a k a tra, ja zelfs veel regt op den troon van
dat door de magt der Compagnie in 1619 vernietigd rijk
gehad te hebben: en de Javanen Soedijt, Sotm en Sebi-
ta , alle drie van gemeenen afkomst, doch bekend als
hevige onruststokers en opium-schuivers, welken daardoor
dan ook op een’ boop siecht gespuis, hetgeen slechts van
roof en brand leefde en de omstreken der stad onveilig
maakte, een’ grooten invloed bezaten.
Sultan Agoxxg zat op een’ morgen van een’ der Augus-
tus-dagen in 1644 op een prächtig Persiesch tapijt (een
geschenk der Compagnie aan zijnen voorganger) in een
klein vertrek van zijn Dalem (paleis) eenzaam zijne betel
te kaauwen , toen de Hoogepriester Chalipa Sech Sawal
Bih Abldixx zieh bij hem liet aandienen. Oogenblikkelijk
werd hij toegelaten, want men scheen hem wachtende,
en een wraakademend vergenoegen straalde uit des Sultans
oogen. » "Welnu! Chalipa!” vroeg h ij,— den priester
naauwelijks den tijd gevende om kruipende den zoom zijns
kleeds te küssen en zieh ter neer te zetten, — » welnu!
heeft Pexbe zijne belofte volbragt, het geloof dier Chris-
ten-honden afgezworen — en het eenige wäre — het onze
aangenomen ?”
» J a ! ” antwoordde de priester onderdanig, » Uwer
Hoogsheid wil is altijd onwederstaanbaar , en Pekel heeft
daardoor een bewijs gegeven hoe trouw hij de goede zaak
is toegedaan.”
» Waar is hij ?”
» In den voorhof van den Dalem, met Kiaij Maas Goe-
lok in eenen draagstoel, om voor het volk verborgen te
blijven; — beiden wenschen slechts in het geheim tot u
te komen.
»Dat is noodzakelijk, — ga hen halen en zorg dat zij
niet gezien worden.”
Längs vele omwegen bereikten Pekel en Kiaij Maas,
benevens Chalipa het vertrek des Sultans, en zetten
zieh diep buigende op eenigen afstand van hem neder.
» P ekel!” zeide de Sultan, » ik hoor, gij hebt dat
hondsche geloof afgezworen en zijt nu Mahomedaan geworden.
Meent gij dat opregt?”
» Zoo waar en zeker als God leeft en Mahomed
zijn Profeet is ,” antwoordde deze tot zijne voeten kruipende.
» En denkt gij nu onze plannen te kunnen volvoeren?—
Bedenk u wel; — reeds toen gij drie jaren geleden van Cei-
lon terugkwaamt ( 1641 ) , deedt gij mij de schoonste ge-
loften, doch zij vervlogen in rook.— In het afgeloopen jaar
zag ik mij mede te leur gesteld. — Hebt gij nu alles be-
ter overlegd en gelooft gij ten volle te kunnen slagen ?”
» Uwe Hoogheid kent het vertrouwen dat de Gouverneur
Generaal en zijne raden in ihij stellen. Het valt mij
nooit moeijelijk die hatelijke vijanden uwer magt en
grootheid te naderen, en ik heb daarom met Kiaij Maas
afgesproken , wanneer het volle maan zal zijn en dus den
18de dag van deze Christen maand, des avonds een afzon-
derlijk gehoor, onder het voorwendsel van een gewigtig
geheim te willen bekend maken, aan den Landvoogd te
doen vragen , hetgeen ons ongetwijfeld zal worden toege-
staan. — Wij zullen ons met krissen wapenen en alsdan
den Gouverneur Generaal, zijne vrouw, kinderen , alles
wat wij ontmoeten, niemand uitgezonderd, vermoorden en
in die verwarring, door behulp van Soediit , die van bui-
ten met 1000 Cheribonners, daartoe bereids bij verschil-
lende troepen onder weg, zal aanrukken, ons van het
Kasteei meester maken. Ter zelfder tijd zullen Soeda en
Sebita met Uwer Hoogheids kloeke en welgewapende on