V.
A fd e e l
LX.
H oofdstuk.
Naam,
Kenmerken
«
Soorten,
>c
L X . H O O F D S T U K ,
Befchryving van 't Geflagt der Ongevleugelde
Byen, die wegens de Gejtalte bier zyn t’ luis
gebragt,
TP\e Angel, die in de laatftgemelde Mier
zeer zigtbaar is, en de Geftalte, heeft
L innasus hier een Geflagt doen plaatzen van
Infekten, dat eigentlyk behooren zou tot die
van den Zevenden Rang. De Wieken, naa-
melyk, het voornaame Kenmerk van alle, ! die
tot dus verre befchreeven zyn, ontbreeken ’er
volftrekt aan; doch de Geftalte zweemt meer
naar die van eene By o f Wesp, dan van een
Mier: weshalve ik ’er den naam aan geef van
Ongevleugelde Byen. De Latynfche naam,
Mutilla, zal daarvan afgeleid zyn ,datzy zig,
deswegen, als verminkte, o f van eenige Le-
demaaten beroofde, Infekten, voordoen.
De Kenmerken, van dit Geflagt, beftaan
dan in de gezegde Geftalte van een By of
Wesp, zonder Wieken: hetLighaam eeniger-
maate ruig: het Borstftuk van agteren ftomp
te hebben; en een Steekende Angel, die verborgen
zit.
Weinige Antheuren hebben deeze Infekten
waargenomen, en van de Eigenfchappen, in ’C
algemeen, kan ik niets gewagen. Agt Soorten
ftaaa
(taan ’er van bekend , waar onder drie , die V.
men in Sweeden heeft ontdekt; als volgt. ^ l x EL’
, H oofd-
( 1 ) Ongevleugelde B y , die hoogrood is, met stuk.
een zwarten Gordel om het Agterlyf. 1.
Occidental
i lis By Petiver wordt deeze, die in onze Fig.weftei-
ip is afgebeeld, een ongevleugelde W e sp ,fche*
die zwart en rood getekend is, genaamd; voor- ^ xc1j>n*
komende in Virginie, Maryland en andere dee-
len van Noord-Amerika.
(2) Ongevleugelde B y , die zwart is ; bet il
Agterly f met vier rojje Vlakken en drie witte
Streef en. kaanfche
In Zuid-Amerika wordt deeze gevonden,
volgens Linnaïus. Z y heeft de Sprieten Els-
wyze zwart: het Borstftuk zw a r t , met een
witte Vlak aan beide zyden, in ’t midden, en
van agteren insgelyks: den. eerften Ring van
het Agterlyf groot, met vier rofle Vlakken,
waar van de twee voorften kleinft, en de overigen
met drie groote witte Vlakken: weshalve
het Agterlyf zig' als met drie witte Streepen,
overlangs, getekend, vertoont.
(3)
CO Mutilla caccinea; Abdomine cingulo nigro. Pet. Muf*
404. G a z . T. 13, f. ;4. CATESB. Ca r, III. p. 15, T. 15.
Syft. Nat. X. Gen. 219.
(a) Mutilla nigra, Abdomine Maculis rufis quatuor, Lineis-
que tribus albis. Syft. Nat. X.
!• deel, x i i . stuk. A a 4