V. fche o f Surinaamfche, van Fig. 9 , welke de
LVIüL' Wieken volkomen Violet, het Agterlyf zwart
H oofd- en het'Borstftuk met eene Hemelfchblaauwe
STÜK’ wolligheid heeft.
xxx. (30) Hommel, die zwart is, met het Borst-
'r^ £ rts' Jluk geel geringd, den Aars wit.
Hommel.
r>£. 10. Deeze Soort is gemeen, en verfchilt eeni-
germaate door de plaatzing der geele Ringen
o f Banden, hoèdanig eenen ’er die van onze
Afbeelding, in Fig. xo, zeer breed heeft om
het Agterlyf. De eigenfchappen van deeze I
Hommels zyn reeds aangeweezen.
XXXI.
Lapidaria.
Steen-,
Hommel.
(3 1 } Hommel, die zwart is, met den Aars
Oranjekleurig.
De eze, ook taamelyk gemeen zynde in Europa,
verkieftde Steenhoopen tot haare woonplaats
, en vergadert veel Honig , o f uit de
Blpemen, o f dien van de Honigbyën fteelende,
dat veeltyds voor haar ongelukkig uitvalt,
zegt Doktor Scopoli.
xxxii. (32) Hommel, die Oranjekleurig is, met bet
Stufcorurn. Asterhf geel.
Mos- 5 ö n .
Hommel. Onder
(30) Apis hirfuta nigra, Thoracis cingulo flavo, Ano albo, I
Faun. Suec. 1012. Movïf. In f . 53. T. 2. Bradl. N a tu r . I
T. 26. f. r. D. Goed. I n f II. T. 4 6 . Raj. In f . 247. n. 8. I
List. Gtei. f. 105. Frisch. In f. ix . T. 13. f. i .R eaom, I
In f . VI. T. 3. f. I*
($1) Apis hirfutaatra; Anofulvo. Faun. Suec. 1015- FRISCH, I
Inf. IX. p- 25. n. 2. REAUM. Inf. VI. T. 1. f. 1-4»
(32) Apis hirfuta fulva, Abdomine flavo. Faun. Suec. 1017.
FRISCH.
Onder de Mos- o f Graszooden is de woonplaats
van deeze, die men vry menigvuldig l v ï II,;
ontmoet in de Velden van Sweeden. Hoofdstuk.
C33) Hommel, die Oranjekleurig is, met het xxxtii.
Agterlyf zwart gebandeerd, den Aars cm-“"'
Wit. Hommel.
De woonplaats van deeze is als die der voor-P' xcvin
gaande. Doktor Scopoli heeft haar ook in
Karniolie gevonden, en omftreeks Parys kwamen
dergelyken voor. Men heeft in ons Land,
ook zodanige, benevens anderen, die in ’t geheel
geelagtig zyn en zeldzaamer , hoedanig
één dat Hommeltje is van Fig. n , e n Fig. 12
vertoont ’er een, dat nog raarder is, hebbende
het Agterlyf zwart gebandeerd en de W ie ken
bont. Deeze twee zyn ongevaar van grootte
als die van den kleinften Rang, met de
Werkbyën overeenkomende, onder de gemee-
ne Hommelen.
(S4) Hommel, die geheel zwart is. xxxiv.
Acervo•
Onder deeze Infekten vindt men zeer veeled, err iHtfo'Gverfcheidenheden
van K leur; gelyk FRiscHpen.
daar van wel vyftien heeft opgeteld. De grootte
of kleinte toont het onderfcheid van Sexe
aan s
Frisch. Inf. ix. p. 26. n. s. Reaum. Inf. VI. T. 2. L
1-3.
(33) Apis hirfuta fulva, Abdominis Fafcii nigri, Anoalb«,
Faun. Suec. ioiS. Rea»m. Inf. VI. T. 4. f. 1,
(34) Apis hirfuta, atra, Faun. Suec, 1014,