
boven andere uit, zijne zucht om alle misverstand en
rustverstoring met zijne krijgzuchtige naburen , vooral
inet die van het landschap Torethea, slechts door de
rivier Tino, 1|- mijlen ten noerden van Bontliain gelegen
, van zijn land gescheiden, voortekomen en te verhinderen,
en zijnen onderhoorigen het genot des zoeten
vredes te verzekeren.— Doch hierin was hij niet altijd
even gelukkig;—dikwerf konden zijne onderdanen den
last dier naburen niet langer verdragen ; «— dikwerf toch
dreven hunne onbegrensde- aanmatigingen, plunderingen
en dierenroof, vooral van paarden en karbouwen, zijn
geduld tot het uiterste; en , waren de pogingen tot ver-
mijding des oorlogs in die gevallen vruchteloos, dan ook *
was hij de inan vol moed en beleid, die zieh aan het
hoofd zijner door hare dapperheid en trouw inet regt geroeinde
bevolking stelde, haar ten strijde voerde en meest-
al zegevierend terugkeerde. In den tijd van dit verhaal
was hij nog in de kracht zijns levens, ongeveer 40 jaren
ond en bekend als de beste ruiter des gebeelen land-
streeks. .
Qnbetwistbaar is er geen land in den Indischen archi-
pel, waar de vronw zooveel vermag en invloed heeft,
zoowel in de algeineene aangelegenheden der bevolking
als in het huiselijke, dan op het eiland Celebes. Getui-
gen hiervan de veelvuldige ten troonstijgingen van vrou-
wen op de vorstelijke zetels van Bonit , Soping, W"a-
djoe en andere landstreken, terwijl men in den huishou-
delijken kring met regt zeggen kan, dat de vrouw den boven-
toon voert, alles regelt, alles onbepaald beveelt en de man
zieh als het wäre gewillig aan haar onderwerpt. Hoewel vol-
gens het Mahomedaansche geloof, de veelwijverij ook den
Makassaar en Boeginees, als belijders dier godsdienst,
is toegestaan, ziet men echter zeldzaam, dat hij naeer
dan eene vrouw ten huwelijk neemt, dewijl deze over
het algemeen, (hoewel den man een onbeperkt aantal bfl-
wijven, omdat zij ze, als slavinnen beschouwende, be-
bevelen kan, vergunnende,) geene mededingster in het
huisselijk gezag en in den onbepaalden invloed op hären
echtgenoot gedogen wil. Geen wonder dus dat ook Krain
BosTHiiir, om die reden slechts eene vrouw gehuwd heb-
bende, met name Daing Rese, de dochter van Krain
S isd r a b o k i ,—hoe wijs en beleidvol ook in den raad, hoo
dapper in het veld, —zieh grootendeels in het huishou-
delijke aan haar oordeel onderwierp en haar verlangen,
met eene door deze opheldering duidelijk geworden vrees,
in alles sliplelijk opvolgde.
Onder de vele hinderen, die hij bij haar-verwekt had ,
bevond zieh een toen zestienjarig meisje , Daing (1)
L ompo genaamd, hetwelk reeds algemeen bekend was
door hare door niets overtroffen wordeude schoonheid en
zacht karakter. Hare kleine, maar in alles geevenredig-
de gestalte, hare lange, loshangende, tot op de kuiten
reihende hoofdharen, vurige , zwarte oogen , slechts weinig
ingedrukte neus, kleine met eene geregelde rij nette
tandjes voorziene mond, hare blanke kleur bevestigden in
dien opzigte ten volle den haar toegekenden lof; terwijl
zij door haar goedig,, eenigzins schrander uitzigt, zackte
spraak en eene in al hare handelingen doorstralende wel-
willendheid jegens iedereen, ook de achling van allen,
die haar kenden, wegdroeg.
'Reeds verscheidene malen was zij door aanzienlijke
hoofden ten huwelijk gevraagd , doch alle hunne aanzoe-
ken werden vooral door de tusschenkomst der bezorgde
en zoo veel invloed hebbende moeder afgeslagen , en on-
( i ) Deze titel wordt zoowel aan het vrouwelijk als aan het
mannelljk geslacht op het eiland C e l e b e s gegeven.
2 ‘ DEEL. 18.