
ooze vrijheid berooven; — neen , zij dompelen ons ook
in armoede eil geen onzer heeft thans, helaas I Sagoboo-
men genoeg, ora zijn huisgezin te kunnen onderhouden. De
scboone beloften van Ger a r d R a sg s i (R e i j s s t ) , L aereks Rut
(R e a a i,) en P ie t e r S choos ( J a s P ietersoos K oek) , hebben
voor ons geen vruchten gedi agen , en , ofschoon wij hen
overal in hunne oorlogen tegen Banda en Ternate kracht-'
dadig en moedig hebben ondersteund en geholpen , nooit
zagen wij evenwel dat zij- welwillender omtrent ons zijn
geworden , en ons lot wilden verzachten, door onze ge-
bruiken ongeschonden te laten en den prijs der nagelen
te verhoogen. Integendeel ook onze godsdienst hebben zij
aangerand en al hunne Landvoogden steeds getracht, om
ons het door ons gehate Christendom te doen aannemen.
Altijd zwierven vroeger hunne zendelingen in ons midden, om
ons zoogenaamd te hekeeren en om al hunne wandaden de kroon
op te zetten , hebben zij nog onlangs den dapperen, steeds
ons belang met hart en ziel bedoelenden Kapiteln van Bitoe,
K a k ia e i , verraderlijk doen vermoorden. Eerst namen zij hem
gevangen en sleepten hem naar Batavia. Toen bragt hun
Opperlandvoogd vah Die s e s hem weder hier, hergaf hem
ons en herstelde hem in zijne vorige magt en waardigheid,
en toch is hij vermoord ! ! Ja, de vuige lafaard , dien
zij hebben afgezonden om den moord te plegen en die
het vertrouwen van Moorhum K a k ia e i (!) had welen te
winnen, was wel geen Hollander , raaar toch ook al een
blanke , een Spanjaard, die hun eerst heeft gediend en
nu tot hen terug gekeerd is. En hoe velen onzer hebben
reeds te Batavia of in dat wederregtelijk nog bestaande
kasteel Kictoria door het zwaard het leven verloren, of
zijn ellendig op galg en rad omgekomen; even als de
(ji) De zalige Kaki a Li.
Portugezen vroeger hen verbrandden, die zoogenaamd Christen
geworden en tot het eenig en opregt geloof teruggekeerd ,
later hun in handen vielen. En zouden wij , Mannen van
Bitoe / nu nog langer al die gruwelen verdragen en het
met leede oogen aanzien , dat men ons in ketenen wil
klinken en geboeid naar Ja va zenden, om däar als slaven
te worden verkocht, terwijl onze vrouwen en dochters
hier hunnen onteinbaren wellust ten prooije zullen blijven ?
Neen! geen uwer kan: of wil zoo denken, — veel minder
handelen op eene wijze, die onze dappere voorouders
schände zou aandoen ; allen , dat weet ik , zijt gij gereed
om u onder inijne bevelen te scharen en weldra zal de
lucht weergalmen van het luide geschreeuw om wraak; —
wraak over hen, die ons noch huisselijke, noch godsdienstige
rust vergunnen ; weldra zal de niet minder luide kreet der
o.verwinning worden aangeheven, en het gebrom der
gongen ( 1 ) , het schelle geluid van de tatabo-ang (2 ),
het gerommel der tifa (3) en de doffe klanken der robana’s
(4) verkondigen spoedig iedereen , dat Bitoe deszelfs vrijheid
herwonnen en zijne hoogmoedige vijanden totinhetstof
Vernederd en voor immer verdreven heeft.
En , opgewonden door die vurige aanspraak, vereenig-
de zieh de menigte weder met den spreker, die zijn
gevoel bot vierende en door zijne odrlogszuchtige driften
weggesleept, eensklaps zoo heftig .de Tjakalele begon, dat
(1) Speeltuigen der Hitoezen: gong, het bekende Javaansche groot,
rond, koperen bekken.
( 2) Vijf of zes gongen van kleinen omvang, gelegen op een
houten Vierkant, waarop met twee bewoelde stokjes geslagen
wordt.
( 3) Een holle trom.
(4^) Een plat ronde trom, een en een half voet middellijn en
een half voet hoogte hebbende.