
4G2
Ijaaiul gewoi'dci], had men ccliter niet nicer kunnen tcrugviudco.
(Zou aiisschien het pad in do kraterspleet uitgekoraen zijn, alwaar
zieh de nog werkzame fumarolen bevinden?)
Ik Ycrliet Gondosoeli des morgens van den 14''™, begaf mij
eerst in eene westelijke rigting benedenwaarts en ging vervolgens
(den weg verder volgende) noordwaarts, dwars over een
aantal aaneengeschakelde heuvels, welke eenen langwerpigen
rug vormen, waardoor de hellingen beneden Gondosoeli van
Karang pandan gescheiden worden. Aan deze (zuidelijke) zijde
vliet de waterrijke kali Sameng mischend tusschen rolsteenen
iiederwaarts. Eene tweede beek loopt, aan gene zijde van den
bergrng, voorbij Jiarang pandan, welke plaats aan den westelijkcn
voet van den Lawoe ligt. Aan dezelfde zijde des bergs,
doch hooger op, liggen de ru'inen van Soekoe.
Van Karang pandan ging ik nog denzelfden dag naar Balong
terug. Ik nam mijnen weg schuin over de helHngen van het
gebergte, ging door de beddingen van zes beken, die in even
zoo vele kloven tusschen beide dorpen, derhalve tusschen het
westen en noordwesten van den Lawoe, afwaarts stroomen.
Een gelijk aantal lengte ruggen (elk derzelven door eene beek
ter wederzijde begrensd) liggen tusschen dezelven uitgestrekt;
de Vierde dezer lengte ruggen onderschcidt zieh door groote,
schilderachtige rotsmassa's, welke zieh aan zijne wanden verlieffen.
Eenige clagen later bezocht ik den berg ten tweeden male,
in gezelschap der beeren Fritze en Johnston (president der
lingelsche faktorij te Canton, in China,). De Prins Prangwedono,
aan wien het landgoed Karang pandan en de westzijde des bergs
behooren, had een weg doen banen, welke het beklimmen
gemakkelijker maakte. — Op den 18''"" Mei begaven wij ons
van Solo naar Karang pandan. Het huisje ligt (2,100 voet boven
de oppervlakte der zee) op een heuvel, welke naar alle zijden
vrij afdaalt en slechts aan de oostzijde met de helling van den
Lawoe vcrbonden is. Op die wijze domineert het de geheele omliggende
Streek. Het heeft slechts eene verdieping, is uit planken
gebouwd en met Ein'ojjesche meubclen voorzien. De kamers
463
bevinden zieh tcr wederzijde van eenc middenzaal, welke aan
de voor- en achterzijde geopend is en in verband Staat met de
gaanderijen, welke rondom het gebouw loopen. Een heerlijk
schoon uitzigt geniet men van daar over de rijstvelden, welke
den voet des heuvels omgeven en over de talrijke dorpen met
hunne palmboomen. De Prins ontving ons op de Europesche
wijze. Hij was gekleed in de uniform eens koloneis en reikte
ons de hand bij de eerste begroeting. Vervolgens werden
verfrisschende dranken rondgediend. Onophoudelijk werden de
slagen van den gamelan gehoord. Toen de avond viel en men
zieh aan tafel zette, werden wij verrast door eene Europesche
muziek, met pauken en trompetten! die wel geraas genoeg maakte,
maar overigens veel te wenschen overliet. Nu werd de koffij
aangeboden en wel, gelijk altijd bij de Javanen, vöör het
eten, hetwelk, op de Europesche wijze bereid, in zilveren
vaatwerk werd toegediend. Toen ging men aan 't drinken en
praten, tot dat de Prins afscheid nam en de gasten omstreeks
10 ure zieh naar hunne kamers begaven.
Vroeg in den morgen van den volgenden dag Stegen wij te
paard en reden oostwaarts längs den berg op. Duidelijk zagen
wij, niet ver beneden de woudgrens, de rui'nen van Soekoe,
benevens de wegen, welke in hunnen bogtigen loop derwaarts
leiden. Het koloriet der benedenhellingen is lichtgroen, ten
gevolge van het Alang-gras, waarmede zij begroeid zijn; eerst
boven Soekoe vangt de duistere kleur der wouden aan. Aan
de westzuidwestelijke helling (doch veel lager dan Soekoe)
verheft zieh, midden tusschen lengte ruggen, M'elke niet hooger
zijn dan gevs'oonlijk het geval is, een geisoleerde, halfkogelvormige
berg, die, met schaduwrijke wouden bedekt, een schoon
gezigt oplevert. Weldra hadden wij het dorp Toempak bereikt,
dat eenige hondei-d voet lager dan Soekoe, daar tegenover gelegen,
en slechts door een lengte dal daarvan gescheiden is. Wij
namen ons voor Soekoe, na onzen terugkeer van den berg, te
bezoeken.
De omliggende Streek van Toempak vormt een uitgestrekten
voorsprong, welke naar de achterzijde heen ketelvormig wordt,
K
!l
'-i
••«» I