Voorheen werd dit dorp nog opgeluisterd en verstärkt door den Voor-
burg, nabij de kerk en de barg, op de Raten (Ruthe), welke in het
jaar 1619 door H a ic o F r om a werd bezeten.
Er worden hier jaarlijks twee paarden- en beestenmarkten gehou-
den : de eene op den eersten Woensdag en Donderdag in Mei, en de
twecde den eersten Woensdag en: Donderdag in October. Zij worden
onder de voornaamste in de prov. Groningen gerekend.
Gedurende den zomer komt roen in dit d. uit alle oörden der provincie
inzonderheid uit de stad Groningen , om zieh in bet schoone der natuur
te verlustigen. De beminnaars van baars en snoek vinden hier in het
uitmuntend ingerigte logement, het Hoogehni s , de beste gelegen-
heid om hunnen smaak te streelen ; lerwijl de liclhebbers van schoone
wandelingen het bosch van F ra e y l u ma b o r g , toebehoorende aan de
echtgenoote van Jonkheer W. H o r a S ic c am a v a n S l o c h t e r e n , kunnen
doorkruisen, hetwelk, door de naeni'gvuldige kosten daaraan besteed,
een bosch heeten mag, waar kunst en smaak met de natuur hebben
gewedijverd , om den wandelaar te bekoren.
In het jaar 1506 wilde Edzabd, Graaf van Oost-Friesland, bij dit
dorp eene sebans aanleggen , ter benaauwing van de stad Groningen , dan,
dewijl de losse veengrond destijds geene boiwerken dragen kon , moest
dit werk gestaakt worden , weshalve hij zieh vergenoegde met het kerk-
hof te omwallen , hetwelk daardoor de gedaante eener sebans verkreeg.
Daarna kwam deze sterkte in handen van de Spanjaarden.
Toen M acri' t s , Prins van Oranje, in het jaar 1394, Groningen belegerd
had , wendde hij allereerst pogingen aan, om deze verschansing
te vermeesteren , waardoor een vrije toevoer van levensmiddelen en andere
noodwendigheden naar zijne legerplaats geopend werd.
Het wapen dezer heerl. hebben wij opgegeven onder het art. F raeylb-
b a b o r g . De gem. heeft geen wapen of zegel.
SLOCHTRA , oude naarn , onder welken het d. S l o c h t e r e n , in Fi-
velgo , prov. Groningen, nog dikwijls , bij den vervolger van M enco' s
Kronyk en in oude charters, als van 1317 en volg., voorkomt.
SLOR (HET), water , prov. Zeeland.
Het is eene tak van de Wester-Schelde, welke de westzijde van het
eil. Zuid-Beveland bespoelt en het van Walcheren afscheidt. Het is
het overblijfsel van eene uitgestrekte waterplas , welke tusseben St. Joos-
land , Walcheren , Borssele , Zuid-Beveland en Noord-Bcveland heslo-
ten lag, en waarin men, sedert het jaar 1398, ten minste 3800 bund,
en de Craijert-polders, Nieuwland enz. heeft aangewonnen.
In vroegere tijden werd het onbruikbaar voor schepen geaebt en be-
voeren deze doorgaans door het Amemuider-gat, den thans afgedamdea
tak van de Schelde , tusschen Walcheren en St. Joosland. F r a n s van
B r e d e r o d e töonde echter, in het jaar 1488, dal hetz eer bruikbaar was
en sedert droeg het langen tijd den naam van J o n k e r F r a n s e n - g a t . Deze
S t r o o m herinnert ons dus aan de laatste poging der Iloekschen , om
zieh van bet bewind meester te maken. • Genoemde edelman , eenjong
man , vol van moed en van eenen ondernemenden geest, had zieh aan bun
hoofd geplaatst. Zijne vloot bestond uit 48 heuschepen (d. i. hnifschepen,
even als huifwagens), welke als transportschepen gebruikt werden, en
toen 2000 mannen in hadden. Zij vormde dus een geheele sleep , zoodat
het in het eerst niet snel vooruitging, vooral daar men zieh ook zoo
ver roogelijk van de Walchersche kusten afhield. Inzonderheid was
v a n B r e d e r o d e beducht voor het blokhuis van Arnemuiden , waaruit bij
vreesde, dat men zijne schepen in den grond zoude schieten, Hij zocht
eenen anderen doortogt in de Slikken , vond er eenen ter dezer
olaatse voer dien den 18 November 1488 door , en twee dagen later
was Rotterdam verrast door den twee en twintigjangen jongehng.
SLOE (HET GROOT-), voorm. overzetveer, tusschen de Zeeuwsche-
eilanden Walcheren en Zuid-Beveland, over het vaarwater het Sloe ,
van Arnemuiden op de noordweslelijke punt van den Noord-Lrayert-
nolder betwelk echter sinds lang niet meer bestaat.
SLOE (HET KLEINE-), thans enkel het S l o e v e e r genoemd, over-
zetveer tusschen de Zeeumche-eilanden Walcheren en Zuid-Beveland ,
over het vaarwater het Sloe, ter plaatse, alwaar de groote klinker-
weg van Middelburg op Goes over dit water loopt. Het veerbuis Staat
op bet eil. Walcheren met nog twee woningen daarbij.
Dit veer wordt van de Walchersche zijde met zeilponten en roeiboo-
ten bediend en men zet er ten alle tijde over. Vroeger vertrok men
best van ¿en uur voör tot ¿en uur na het hoog water 9 dewijl men an-
ddrs door de slikken en schorren voor den Zuid-Bevelandscben Wal moest
wandelen. In den winter was het echter, wanneer het eenigen tijd
gevroren had , dikwerf verkieslijker het laag water ter overvaart te
kiezen , omdat de veerschuiten de kil als dan niet konden inkomen ,
en door drijfijs belemmerd worden. Sedert aldaar de postroute gelegd
is wordt men met een hoogaarts of bij stil weder met eene roeiboot
overgezet, van dam op dam. Daardoor wordt er van de killen geen
gebruik meer gemaakt, want is men op den dam dan is men tevens
op den straatweg. Ook zijn de dämmen ter wederzijden zeer ver m
het vaarwater gelegd, waardoor dit zoo veel is vernäauwd, dat men
met eenen geringen kijker nagenoeg elkander kan onderscbeiden.
SLOEUERD (DE), naam, welken men in de wandeling geeft aan
den pold. en het geh. S lo o t g a a r d , in Geestmer-ambacht, prov. JYoord-
Holland. Zie S e o o t g a a r d .
SLOEKIE, d. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java, resid.
Rembang. m ,
SLOETER (HET) of d e S l o c r t e r , water in Waterland, prov. IVoord-
Holland. . . . j
Het is een gedeelte van het groot IVoordhollandsch-kanaal, loopende
van het Schöuw (zie dat woord), in eene zuidelijke rigting naar de
Slofterbrug, waar het kanaal eene kromming verkrijgt de Meer ge-
heeten en in eene zuidwestelijke rigting naar den kruidmolen bij Buik-
sloot loopt. In het S l o f t e r is het kanaal een vierde wijder dan elders ,
welke wijdte reeds vöör de graving van het kanaal bestond. Aan het
zuidelijk einde van b e t S l o f t e r is de bogt, waar de Meer begint.
SLOFTER-BRDG (DE) of de S l o c h t e r - b r u g , brug in Waterland,
prov. Noord-Holland, in den kanaalweg , oostzijde, tusschen het Schouw
en den kruidmolen bij Buiksloot.
SLOKHAN (DE), gegraven kanaal in Oost-Indie, in het Sundasche
ed. Java. Zie S e l o e k a n .
SLOOT, oude naam van het stad je S l o o t e s , prov. Eriesland, kw.
Zevenwouden. Zie S l o o t e n . _
SLOOT (DE), reede en vaarwater, loopende Z. 0 . uit het Amsteldiep,
tusschen den Wieringerwaard en de Kooltuinen naar de Meer, en heett
minstens 18 a 20 palm. diepte.
SLOOT (DE MONNIKE-), reede ten N. van de Zuiderzee, W. van
den Vliestroom.
Deze reede was vroeger zeer geschikt voor zeeschepen , om er winter