•ilämmM ¡mm
VlU
Over de water- cn slijkuitbarstingen der Javasclie vulkanen . .
Indccliiig, rangschikking der vulkanen , overeenkomslig Imune versehillende
wijze van zamenstelling
Twaalfde schets. Vulkaan hl: G.-Ringgit. Reis van Bondo
woso Over Pradjakan naar Socmbër
Regcntschap Bondo woso; liggins ; gesteldlieid
Loop der Kali-Sanipean
Natuurphysiognomie der vlakte van Bondo woso
Ligging en gesteldlieid van den G.-l\inggit
Deze berg ligt digter aan de Madoera-zee dan andere vulkanen ;
deze zee bespoelt den noordelijken voet des bergs
De vlakte, tlians palende aan den noordelijken voet van versclieidene
meer westwaarts liggende vulkanen, moet eebter beschouwd
worden als een gevuld gedeelte dezer Madoera-zee, die nog
voortdurend kleiner wordt, ten gevolge van alluvie . . . .
De voorstelling, dat in een voormaügen tijd tusschen de eilanden
in den Oost-Indiscben Archipel een onderlinge zamenhang bestond,
is een dwaalbegrip
Bladz.
929.
Bekümming des G.-l\inggit
Bescbrijving der eenige uitbarsting des bergs in 1586, die eene
zeer vernieiende uitwerking bad en waarbij de berg zelf verbrijzeld
werd ; aanbaling der oorspronkelijke gesehriften, waarin
van deze gebeurtenis melding wordt gemaakt
Aangebaalde feiten, ten bewijze dat de verbalen, voorkomende in deze
gesobriften, betrekking bebben op den G.-Ringgit, doch niet opden
G.-Këloet, zoo als door Dr. S. Müller ten onregte wordt be-
Dertiende schets. Vulkaan U : G.-Boeloeran. — Veld van
lava-puinbrokken, gelegen aan zijn voet tusschen Soembër waroe
en Badjoel inati,
Veertiende schets. Landschap Banjoe wangi en omstreken van
den G.-Idjèn. Reis van Badjoel mati over den oostelijken voet
des G.-Idjèn naar Banjoe wangi; rotskaap Baloe toetoel; plaats
waar de boofdstad van liet voormalige rijk Balambangan heeft
gestaan : reis van Banjoe wangi naar Lidjèn
Van Lidjèn naar Ongop ongop en beschrijving van dit hoogland.
Vijftiende schets. Vulkaan 45: G.-Idjèn, benevens de nabij
gelegene kegelbergen G.-Mërapi, Ranté en Pëntil. — Topo
graphisch overzigt (deze kegelbergen cn bet centrale hoogland,
daar tusschen gelegen; de zure beek Banjoe Paît)
Scheikundig onderzoek van bet water der Banjoe paît ; periodieke
veranderingen, waaraan bet water dezer beck onderhevig is. .
930.
933.
939.
943.
945.
94Ö.
950.
954.
955.
957.
958.
900.
970.
979.
989.
1002.
1010.
1024.
Aanmerking over de verkeerde schrijfwijze der Javascbc namen in
Engeische e. a. werken
üitbarstingen; beschrijving der uitbarsting in 1817, waarbij bet
laagland door ontzaggelijke watcrvloeden werd geteistcrd, die
van den berg benedenwaarts stroomden, zamcngesteld volgens
authentieke beriglen ' '
Veranderingen , welke de gedaaute van den G.-Idjen en zijne omstreken
hebben ondergaan
Over den aard cu den oorsprong van het kratermeer, en over
het karakter der uitbarsting (benevens beschouwingen over de
water- en slijkuitbarstingen van sommige Javasche vulkanen — G.-
Gelocnggoeng , Kgloet , Idjen — in bet algemeen.) . . . .
Zestiende schets. Van Banjoe wangi tot aan Bondo woso. (Beoordeeling
van het karakter der Javanen, voorkomende in een
werk gedrukt in 1656, enz.)
Zeventiende schets. Vulkaan 41 : G.-Ajaug , met een uitgedoofden
krater en verscbeideiic soll'atara's. — Beklimming van
de zuidoostzijde ; nachtverblijf in het woud
Vervolg der reis over den top G.-Tj6moro köndöng, door het
terrasvormige hoogland; Casuarina-bosschen, wier physiognomie
veel overeenkomst heeft met die van een park en waarin eene
groote menigte hcrten voorkomt; zeer hcldere, stille nacht in
bet hoogland
Aankomst op het plat van den hoogst gelegen top G.-Argopoero,
met een uitgedoofden krater; bouwvallen van tempelen, door
wier grondslagcn solüifara's uitgeberstcn zijn; derde nacht
in die bouwvallen doorgebragt
Terugreis ; verbazend groote hertendrifben
Reis van den beer Ch. Bosch door betzelfde gebergte . . . .
Achttiende schets. Vulkaan40: G.-Lamongan. — Topographische
beschrijving ; groot aantal meren, die zijuen voet omringen.
Bezoek des bergs in 1838; tooueel, dat hij oplevert gcdurende
de üitbarstingen , die toen plaats grepen
Geschiedeuis zijner üitbarstingen tot in 1849
Negentiende schets. Het Ardjoeno-gebcrgte en zijne omslreken.
— De G.-Penanggoengan en de moddervulkanen bij Soerabaja.
— Reis van Probolinggo door het TenggSr-gebergte tot aan
Poespo , gelegen aan de noordwesthelling van den berg; hooge
wärmte des bodems aldaar
Basalt-stroom aan de helling van den G.-Töngg6r; reis van Poespo naar
Lawang (gelegen op den zadel tusschen denG. -Tönggören Ardjoeno).
Beklimming van den G.-x\rdjocno längs de zuidoostzijde ; reis door
graswildernissen met afzonderlijk staande boomen, later door
IX
Bladz.
1033.
1034.
1039.
1046.
1058,
1069.
1076.
1090.
1104.
1106.
1110,
1118.
1125,
1134,
1140.