
mm m
1 w
'••3 ,(
292
der splcel zijn op die plaatsen met zwavelkristallen, benevciis niet
eeiiwitachtig geelbeslag van gesiiblimeerde zwavei bedekt,ja,
hetgeen zeer opmerkelijk is, zelfs de stammen van eenige Thibaudiaboompjes,
die zieh in de onmiddellijke nabijheid der scheur verheffen,
zijn met dergelijk zvi^avelachtig beslag overtrokken.
Dit zijn de eenige sporen van vulkanische werkzaamheid, welke
nogopden Sindoro bespeurd worden5 in den krater des vulkaans
heeft alle werking opgehouden.
Zuidwestwaarts van de zandvlakte, ter plaatse waar de spieet
niet is toegeschoten, was ik niet in Staat hare diepte te peilen; het
links en regts aanslaan der steenen, welke in de scheur werden
geworpen, hooixle men gedui-ende ruim i/äminuut; eindelijk vernam
men een geluid als dat van een voorwerp, hetwelk in een
diepen put wordt geworpen. Men zou de proef kunnen nemen
cm zieh, door middel van een touw in deze spieet te laten afzakkcn;
en al kan men op deze wijze de werkplaats der Cyklopen
niet bereiken, zoo zou tochdeze proefneming de gewigtigste resultaten
nopens de temperatuur der rotsen, aangaande den geologischen
bouw en de wijze waarop de lagen verdeeld zijn in het
binnenste des vulkaans, enz. kunnen opleveren, zelfs ingeval
de spieet slechts eenige duizend voet diep binnenwaarts drong').
Deboompjes, wier groen den top versiert (Thibaudia, Myrica,
enz.) staan wel is waar overal verstrooid in het rond, maarzij
zijn in het midden der kruin, tusschen den krater en de zandvlakten,
het weligst tot kleine boschjes vereenigd. Het fraaije
loof derzelven, waarin kleine gele Fringillen kweelen, neemtin
omvang toe, werpt immer donkere schaduwen over de lavapuinhoopen
en bevordert daardoor den groei van mosplanten,
onder welk bekleedsel de steenen hunne geheele oplossing te
gemoet treden.
Slechts in den krater vertoont zieh geen plantengroei. Dor
en graauw ligt daar die rotskolk, längs wier wanden het geluid
der naar binnen geworpen steenen met eene klagende echo
') Men begrijpt ligtelijk, dat eene dergelijke proefneming zondei- wel beraamde
toebereidsclen niet kan gemaakt worden, en dat mij daartoc destijds alle gelegonheid
ontbrak.
wordt terug_gekaatst. De stilte binnen deze ruimte wordt slechts
gestoord door de zwevende vlugt van eenige zwalijwen, die
hare nesten in de scheuren der rots gebouwd hebben.
B. Uitharstingen.
Naar mondelinge mededeelingen van de Regenten van Temangong
en van Wonosobo had er in 1818 (in Avelke maand was niet
meer bekend) eene uitbraking van asch plaats, welke tot aan de
noordkust bij Pekalongan vloog. De kracht der uitbarsting schijnt
slechts gering te zijn geweest, want men heeft niet kunnen
bespeuren, dat lava-stroomen uitgebraakt of steenen werden uitgeworpen;
het schijnt, dat deze vulkaan sedert 1818, even als
zijn tweeling, de Soembing, slechts dampen van geringe beteekenis
heeft ontwikkeld, welke van den voet des bergs met het
oog niet kunnen waargenomen worden.
C. Reizigers, die dezen borg hebben bezocht.
Uithoofde menige schakering der natuurlijke gesteldheid
van een landschap zieh getrouwer in een reisverhaal dan. door
eene topographische beschrijving laat voorstellen, zij het mij
vergund met eenige woorden melding te maken van de togten,
die ik op den Sindoro heb gemaakt. Niets is ter openbare kennis
gekomen of deze berg reeds vroeger is bezocht geworden.
Op den S''™ Junij^ d838, beklom ik den berg voor de
eerste maal aan deszelfs oostzijde. Den vorigen dag had ik,
vergezeld van D'. Fritze, den 10,000' hoögen Soembing beklommen;
er bleef mij tot het bestijgen van zijnen niet minder hoogen
nabuur, den Sindoro, slechts (5enen enkelen dag over, dewijl
mijn reisgenoot mijne aankomst te Magelan nog denzelfden
avond verwachtte. Om deze redenen vertrok ik des nachts met
fakkellicht uit het dorp Parakan en kon slechts over eenige
In dit dorp worden bijna nitsluitend Chinezen en — zwijnon aangetroffen. Zij
hebben hunne woningen omringd met hooge luuren, uit steenen, door de bckcn
nederwaarts gevoerd, gebouwd, dat aan het dorp al het uiterlijk van eene vesting
gccft en het mistronwen gaande maakt.
it
f 1
f