V.
A fdeel.
LV.
H o o fd s
t u k .
* I I S tu k ,
bjadz,
i j o , en z.
te van een kleine K a t , dat in Egypte gevon-
den werdt, en hedendaags den naam voert
van Rot van Pharao. Ik heb voorheen * van
deszelfs eigenfchappen gefproken, en het fa-
belagtige, dat men dienaangaande- in de be-
fchryvingen der Ouden meent te vinden
, doen verdwynen door de naauwkeurige
Waameemingen der Hedendaagfchen. Daar
uit is , in de eerfle plaats, gebleeken, dat de
Ichneumon geen verdigt Schepzel z y , gelyk
men thans wil beweeren ( * ) : ten anderen dat
dit Dier wezentlyk een groote vernieler is der
Krokodillen niet alleen, door het. uitflurpen
van derzelver Eijeren, maar dat het ook op
Vogelen en verfcheiderley Kruipende Dieren
aanvalt, en inzonderheid dient om het Land,
daar het zig bevindt, te zuiveren van Slangen
en ander Ongediert. In . Ooftindie en aan de
Kaap, vindt men thans nog dergelyke Dieren,
Slangendooders genaamd, van dien zelfden
aart.
Met reden is derhalve de naam van Ichneumon
, in navolging van andere befchryvers der
Infekten, door den Heer R e a u m u r gegeven
aan zeker Geflagt van Wespen, die haar werk
maaken van veelerley Infekten j veel grooter
dan zy ze lf zyn , op eene liftige manier te vernielen.
De aahbiddelyke Wysheid van den
Schepper heeft, gelyk meermaalen door my
is
(♦ ) C om m e 1’ Ichneumon des anciêns e ft un A n im a l qu»
n a jamais exifte, öcc. Hiß, dtt Inf, tnv, Paris* Tom, II. p,
3:4.
is opgemerkt, aan de Natuur middelen ver- V.
fchaft, om de te groote vermenigvuldiging l v ^*
van fommige Schepzelen voor ce komen, en Hoofd -
zig altoos voorzien van Werktuigen , die na-STUK‘
tuurlyk zyn , om naar Zyn welgevallen, als
in een oogenblik, de fchrikkelykfte Landplaa-
gen'te kunnen doen opkomen en verdwynen*. * zie *t
Zulks is in de vernieling van de Rupfen en an- bi-Idz. 43’
dere Maskers der Infekten, ja van de vliegende
Infekten, derzelver Poppen en Eijeren
ze lfs , door die Wespen, welken men deswe-
gen Rupsdooders noemt, allerblykbaarft.
Het zyn , evenwel, de Rupfen alleen niet,
die door deeze Infekten aangetast en om ’t leven
gebragt worden. Sommigen, die groot
zyn , in de Weftindiën, doen de Kakkerlakken
den Oorlog aan, gelyk ik reeds omftandig
verhaald heb f» Deeze gaan te werk met open- -fx. s t u k .
baar geweld, en fleepen de Kakkerlakken, n abl- 119>
dat zy die gedood en verminkt hebben,1 in haar 12
Hol, tot voedzel voor de Jongen. Anderen
zyn. ’er, in Europa genoeg bekend, die de
Spinnekoppenonbefchroomd aanranden, en ’er
den doodfteek aan geeven. De genen, die
men in ’t algemeen onder den gemelden naam
begrypt, handelen met een beleid, waar in
de grootfte flipiheid doorftraalt. ’t Is het
W y fje alleen, dat de Maskers en Poppen aandoet,
en in derzelver L y f , met zyn Angel,
boort, om ’er Eytjes in te leggen, die binnen
I. D e e l . X l l . St u k - M 2 het