der L isg es , hier gekomenin 1633 en cmeritus geworden in 1632, werd
Durgendam liier van afgenomen, in 1648, en eenen eigen anderen Pre-
dikant gegeven , doch , na hct vertrek van den Predikant T homas V er-
w e e l , hetwelk in het jaar 1808 plaats had , is S chellingwoude met
R a n s d o r p vereenigd. Zie verder R ansdorp- en- S chellingwoude.
Men heeft in deze gem. eene sehool, welke door nog geen 20 leer-
lingen bezocht wordt.
S cbellihgwoode is eene heerl., waarvan Ambachtsheeren zijn Bur-
gemeesters en Bestuurders der zes hoofddorpen van Waterland.
Het d. SCH ELLINGWOUD E , Ook S cB E L L IN C KW O U D E , ligt 6 U . Z. tcn W.
van Hoorn, 3 u. Z. ten W. van Edam. Yroeger was het een aanzien-
lijk d., onder welks regtsgebied zelfs Buiksloot en een gedeelte van
bet geh. Kadoelen behoorde. Yoorheen had het een haventje aan den
dijk met palen uitgeslagen Men telt er in de kom van het d. 22 h. en
130 inw.
De huizen zijn er niet zeer aanzienlijk en staan, even als in de
meeste dorpen aan den Waterlandsche dijk gelegen , in eene regte
streek längs dezen dijk en naar den binnenkant.
De kerk stond vo6r de Reformatie, ter vergeving van de Graven. De
bevestiging geschiedde door den Aarts-Diaken van Utrecht. De Pastoor
had een huis en omtrent 13 deimten (9 bund.) land, welke jaarlijks
88 Rijnlandsche guldens (81 guld. 20 cents) opbragten. Deze kerk,
welke beneden aan den dijk Staat, is niet zeer groot en schijnt ook
van geen hoogen ouderdom te wezen. Zij hecft een spits toreiitje,
doch is van geen orgel voorzien. In het jaar 1833 is de kerk ver-
nieuwd en verbeterd.
In den Spaanschen oorlog hadden de onzen hier eene zware schans
de Sc h el l i ng w o u d e r - s c h a n s genaamd. Zie dat art.
Toen , ten gevolge van den zwaren Elizabethsvloed in 1421 , dit
gedeelte van Waterland gevaar liep, tot de zee terug te keeren, legden
de Schellingwouders , vereenigd met die van Ransdorp, in het jaar
1422, bij IJoord eenen dam aan , I Joorder dam , door naamsveran-
dering nu Dur g e r d a m. Den 3 December 1663 brak tusschen dat
dorp en Durgerdam op twee plaatsen een gat in den dijk , waardoor
genoegzaam geheel Waterland overstroomd geraakte.
Dit d. heeft door den watervloed van November 1778 veel schade
geleden , zijnde de dfjk aldaar ter lengte van ruim 1.20 eil. de krnin
en binnenglooijing van 1 tot 2J eil. weggeslagen. 0<>k bij den watervloed
van Februarij 1823 werd dit d. op eene aanmerkelijke diepte
overstroomd, en is sedert nog meer in verval geraakt,
Het wapen dezer gem. bestaat uit een veld van zilver, met eenen
essenboom van synopel, vergezeld van twaalf besantijnen van goud,
boven het schild eene zwaan , met uitgespreide vlerken en gehalsband
van keel. In De Zoetstemmende Zwaan van Waterland vindt men,
bij de opgave van dit wapen, de volgende spreuk of beschrijving vermeld:
Het schoone boompje van Esschendouwe
Met negen penningkens van rooden gouwe
Dat is het wapen van Schellingwouwe.
SCHELLINGWOUDER-GAT (HET), water in Waterland, prov.
Noord-Holland, binnen tegen den Zeedijk, £ u. N. W. van het dorp
Schellingwoude, waarschijnlijk door eene doorbraak ontstaan.
SCHELLINGWOUDER-SCHANS (DE), voorm. schans in Waterland,
prov. Noord-Ilolland, | u. Z. 0 . van Schellingwoude, ter plaatse,
waar de Waterlandsche-zeedijk eene uitspringende hoek in hct IJ vormt.
Deze schans, welke in het jaar 1370 door de onzen was opgewor-
pen , werd den 12 September 1873, door den Spaanschen Onder-Admi-
raal J a s S im o ss z . Rol van Hoorn, jngenomen. Deze overwinning bragt
echter den Spanjaarden weinig voordeel aan , doordien de Spaansche
Opper-Admiraal Bossb , den 11 October des zelfden jaars , door C o r s e l i s
D irk s z o o s van Monnickendam, op de Zuiderzee, werd geslagen en ge-
vangen genomen.
Ter plaatse , waar deze schans lag, heeft bij de verdediging van
Amsterdam in den Franschen tijd eene batterij gelegen.
SCHELLINKHOUT , gem. in Dregterland, prov. Noord-Holland,
arr. en kant. Hoorn, (5 k. d., 17 m. k., 8 s. d. ) ; palende N. aan
Ooster-en-Wester-Blokker , 0 . aan Wijdenes en Oosterleek , Z. aan het
IIoornsche-Hop , W. aan de gem. Hoorn.
Deze gem. bevat het d. S c h e l l i n k h o u t , benevens de geh. Mun-
nikhei en de Gouw. Zij beslaat, volgens het kadaster, eene op-
pervlakte van 722 bund, 12 v. r. 36 v. eil., waaronder 716 bund.
13 v. r. 33 v. ell. belastbaar land. Men telt er 88 h., bewoonddoor
106 huisgez., uitmakende eene bevolking van ruim 820 inw., die rneest
hun bestaan vinden in de melkerij en het kaasmaken , welke kaas te
Hoorn aan de markt wordt gebragt. Er wordt ook nu en dan handel
in vee gedreven, doch van weinig beteekenis. De vischvangst (vooral
in bot) levert deze plaats jaarlijks eene vrij aanzienlijke som gelds op.
Ook heeft men er zeer vele welige appel- en peerenboomgaarden, die
goede vruchten opleveren.
De Herv., die er ruim 490 in getal zijn, onder welke 230 Ledema-
ten , maken eene gem. uit, welke tot de klass. en de ring van Hoorn
behoort. De eerste, die in deze gem. het leeraarambt heeft waargeno-
rnen, is geweest zekere C orselis , die in het jaar 1874 herwaarts kwam,
en in het jaar 1399 gestorven is. Het beroep geschiedt door den kerkeraad.
De 2 Doopsgez., die er wonen, behooren mede tot de gem. van
Hoorn. — De R. K., die men er23 ä 30 te lt, worden tot de stat. van
Wtrf'r-Blolcker gerekend. — Men heeft in deze gem. eene school, welke door
een gemiddeld getal van 80 leerlingen bezocht wordt.
S chelliskhoot is vroeger eene heerl. geweest, welke in het jaar
1741 , door de Regenten van het dorp zelf ingekocht werd.
Het d. S chelliskhoot of S chellisghoot , door oude schrijvers, soms
verward met S c he l l i ngwo ud e en daarom ook wel S chellisgwood
gespeld, ligt 1 u. 0. van Hoorn ; 32° 38' 7" N. B. 2° 2' 47" 0 . L.
Men telt er in de kom van bet d. 86 h. en 370 inw.
Dit d., hetwelk reeds in het jaar 1282 in de geschiedenis vermeld
wordt, heeft eene lengte van 2200 ell., ter wederzijden van de kerk
en ten deele aan den West-Frieschen zeedijk gebouwd.
Het heeft bij een handvest van A lbrecht vas B e ije r e s , Graaf van
Holland, van den ja re l4 0 2 , stederegt verkregen , benevens eene jaar-
en weekmarkt en gelijke vrijheden als die van Medemblik hadden. Dat
er W ijd e n e s en O o s te r le e k toen mede vereenigd waren, is waarschijnlijk,
maar blijkt niet zeker; wel leest men dat in 1429 deze
beide plaatsen om zekere oorzaak daarvan gescheiden werden.
De kerk , welke vöor de Reformatie ter gedachtenis van S t . -M aar-
t es ingewijd was, werd bij beurten door den Paus en het Domkapittel
van Utrecht vergeven. Het kosterschap , dat door de Graven vergeven
moest worden , en tweeen een kwart morgen (1 bund. 82 v. r. 89 v. eil.)
lands bezat, bragt jaarlijks zeven llollandschc ponden (3 guld. 23 cents)
op. Deze kerk Staat in het Lage , en is een kruisgcbouw , met eenen