
m
der bladerkroon is liet omknakken der boomen verklaarbaar,
hetwelk onmogclijk had kunnen geschieden, wanneer de kracht
(al werd zij ook door modder in plaats van lucht voortgeplant)
alleen op de stammen gewerkt had, che (smal en weinig weerstand
biedende) aan de in beweging gezette stof terzijde (tusschen
de stammen) eenen genoegzamen doortogt zouden verleend
hebben. Op dezelfde wijze zouden immers ook palen, die
in de zee staan, bij e l k e n golfslag omgeknakt rnoeten worden! ^
De kraterruimte was, bO voetstappen van den ratid verwijderd,
reeds 1S° Fah\ warmer. (Zie Tijdschr. v. Neerl. Indio,
VIII. No. 6. pag. 570).
1848.17—19 Junij. Ten tweedenmale beklom ikden berg aan
zijne noordzijde den 17 Junij 1848 uit Tingger Agong over
Tjiatter, alzoo längs denzelfden weg die Dr. Bleeker gevolgd
was. Ik had op het hoogste punt van den zuidelijken kratermuur
(No. 5 van de schets) eene hut laten bouwen en bleef
verscheidene dagen op het geborgte. Daar evenwel mijn onderzoek
meer van mineralogischen aard was en meer bepaald ten
onderwerp had, de veranderingen der gesteenten door de dampen
veroorzaakt, na te gaan, zal ik de resultaten daarvan op
eene andere plaats mededeelen.
De krater benevens de hoogste streken van zijne N. en N.
oostelijke buitenhelling, waar de bosschen verwoest en duizenden
boomen nedergeveld lagen, hadden door de uitbarsting
van den 27 Mei 1846 een in het oogloopend hleek aanzien
verkregen. AI het groen, dat ik bij mijn eerst bezoek (Junij 1837)
in den krater gezien had, was verdwenen en aan de bovengemelde
zijden waren alle zijne minder steile rotswanden met
uitwerpselen bedekt en onzigtbaar. — De uitgeworpene massa'si
bestonden uit asch, zand, steengrds en enkele grootere
steenbrokken van een duim tot een voet dikte, die met zuur
water te zamen tot eene pap vermengd uit den krater gekomen
waren, als eene ongelijkvormige massa, die veel zwavelzuur
bevat en eenen hoogen graad van hitte bereikt moet hebben.
Want hoewel deze massa vochtig was, hebben de daardoor
getroffene boomstammen evenwel eene soort van verkoling
ondergaan of beter gezegd, eene verandering in eene soort van
bruinkool, die 1 ä 2 duim diep in het hout indrong. De
steenbrokken bestonden grootendeels uit veranderde digte, basaltische
lava, die oorspronkelijk zwart geweest, maar door
de zwavelig-zure dampen in een aluinachtig gesteente herschapen
was, dat wel tamelijk vast, hard en aan de oppervlakte
glad, maar geheel bleek of wit van kleur was, zoodat het sommige
Javanen voor kalk of marmer hielden. Van zulke veranderde
lava kon men geheele banlten zoowel in den lirater, als
aan de buitenhellingen waarnemen, in eene grootere hoeveelheid
dan bij eenigen anderen vulkaan van het eiland; ook kon men
den trapsgewijzen overgang van de hardste, koolzwarte lava tot
in een' verblindend witten aluinsteen zeer goed vervolgen.
Blijkbaar is het voornamelijk deze steensoort, die door hare
verbrokkeling van gruis tot het fijnste zand — gedeeltelijk met
water tot brei vermengd — de onderste kom der vulkaan-opening
aanvult en den bodem des krater vormt, welke bij de laatste
uitbarsting opengescheurd en uitgeslingerd werd. Nu ligt hij
mijlen ver in het rond in de verwoeste bosschen verstrooid.
Latere aanteekeningen omtrent den Tankoeban PrauWy
(^Dolgens anderzoekingen in 1848).
De afhelling der bergketen, die tot den Tankoeban Prauw
behoort, daalt niet gelijkmatig in het diepland af, maar vormt
aan beide zijden, zoowel in het N. als in het Z. eenen lang uitgestrekten
yoortrap, een plateau, waarvan het zuidelijke (dat
boven Bandong gelegen is en de plaats Lembang draagt) eene
hoogte heeft van 3380 voeten, terwijl het noordelijke (waarop
Tingger Agong, Batoe Sierap enz. gelegen zijn) naauwelijks
2000 voeten bereikt. Beide deze hoogvlakten zijn aan de buitenzijden
door opgehoogde randen ingesloten, kleine nevenketens
vormende, die slechts door eenige beekkloven doorsneden, parallel
met de hoofdketen loopen en in 't algemeen de rigting
van het W. naar heL 0. volgen.
Terwijl beide nevenketens eeuzijdige verheflings-randeii deiiii
li
('I 1 i-
Mi , i i
•i ,
( ¡••Iii j-
Pl t
' I 4
f