
t
ii
i-
!:
I '
. 1».
iiilgeslorL gewordeu en die voor eeiiige houderdeii vaujareiiden
leiiipel Moendoet aan den zuidwestelijken voet van den Merapi
gelieel heeft bedolven, — maar insgelijks in hat oplossen van
het vaste gesteente openbaart zieh de werking van dezen oostelijken
wind en in de langzame vernietiging van den kratermuur
aan de westzijde, welke, dewijl dezelve weeker was geworden
dan de oostelijke maur, bij eene vernieuwde uitbarsting ligter
verbrijzeld moesl. worden dan deze, ten gevolge waarvan de lava
en alle andere uitgeworpen Stoffen bij vooi^teur längs de westzijde
des bergs nederwaarts moesten stroomen. •— Het is imrners
duidelijkj dat de zure en daarenboven gloeijend heete dampen
eene onophoudelijk vernietigende werking op het gesteente uitoefenen,
en dat zij de westelijke deelen niet slechts van den
slakkenkegel, maar ook van den kratermuur in eenen veel hoogeren
graad dan de overige deelen aantasten.
Het zou derhalve niet ongerijmd zijn aan tenemen, dat het.
verzetten of het verplaatsen der werking van vulkanische krachten
op den top van den Merapi, — eene werking, zulks wordt duidelijk
oatwaard, die zieh voordurend van het oosten meer naar
het Avesten heenwendt, bij uitsluiting door den passaatwind
wordt veroorzaakt.
De gesteldheid der westelijke helhng, welke zoo even het onderwerp
onzer beschouwing heeft uitgemaakt,'— die duizenden
van groote trachiet- en lava-blokken, welke, verstrooid in de
vlakten, gelegen aan den westelijken voet van den Merapi, b. v.
te Mocntilang worden aangetroffen, — het met asch overstelpen
van den Ijandie Moendoet, che aan den zuidwestelijken voet ligt,
terwijl daarentegende tempels van Prambanan aan den zuidelijken
voet niet werden bedolven, — de ligging van den thans werkzamen
eruptie krater aan het uiterste westelijke uiteinde der
kruin,^—de verlengde oostelijke ribben des bergs rnet hunne
wouden, welke welig groeijend mögen genoemd worden, vergeleken
met de volkomen kale, barre westelijke helft van den
i)erg, — enz., —di t alles schijnt aan te duiden: dat, bij de uitbarstingen
van den Merapi, rceds gedurende vele eeuwen het gi-oots(,c
en hcfligste deel zijner werking naar hei vieslen Ls gerigt g(;wees(.
405
Slechts nog op eenen enkelen vulkaan op Java treft uien dil
verschijnsel, namelijk, het bestaan eens eruptie kegels, welke toi
eene groote hoogte uit los op elkander liggende slakken is gebouvvd,
insgelijks aan en wel op den Tampomas-^ waarschijnlijk
was deze berg reeds gedurende eenige duizenden van jaren uitgebhischt,
want de weligste wouden groeijen op deszelfs slakken,
die met een mes kunnen doorgesneden worden.
B. Uitbar:stingcn van den Merapi.
1560. Ten gevolge van berigten uit inlandsche kronijken, medegedeeld
door RafQes, i) moet de «Merbaboe» eene geweldige
uitbarsting hebben geleden ten jare 1490 der Javasche tijdrekening.
(In de eerste jaren van de regering des Senopati.) Hij
wierp eene groote hoeveelheid asch en steenen uit, en veroorzaakte
vele overstroomingen en verwoestingen in de lagere landen.
— Misschien had de hevige uitbarsting van 1664,
waarvan Crawfurd melding maakt, plaats uit den Merapi.
d678, op den Augustus, had eene uitbarsting plaats.
(Verhandelingen van het Batav. Genootschap IV. bl. 1—17.)
d768, op den.dl'^"' Julij. Uitbarsting. t. a. p.
d82'2, van den tot den December. Reeds op den
avond van den December, ten 9 ure, werd in Kadoe eene
0 Raffles, Hist. o f j a v a , vol. II. p. 145. „Gedurende den daarop folgenden nacht
viel er een geweldige regen van donder vergezeld en den volgcnden morgen had er
eene uitbarsting uit den Merbaboe plaats, gepaard met eene vreesselijke ontploffing,
terwijl asch en groote steenen uit denzelven werden opgeworpen. De rivieren traden
buiten bare oevers, zetteden het laag gelegen land onder water en verspreidden schrik
en vervvoesting in het legerkamp der Pajang, ten gevolge waarvan de bevelhebbor
zieh genoopt vond met zijn leger onmiddellijk naar Pajang op te breken."
Naar mij door verscheidene taalkundige liöofden werd verzekerd, behoort het
woord Merbaboe eigenlijk te worden goschreven : Meraiooe, van meroe : borg en
awoe : asch, op gelijke wijze als .Merapi is zainengesteld uit meroe en api : vnnr en
vnurberg heteekeut. Ilet woord Meroe oorspronkelijk tot de Sanskritsehe taal bchnorende,
kernt meermalen op Java voor, b. v.in: Se-meroe of nuika-meroe, znidwaarts
van den Tingger. Naar Fr. van Boekhold (1. c. p. 15) zou de naam .ifgeleid behooren
le worden van meroe baboc en derhalve mOeder aller bergen bcteekenen.
•') Ind. Ai-chipel. (Ilnll. vort.) dl. .'!, ]). 509.
lij
t
•ii