X. Hoofdst. Befcbryving »««’/Geflagt (/^Slangen
, waar onder eenige Stokfiangen , die men
gemeenlek Biceps noemt, benevens de Europi-
/cfoBlindflang, zyn begreepen. J
XI, Hoofdst. Befcbryving van 7 Geflagt der
T weekopsen o f Tweehoofdige Slangen, uit
Amerika, aan welke men gemeenlyk den naam
geeft van geringde Biceps.
XII» Hoqid&t ï B efcbryving van 7 Geflagt der
Blindslangen , die geen Schubben o f Ringen t
maar Rimpels hebben op 7 L y f
XIII, Hoofdst. Befcbryving van 7 Geflagt der Lam-
prejjen , zo de ZQQ-Lampreijen , als de Rivier-
Lampreijen, die gemeenlyk Prikken «/Negen-
Oogen genoemd worden; benevens den Kieuw-
Worm der Kabcljaau^en»
XIV, Hoofdst. Befcbryving van 7 Geflagt der Ro-
*CHEN ? waar inde Vleet, Scherpfnoet, gladde
en Spiegel Roch , benevens de Zee-Arend,
Pylftaart en Haay-Roch ; als ook dat Schepzel, 7 welkmen T orpedo of Trilroch noemt.
XV, Hoofdst. Befcbryving van 7 Geflagt der Haai-
JEN, 7 welk den Blaauw- en Sternhaay, den
Doornhaay , Speerhaay , Kruis- en Schop,
haay, den Zee.Vos o f Aap, het Zee-Varken,
den Zee-Engel, den Paard- en ]oms-Haay ,
als ook den Zaagvifch, bevat.
XVI. Hoofdst. Befcbryving van 7 Geflagt der Z ee*
D raaken;/«?»^/«», de Gedrochtelyke Haay
o f Z e e -Rot, en de kVeftindifche Pejegallo a f
Haanvifch.
XVII. Hoofdst. Befcbryving van V Geflagt der Z eeduiv
elen , 7 welk den Europifchen </Hoo-
fenbek en een Weftiqdifchen , benevens de zo*
genaamde Kroosvifchjes, begrypt.
XVIII. Hoofdst. Befcbryving van 7 Geflagt der Steuren
, waar in van de gewoone Zee- en Rivier
Steuren vauEuropa,en van den Ruiïïlehen ,
die bet Kaviaar g e e ft, als ook van den Huizen-
ï>la§-Vifeb, wordt gefproken.
A A N W Y ^ I N G d e r P L A A T E N ,
en der Bladzyden,
1 alwaar de Figuur en aangehaald of befebreeven worden.
Plaat L. Afbeelding van de Schildpadden
en D raaken. tegen owBladz. 31
Fig. i , 2,3-J'óngen van Zeefchildpad-
den. - bl. 31
__ 4. Een Ooftindifch Draakje o f vliegende
Haagdis bl. 69
— Een Weftindifche dito. bl. 71
Plaat LL Afbeelding van de Sala.
manders. *---------Bladz» 93
Fig. ï.E e n Amerikaanfche Water-Sala-
mander. bl. 94
.— 2. Een Atnboineefcbe Scherp-Rug.
bl. 96
.— 3. De Europifche fVater-Salaman-
(IßT. bl* 102
___4. De.Stekel o fDoorn-Std.zxt.bl. 114
__5. De Land-Salamander van Europa<
■ bl. 143
__6. Een Gekko van Ceylon, bl 152
jj— 7. De Padagtige Salamander, bl.159
___8. Een Ceylonfch IVater-Haagdhje.
bl. 165
Plaat LIL Afbeelding van de Haagdissen.
” "" Bladz. 165
Fig. i .D e Boomdraak o f BaüUskus, uit
IVeflindie. b l.16 5
__2. Een Leguaan o f Kr op-Haagdis.
uit Ooflindie. bl. 168
— 3. Mexikaanfche Krop - Salaman- ,
der. bl. 180
— 4. Land Schink o f vergulde Haagdis.
bl, 181
* 3 /?<?•