
m
,•4
i;
190
ling vaii den steen werkzaam waren, eene zoo regelmatige
atscheiding doen geboren worden. Zoo zijn er, die geheel onregelmatig
opengesprongen zijn en anderen, die slechts eene rimpelig
ingeschenrde korst hebben, zoo als te snel gebakken brood.
Men vindt ook nog eene menigte wijzigingen van de voorgaande
lava-soorten, die soms gelieel puimsteenachtig zijn en in stukken
Over de kruin verstrooid liggen.
3. Tot de laatste produltten van den vulkaan en misschien
eenvoudig door de vergruizing van genoemde lava-soorten gevormd,
behoort een zwartachtig, graauw, veel ijzer inhoudend zand,
dat op vele plaatsen 30 of ineer voeten hoog ligt.
Van die homogene lichtgraauwe lava, die wij opden hergvoet
nabij Batoe bla en in de kali Klawing Iiebben leeren kennen,
is op den top van dezen berg geen spoor te vinden; eene reden
te meer om te gelooven, dät die verbazende lava-massa's, die
den voet des bergs honderde voeten ophoogden,, door zijdelingsche
spleten uit den kegel gestroomd zijn.
Ik voeg hierbij nog eene kaart van de topographische gesteldheid
der kruin des Slamat, volgensgedaneopmetingen,op
de kruin zelve, in 1847, ontworpen, die, naarik hoop, den lezer
een duidelijker beeld van den bouw en het zamenstel dezer kruin
zal geven, dan eene wijdloopige besclirijving i).
De cijfers op deze kaart [Zie Slamat, Fig. 6) beduiden:
d. Den hoogsten 0. rüg van den geheelen berg, die naaf binnen
steiler dan naar buiten en wiens middelste gedeelte het
hoogst is. Zijne uiteinden a. en e. loopen steil als muren
naar beneden; evenzoo steken de punten h. c. d. 3 tot S' hoog
uit, en vornien- loodregte terrassen, kleine mui-en of trappen
uit zwartachtig poreuse lava bestaande.
2. Eene zacht glooijende bergvlakte, beginnende daar waar
de uitwendige kraterrand (3 en 4) het hoogst is; deze eindigt
bij 2. a en 2. b, waar zij plotselijk in de berghelling overgaat,
welke aan deze zijde het steilst is. Zij is in het N. 0.
' ) De verhouding der grootte en de Hgging der bijzondere deelen met betrekking
tot elkander en tot den meridiaan blijken genoegzaam uit deze kaart; wij zullen
dezelve rlus in de navolgende ophelderingen niet vermelden.
191
door den hoogst gelegen bergrug (1) begrensd, aau wiens voet
men, te midden van het puin, eene voor ziet, die 10' voet diep
en door het afstroomende water gevormd is.
3. Den hoogsten buitensten kraterrand. Deze vormt naar binnen
geen loodregten muur, maar is toch zeer- steil en bestaat
uit allerhande soort van bergpuin, dat op de in de kaart voorgestelde
wijze met voren of waterkloven doorsneden is, die aanvankelijk
den kraterrand zelf doorsplijten, maar naderhand
zieh tot een hoofdkanaal vereenigen, dat om een gedeelte van
den kraterrand rondloopt. Tot aan het punt ^ konden wij
zonder gevaar komen en van daar den krater het best overzien.
4. Den geribden rotswand, uit trachiet .bestaande (zie boven
de steensoort N° 1), die de zandvlakte in het O. begrenst en
onafgebroken met den hoogen rand (5) te zamen hangt, in
wiens puinmassa 's hare rotsbanlien te niet loopen. (Bij 3 zijn
de rotsen onder «awHggend puin verborgen.)
5. Een dergelijken rotswand, N. W en N. waarts van de
zandvlakte. Aan zijnen voet stonden onze hatten in eene kleine
bogt. De waterdampen, die hier uit talrijke spleten drongen,
waren nooit warmer dan 65°, terwijl het kookpunt des waters
71° Fahr, bedroeg. Aan den vorigen wand (4) konden wij
geene dampen bemerken. (Daar waar de wanden enhelhngen
niet uit compacte en prismatisch-geribde rotsen, maar uit
puin bestaan, is dit aan de wijze van teekening op de kaart te
onderkennen).
6. Het zacht glooijend en plateauvormig gedeelte der kruin,
alwaar Jaij (5 in 1838 onze hutten stonden en hetwelk eeret
bij 6. a ea b begint steil naar de helling af te loopen.
7. De kloof, die tusschen steüe, 30 tot 50' hooge lava-wanden
regtlijnig Noord- en berg-afwaarts loopt en van de zandvlakte (8)
slechts door eene 5' hooge verlievenheid van puin is afgescheiden.
8. De vlakte van zwart graauw zand, 5 a 600' breed en lang,
naar den krater toe in een oneffen, golvend terrein van gelijke
grootte overgaande, dat uit puin en hoekige steenklompen bestaat.
Dit puin-veld is zeer hobbelig, vol groeven en voren, die uit