A fdeel
II. II. H O O F D S T U K .
Hoofdstuk.
Befchryving van ft Geflagt der Sch ild padd en ,
waar onder de Water-Schildpadden van veder-
ley Soort, zo Ooft- als Weftindifche, derzelver
Ontleding, Levensmanier, Vangfi en Gebruik $
de Rivier of Water-, als ook de Land -Schild,
padden, groot en klein. Naauwkeurige. IVaar-
neemingen omtrent den Omloop des Bloeds in
deeze Dieren,door den vermaarden du V e r n e y .
Naam. T T e t eerfté Geflagt, onder de Dieren van bei-
J. -I derley Leven , tnaaken de Sch ild pad den
uit. Men geeft deezen Naam, in ft Ne-
derduitfch, aan een viervoetig, doch kortge-
poot en digt langs den Grond loopend Dier, ft
welk in het Griekfch Chelónê en in ’t Latyn
Tefiudo genoemd wordt, wegens het fchildswy-
ze Ruggedekzel, waar mede het bekleed is , o f
ook Domiporta, om dat het zyn Wooning op de
Rug draagt, en Tardigrada, wegens zyn lang-
zaamen voortgang. De Franfchen noemen het
Tortue, de Engelfchen Tortoife, de Italiaanen
Teftudine ofTartaruca en de Spanjaarden Tartuga.
In ft Hoogduitfch geeft men ’er den naam aan
van Scbild-króte , die met ons Schildpad, van
wegen de gelykheid in gedaante naar een Pad,
overeenkomftig is.
Kenmer* De loopende Dieren (Reptilia), van deeze
Afdeeling, hebben de algemeene Kenmerken
van Adem te haaien door den Bek en viervoe- TIT.
tig te zyn. Die der Schildpadden, in ft byzon- A f^ e l-
der, beftaan in een viervoetig , geftasrt Lig- fjOOFD>
haam, dat met een Schild of Schulp gedekt is. stuk.
Men vindt by L in n^ us elf Soorten van Soorten.
Schildpadden opgetekend, waar onder eenigen
Z e e -, andere Rivier- of Zoet Water-, anderen
Land-Schildpadden zyn.
(1) Schildpad met de Voeten naar Finnen ge-
lykende f twee Nagelen aan de Vmpcottn, z«
één aan de Agterpooten, de Schulp ovaal.
Door deeze worden de gewoone Zee-Schild-
padden betekend , waar van .de Afbeeldingen
by A ldrovandus en Johnston , doch zeer onvolkomen,
te vinden zyn. Die Schry vers, naa-
melyk , weinig agt geevende op de Pooten;
welken deeze Dieren als Eendepooten gewebd,
o f de Vingeren met Vliezen aan elkander ge.
voegd
(1) Teftudo Pedibus pinniformibiis , Unguibus Paltna-
rum binis, Plantarum folitariis , Tefta ovata. Syfl. Nut.
X. Gen. 103. Teftudo Unguibus acuminatis ; Palmarutn
duobus, Plantarum unico. limoen. ^Acad.l.p. 138. Tes-
tudo atra Muf. Aid. Fr- I. p. 50- ®sb. Iter. 293. Teftudo
marina. Gesn. Quadr. 78. A ldr. Gitadr. 712.T. 714.
G rew. M uf 38. T. 3. f. 4. Or.EAR Muf. 2 7 .T . i7 - f .i.
Bradl. Nutur. T. 4. f. 4. B. Teftudo Marina Americana
Mydas dicta. Seb. Muf. I. T. 80. f- 9 Teftudo eadem.
lAmaen. Atcad. I. p.137.JurucüjaBrafilienfibus. Marcgr.
Braf. 241. Raj. Quadr. 256 C. Teftudo Unguibus
acuminatis , Palmarutn Plantarumque folitariis. Afmeen.
Aicad. I. p. 284. n. 7. Teftudo eadera. Muf. Aid. Fr
I. p, 50. Seb. Muf. 1, T. 791 f. 4. J. 6.
I. Dkei. Yl. Sick,