V. dat z y van de Snuit gebruik maakten tot inzui-
LXVIEL’ gin§ van Zoetigheden en van den Angel tot
Hoofd- die van Bloed.
stuk. D e Muggen hebben met de T ip u la ’s , die
deri'nge0ri'men w a arfchynlyk deswegen Schoenlappers
beweeging.of Glazemaakers n o em t, een zonderlinge be-
weeging g emeen , wanneer z y z ig ergens op
hebben nedergezet. In plaats van ftil te z it-
t e n , g e lyk de meefte andere In fekten , bewee-
gen z y geduurig het een o f ander Lighaams-
deel. Somtyds buigen z ich alle de Pooten te
g e ly k , zo dat het L y f als nederzakt naar
het B la d , daar z y op z it te n , en Ilraks w e der
opgeheven w o rd t ; fomtyds brengen z y de
eene o f andere P o o t , vo o r o f agterwaards.
D e Pooten fchynen fomwylen z ig over den
eenen kant te draai je n , e n , z ig op haar plaats
herfteld hebbende, dan weder over den ande*
ren k an t: z o dat de JVIug een foo rt van w a g g e lende
beweeging voorwaards en o v erzyd e
h e e f t , op eene zonderlinge manier. D e V lie gen
beweegen ook w e l haare P o o te n , doch
waggelen zodanig niet.
Niettegenllaande de Muggen zo gemeen
z y n , was haare Paaring nog niet waargenomen
( * ) , z o min als die van Jt H a ft. D e
H e e r G o d eh e u d e R iv i l l e , Kommandeur
der Ridder - Orde van M a lth a , n u , z ig op zy -
ne
PM Reaum, Mem, fur les Inf, Tom. IV. Part. a. p, 436
43?. Oäavo. ;
ne te ru g -R e iz e van P o n d ich e ry , daar op b y - .
zonder toeleggende, g e e f t v o o r , dat h y die l x v l
P aaring zeer duidelyk gezien hebbe. D e Hoofd-
O ffic ie ren , n a am e lyk , der Franfche O o f t in d r STUK*
fche Schepen, het W a te r in Steenen P o tten
houdende, om dat het daar in zeer goed
b ly f t , zo teelen daar in ve e le Wormpjes vo o r t,
welke Muggen u itle v e r en , die dus dikwils de
Kajuit vervullen. H y b ren g t, e ch te r , ten op-
z ig t van het H a f t , ma ar.één voorbeeld b y ,
en de zonderlinge p la a tz in g , in welke hy de
M u g gen haare Paaring hadt zien ve rrigten ( * ) ,
kunnen doen w en feh en , dat men meer z e k e r ,
heid had van dee ze z a a k , om de won derlyke
denkbeelden over de V o o r t te e lin g van het
H a ft * , met meer gron ds, te kunnen te - * zie
genfpreeken ( f ) . bladz' 43#
Plet W y f je d an , b evru gt zynde o f niet be- De Eyer.
v ru g t , bege eft z ig weder naar het Element •lessms*
waar z y uit voortgekomen i s , om dat met nieuw
e Inboorlingen te voorzien. Z y gaat zitten
op een B la d , H o u t je , S t r o o t je , o f op iets
anders, dat d r y f t , en werpt haare E y t je s op
de oppervlakte van het W a te r . D e V o o r z ie nigheid,
vo o r het behoud van de S ch ep fe len ,
hoe
(*} Mem. de Math. & Phyfiq. Tom. III. Paris 1760.
Tab. 23. Alwaar men, dat weinig geloofbaarheid aan het
fluk byzet, twee Muggen met gelyke Sprieten gepaard ziet.
( t ) Zie zyn Vertoog over de Paaring der Muggen , in
het VII. DEEL der Uitgezogte Verhandelingen t bladz. 56, ea
over die van ’t Haft, bladz. 271«
I» DEEL XII. STUK,
f M