Afmel. Masker> dac volgens Reaumdr zéér naar een
LIII. * echte Rups gelyk t, en ook niet meer dan agt-
H°x°ukD' tien Pooten heeft, waar van de twee agter-
fien zig zeldzaam vertoonen. ” Het is langs
„ de Rug, geelagtig, naar feuiljemort trek-
„ kende, doch met zwarte Stippen, uit ieder
„ van welken een Haairtje voortkomt. De
, , zyden en het onderfte van het L y f , zyn
, , van een gemiddeld Groen, tuflchen Cela-
, , don en de koleur van Water* Al het groen-
„ agtige is doorfchynende, en men kan daar
„ de Lugtpypjes, benevens derzelver takken,
33 binnen in het L y f , door heen befchouwen.
„ Ook vertoont zig van onderen een V a t, ge-
, , lykende naar het gene langs de Rug loopt,
„ dat wy voor het Hart der Rupfen, o f ten
„ minfte voor de groote Slagader, hebben
„ aangezien *.
*. zie W _
** xi. Deeze RUpS fpint, even als de andere Mas-
bi. 50. k e is der Blad - Wespen, haar'Tonnetjes ge-
meenlyk onder den Grond, doch fomtyds ook
aan de Bladen der Roozeboomen. Haar Wesp
is het, die in derzelver Takjes zulke infnydin-
^ gen maakt, als ik gezegd heb *, door welken
Bkdz. zy noodwendig in ieder een Eytje brengt; dewyl
men die daar in geplaatst bevindt, zynde
van taamelyke grootte; hoewel de Wesp zelve
minder dan middelmaatig is. De Afbeeldingen
van Reaumur, toonen dit alles ten
duidelykfte aan.
Cso)
(22) Blad - Wesp met Sprieten van zeven Leed- ^ V.
jes3 die bet Lyf zwart en het Agterlyf met LIII>'
een witten Gordel heeft. H ooedstuk.
Op het zelfde Gewas aast het Masker van xxh.
r . , . . . , CtnUa.
deeze, die kleiner is dan de voorgaande Geriemde.
Soort.
( 2'"O Blad-Wesp met Sprieten van zeven xxnr.
X t Leedjes, die h, et Lr yft zwar.t b1 eerf.t , en b, etLüi[vaiciUn..
Agterlyf, vanboven en van onderen, ibran-BlaauwCf
agtig blaatiw.
De ééne Sexe heeft, in deeze Soort, de
Sprieten wit geringd, en een witte Stip aan
den grondfteun van het Agterlyf, ter weder-
zyde: dat geen plaats heeft in de andere
Sexe. " A
(24} Blad - Wesp met Sprieten van zeven xxlv
Leedjes, die de Voeten der AgterpootenSetu.ntri*
famengedrukt breed beeft. Noot*d
fche.
De Sprieten, Kop en ’t Borstftuk van deeze
kleine Soort, die door den Deenfchen Doktor
Holm ontdekt is , zyn zw a r t; de Pooten
Roeftkleurig. Zy heeft het Agterlyf rolrond ,
Roestf2
2 ) Tenthredi Antennis feptemnodiis, Corpore arro, Ab-
domine cingulo albo. Syjl. Nat. X.
(23) Tenthtedo Antennis feptemnodiis, Corpore stro,
Abdomine fupra infraque livido. Syfi, Nat. X.
(24) Tenthredo Antennis feptemnodiis, Pédibus pofticis
compieffis dilatatis. Syfi. Nat. X.
I. Do l . XIl, Stok,