V.
A f d e e l .
LIL
H oofds
t u k *
openbaaren, die in ’t midden hol zyn. Een
zelfde Eglantier heeft dikwils drie o f v ie r ,
en fomtyds meer dan een dozyn van, deeze
Sponfen. Ieder komt doorgaans uit een Knop
voort, in wier deelen , dus, een ongemeene
verandering moet hebben plaats gehad, en de
Haairige draadjes zullen waarfchynlyk van de
punten der Kelk, die de Roos omvatten, als
uitgerafeld zynde, af komftig zyn. Men vindt
evenwel, fomtyds, dergelyke ruige Galletjes,
doch die zeer klein zyn, op de Bladen van dit
Gewas: het welk den Heer R e a u m u r deedt
denken, dat het de Vezelen van Bladen waren:
doch, (zo u men mogen vraagen,) van
waar hébben die haar bruinroode Kleur ?
De lchneiimon Bedeguaris, gelyk dit Gal-
Wespje in de Verhandelingen der Koninglyke
Sociëteit van Upfal, in Sweeden, getyteld wordt,
heeft men, volgens L in n a ïu s , ook voort zien
komen uit een dergelyke Knobbel, naar het
uiterfte Düimlid gelykende, aan de Stinkende
Kamille, die by de Wegen groeit (*_). Het
is een Wespje , naauwlyks grooter dan een
Luis, het welke alleenlyk van de overige Gal-
Wespjes verfchilt door de gedaante der Sprieten
, die niet kort, dik en geknakt, maar lang,
Draadagtig dun, en byna regt zyn, beftaande uit
ongevaar twaalf Leedjes. De Heer G eof-
froy heeftze , derhalve, ineen byzonder
I Gef
* ) In C o tu la fbctida , G a t t i gïb b ofa , e x tim o P o llïc is
a r ticu lo f im i l i s , prod uxit eandera. Faun, Sun. Ed . I I , p.'3$5>
Gefiagt geplaatft, onder den naam van Diplo« V*
lepis, wegens de twee Plaatjes , aan den Buik, lil
door welken de Angel in deeze Soort, gelyker-HooiD-
wys in de overige Gal-Wespen, bedekt en ver- STUK*
borgen wordt. De Wormpjes, daar zy uit
voortkomen, zyn van een ovaale Figuur, fpit-
fer aan de Staart dan aan den Kop, die met
twee getande Nypertjes, van eenaartig maak-
z e l, is gewapend.
(2 ) Gal-Wespje van het Muur-Havikskruid.
Onder de verfcheide Soorten vnn- Haviks-Haviks.
kruid, is 5er eene met ruige Bladeren, doorKruid’
geheel Europa bekend,welke deMuisdraagende
getyteld wordt ( * } , wegens zeker Uitwas o f
Knobbel, die aan hetzelve groeit. L inn^eüs
evenwel, die het den 3 July des jaars 1749,
voor de tweede maal, in Sweeden vondt vmerkt
aan, dat de gelykenis naar een Muis , in dit
Uitwas, ver te zoeken zy. Het was een Ovaal
o f Eyrond Lighaam, van grootte als een Eikel,
rondom met witte Haairtjes bezet, doch aan
de punt wat Schubbig, als uit kleine Blaadjes
beftaande, Dit openende vertoonde het zig
van binnen als de Gallen van het Hondsdraf,
en daar waren veele Infekten in, zo klein,
dat
(1) tyntps Hieracü Murorum. Faun. Snec.gio.lt. Scan. 280.
Barth. u a . 1671. T. 283. VAJLENT. Virid. T. 328 f. I.
CHEMN-JSr»»jir, T. 7. HEUCH. Wittenb. I. T. I.
(*) Hieiaciuia myophorutn fjve Mures pioferens, Heuch.
Wutenb. Prov. 2, p. 74. T. I.
I. Deel. xiij stuk. H 2