Gardcs magasin brakcn Tan tijd tot tijd , zolders, gebindten , j a , al
wat maar houtwerk was , a f, om bet tot brandhout te gebruiken.
S l b is was van ouds in twee parochicn verdeeld, en had alzoo twee
hoofdkerken : de M a r i a k e r k en de St . J a n s k e r k .
De Mar iakerk of L i ev ev rouwe ker k stond digt bij den zuid-
westhoek der Beesten-markt. Zij werd ongetwijfeld reeds bij de Stichling
der stad gebouwd , en was langen tijd de boofdkerk. Den 50 Mei 1393,
was de Bisscbop van Doornik , die tot de partij behoorde welke den Paus
va n A v ig n o n , C lemens VI I , erkende , te Sims om Priesters te wijdcn,
doch op den oogenblik , dat de plegtigheid zou. beginnen , barstte
een hevige brand in de Lievevrouwekerk ui t , betgeen de inwoners be-
schouwden als eene straf des Hemels tegen den Schismatieken Bisschop,
doch meer waarschijnlijk uit wraakzucht door de tegenpartij was ge-
sticht. Den 9 September 1412 werd die kerk door den bliksem getrof.
fen , en brapdde toen gedeeltelijk af, waardoor ook de omliggende ge-
bouwen veel moeten geleden hebben ; daarde vlammen zelfs het Schepen-
hnis in de Kapellestraat , genaakten. Zij werd echter weder bersteld,
en in 1443 werd aan de Oosterlingen , tot boete wegens den moord aan
hunne landgenooten gepleegd (zie hieronder bl. .470), eene kapel in deze
kerk afgestaan en fraai versierd. De toren dezer kerk werd den 25
Januarij 1493 weder door het onwcder getroffen. Tijdens de Reformatie
schijnt de Mariakerk niet meer tot godsdienstoefening gebruikl te zija
geworden, doch in de stadsrekening yan 1580 vindt men melding van
den verkoop van het zilver van deze kerk. Dat zij bij de herovering
der stad in- 1604 een bouwval was, blijkt stellig. In het resolutieboek
van Diakonen , van 13 Julij 1606, vindt men gewag gemaakt van eene
verkooping van onderscheidene stukken hout en ijzerwerk in de oude
kerk liggende ; en den 3 Augustus 1608 klaagde de Ontvanger der kerk
in den kerkeraad , dat de Soldaten vele steenen groot en klein uit de
oude kerk, genaamd Onze LieveVrouw, wegvoerden : waarop in de notulen
van den kerkenraad van dien dag, als ook van 20 daaraanvolgende en
van 22 December des zelfden jaars, gewaagd wordt van maatregelen die
er genomen werden , om den grond te ontblooten , en de materialen
naar de kerk van St. Jan over te brengen. De plaats waar de kerk
stond is een moestuin ; tot 1820 stond in het midden daarvan nog een
kolossaal stuk metselwerk omtrent 5 el hoog, zijnde een gedeelte der
muren die het midden der kerk uitmaakten , en waarop de toren rustte.
Het huis waar achter die moestuin lig t, wordt nog de Plompe toren
genoemd. ln de Jaarboeken van het Vrije van B eadcourt d e N ooedv
e l d e vindt men D. I II, bl. 183, »tot S lb is in de O. L. Vrouwekerk,
»in de kapelle van de Baenst aldaar staet bij de vonte eene tombe.
»Hier ligt Jone vrouwe A nna F il ia J an F il ip s , geselnede van J an de
» B a e n s t , F il ib s J a n s , Raed ons geduebte Heere Hertoghe van Bourgogne
»Graef van Vlaenderen, en zijnen Hoog baillu van de stede Brugge en
»Brugsche vrije, obiit 1424, den 1 August.”
De S t. J a n s k e r k , die tot het begin dezer ceuw in wezen bleef,
was aan den H. J ohannes den Dooper toegewijd ; zij werd in de laatste
helft der veertiende eeuw gestiebt, hoewcl, uit de opsporingen , door
wijlen den kundigen P. MEESTEKsin het stads archief gedaan , blijkt, dat
er te voren ter zelfder plaatse reeds een kerkgebouw bestaan had, mede
aan den H. J ohannes toegewijd. Die, van welke wij hier spreken , was
een der fraaiste gebouwen , welke de stad in vorige tijden versierden en
de grootste kerk , die in Staats-Vlaanderen gevonden werd , zijnde lang
104 eil.j breed ruim 30 eil., en in het kruis. 50 eil. Het was eene
krurskerk waarvan het schip enhetkoor uit drie buiken bestond, die
door pijlaren gescheiden werden , onder den toren was een portaal tot
inpang , rijkelijk met nissen voorzien , die voor de Reformatie met eene
menigte* van beeiden prijkten. De toren aan de voorzijde geplaatst,
scheen bestemd te zijn, om hooger opgetrokken te worden; daar in
hing eene zeer zware welluidende klok , om welke te luiden vier man
noodig was. Van binnen was het gebouw niet somber maar licht en
luchtig; het koor was, na de Reformatie, door deuren en door een
zeer zuiver klinkend orgel van het overige der kerk afgescheiden, en
werd niet voor de godsdienst gebruikt. Zelfs was van het overige der
kerk slechts een gedeelte met zitplaalsen bezet. Deze kerk , die bij
alle belegeringen en oorlogsverwoestingen gespaard bleef, werd door de
onvoorzigtigheid van eenen loodgieter eene prooi der vlammen op den
26 September 1811 en is ten gronde afgebroken in het jaar 1823.
In geene kerk van Zeeland waren zoo vele praalgraven als in
deze. Onderscheidene groote mannen hadden er hunne rustplaatsen. Vele
d e z e r gedenkteekenen waren door den brand vernietigd ; de overigen
zeer geschonden. Het prächtigste was dat van Jhr. W i l l e m d e S o e t e
van L a k e n , gezegd H a b t h a i n , Ridder van .St. Michiel, Admiraal
van Zeeland , enz. overlcden 26 September 1637. Onder eene , op ge-
draaide kolommen rostende , kap , in welker frontispies het wit marineren
wapenschild stond, lagen de wit roarmeren beeiden des Admiraals
enzijne gade , O lim p ia d e H e r t a i n g , met een hondje aan devoeten. Op
den achtergrond dezer nis zag men op eenen zwarten steen de namen
der gestorvenen enz. met gouden letters. Ook dat van Jonkheer C h a r l e s
v a n d e r N o o t , Gouverneur van S l b i s , overleden 50 Augustus 1614, was
bij uitstek fraai. Dit monument van graaüw arduin was gedekt met eene
kap op vier kolommen rüstende , onder welke het beeid lag van v a n d e r
N o o t, met een leeuwtje aan de voeten, terwijl Geloof, Hoop en Liefde
met eenige genien en andere zinnebeeidige sieraden het geheel versierden
(1).
Na het verbranden der St. Janskerk, hielden de Hervormden hunne
godsdienstoefening in de Fransche kerk , tot dat zij zelven weder in
bet bezit van een geschikt bedehuis waren. De tegenwoordige kerk
der Hervormden , is in het jaar 1823 en 1824 gebouwd op een plein,
waar te voren huizen stonden , welke door het bombardement van 1794
vernield werden. Dit is met boomen beplant, en wordt aan de achter-
zijde begrensd doorerven van nog bestaande huizen , aan de drie andere
rijdeo door de Hoogstraat, het W indgat, zijnde eene verlenging der Nieu-
mkerk-straat en de Commies straat. De kerk is een ruim , net en sierlijk ,
hecht en sterk , regelmatig kruisgebouw , op welks midden de toren Staat
on die met eene luiklok voorzien is. Van binnen is de kerk netgeblafon-
neerd en met een fraai en welluidend orgel versierd. Bij avondgodsdienst
wordt zij door lampen verlieht. Jammer, datde muren bijna een el minder
hoog zijn, dan zij ontworpen waren, waarom men tot plaatsing van het
orgel den grond beeft moeten doen zakken , zoodat men bij de iritrede een
paar trappen afgaat. De eerste predikdienst had daarin den 21 Augustus
1825 plaats. Voor deNederdui t sche Hervormde gemeente te
Stois, was, voor het jaar 1794, een volledigsiel zilver ten gebruike bij
(1 ) Eene naauwkeurige beschrijving van alle deze tombes met opgaye der opschriften t die er
°P gevonden werden , gepaard met belangrijke narlgten , nopens de personen zelven, vindt men
in het Maandsblad voor het distrikt Sluis, Jaargaog 1814, bl, 187 en volgende, Jaargaug 1816
kl, »77 èn volgende
X , D e e l . 30