Vs
A f d e e l ,
LX1V.
H o o f d s
t u k ,
Naam.
L X I V . H O O F D S T U K .
Befcbryving van 't Geflagt der V liegen, aan
haare Zuiger of Snuitje kenbaar, volgens der-
zelver menigvuldige Soorten en Afdeelingen,
van de figuur der Sprieten, en andere omjlan-
digbedent afgeleid.
‘T 'V e Latynfehe Geflagtnaam Musea, buiten
twyfel van het Griekfche Woord MvT*
’t welk het zelfde betekende, afkomftig, is
weleer van een algemeen gebruik geweest,
voor allerley kleine vliegende Infekten. Dit
heeft ook ten opzigt van het Franfche woord
Moucbe plaats, enVLiEGEN, gelyk wy zeggen,
is van het Werkwoord van dien naam afkom-
ffig ; zo wel als het Engelfch a Flie o f Fly.
In ’tbyzonder, nogthans, worden er die Twee-
vleugelige Infekten door verftaan, die de Kenmerken
hebben van dit Geflagt, en van de
Duitfchers Mucken, van dé Italiaanen Mosca
genoemd worden. Het Spel der Kinderen,
Blindemannetje genaamd , noemden de Grieken
x*ak»j' Mv7a , dat is de Koperen V lieg ; om
dat zy alsdan in de Lugt Haan, even als o f zy
Vliegen wilden vangen: het w e lk , volgens
Hippocrates, ook, in heete Koortfen , een
doodelyk teken is. De Hebreeuwfche naam
was Tsebub3 en daarvan werdt een Afgod der
Phi-
Philiftynen Baal-Tsehib getyteld; dat is God o f ^ J ^
Heer der Vliegen. LXIV.
De Vliegen zyn zeer bekende Infekten , Hoofd-
wier woonplaats in ’t algemeen de Lugt, is , en ^ ^
fomtyds ook de oppervlakte van het Water. kcrs zya
Eenige zuigen, gelyk de Byën, Honig uit de Maden.
Bloemen; veelen leeven van Vleeich en andere
eetbaare Waaren; anderen aazenopDrek
en Vuiligheden. Haare Maskers, in t algemeen
, worden Maden genoemd , en naar de
Stoffen, waarvan zy leeven, met den bynaam
van Fleefcb - , Kaas-Maden, enz., onderfchei-
den. Het zyn tedere , witagtige Wormen ,
zonder Pooten, wier Kop niet hard is en van
veranderlyke figuur. Het Lighaam deezer Maden
beftaat uit verfcheide Ringen, en haar
Bek is niets anders dan een foort van Zuiger,
die dikwils vergezeld gaat met een hard, fpits-
puntig P y ltje , en met twee Plaatjes, op zyde
zittende , waarmede het Wormpje zig vafl>
houdt, terwyl het in de Stoffen boort, die aan
hetzelve tot Voedzel itrekken, en dezelven
van één fcheurt. Deeze Maskers haaien Adem
door vier Lugtflippen , waarvan twee voor-
waards geplaatft zyn , aan ieder zyde één ,vry
gemeenlyk aan de famenvoeging van den tweeden
en derden Ring, en de twee anderen aan
't end van ’t L y f. Deeze twee laatften zyn
grooter dan de voorgaanden, en vei fc.hillende
in gedaante: fomtyds verborgen en als ingedrukt
onder een foort van rand; fomtyds verï
. DEEL. X I I . STUK. Ff 3 he