Voor gedaan en. na bedacht,
Heeft menig man in ’tlijden gebragt,
Te voren bedagt, dat na mag kamen,
Ueeft menig man zeer doen vromen.
Des anderen daags kwamen de Groningers, met 200 man, binnen
S n e e k , en schreven er eenen landsdag ui t , op welke J a n S c h a f f e r
Burgemeestcr van Groningen , voorstelde, dat er eene schatting over
Westergoo zoude uitgeschreven worden , tot lossing van de gijzelaars,
die te Groningen waren. Die van Boisward bragten daar echter tegen
in : » dat zij ook de geheele winter knechten hadden i n g e h a d en
vroegen : » wie hun die zou lielpen b e t a l e n z o o dat deze landsdag
vruchteloos afliep. De Groningers slotcn daarop, tegen eer en ced,
B o k k e en S t t s e H a rin xm a en Louw D o r i a in boeijen en wierpen ze in
de gevangenis. De Sneekers trokken nu naar Slootcn, waar zij het
huis van W a i s e H a r in x b a innamen , en vervolgens ook meester van de
stad werden. Daarna trokken zij naar Tako-Zijl, en belegerden het
honten blokhuis, dat de Groningers aldaar hadden laten oprigten, het-
welk zij , na het eerst vcrgeefs beschoten te hebben, mede inkregen
en vervolgens slecbtten, waardoor geheel Westergoo voortaan van het
Groninger juk bevrijd was.
Den 18 Maart 1498 meenden de Saksiehe knechten , die binnen Bols-
ward lagen , S n e e k bij verrassing in te nemen , maar de burgers hiel-
den zoo goed wacht, dat zij het niet durfden naderen. Tegen den avond
trokken sommigen dier knechten naar Ylst, de andere hieven dien nacht
in het Hospitaler-klooster. De Sneekers ziende, dat de Saksers niet tegen
hen aan durfden, deden eenen uitval en dwongen hen , rnet verlies van
tien dooden en vijftien gekwetsten, weder naar Boisward te vlugten.
In het jaar 1515 gaven de Hertogen van Saksen, voor eene som
van 100,000 gülden, de Landen van Friesland, bij verdrag, aan Ka-
REt, Prins van Spange^ later Keizer Kabel V , over. Die Prins zond
er Flokis v a k IJsseistein, Graaf van Egmond en Buren, als Stadhou-
der van zijnentwege, ten einde de huldiging der Friezen te ontvangpn.
Daar dit echter niet zoo gemakkelijk toegibg, belegerde liij , den 16 Au-
gustus, Boisward en trok den 2 3 daaraanvolgende ook voor Sneek.
Hij stelde zijn gesehnt op de Ysbrechtumer-laan, eh liet Sneek zeer
dapper beschieten, betwelk de Sneekers krachtdadig beantwoordden.
De Bourgondiersalzoo ziende, dat zij op de Sneekers niets konden win-
nen , wendden zieh naar Y lst, öm dat te plünderen en te berooven;
de Sneekers echter, zulks verneinende, begaven zieh met zoo veel spoed,
met eene groote magt van schepen, derwaarts, dat zij er vöör de Bourgondiers
aankwamen , hetwelk deze laatsten deed besluiten den zelfden
dag terug te keeren, nadat zij onder weg vele dorpen hadden afgebrand.
Den 11 Januarij 1517 begon het zeer hard te vriezen , waarop de
Bourgondiers de stad S n e e k , den 20 daarop volgende, aan vier kanten
te gelijk belegerden ; want zij lagen in Oppcnhuizen , te Ylst, in Nij-
kloosler en in het klooster Tabor. De Sneekers deden eenen uitval,
en opdat de vijand zieh niet in het Hospitaler-klooster en dat van de
Johanniter-orde zoude legeren, staken zij die beide in brand , zoo dat
er van het laatste niets dan de kerk staan bleef. S n e e k had te dier
tijd geen vreemde knechten in , omdat zij die niet vertrouwden , maar
Groote P i e r met zijn volk en vele ballingen waren er binnen, en deze
trok dagelijks op schutgevaarte , dan tegen de eene en dan tegen de
andere parlij, die haar belegerdcn, uit, zoodat er wederzijds veel volk
sneuvelde. Middelerwijl arbeidde zekere Jonker R o e lo e zeer bij den
BourfrondischenStadhouder, om S n e e k met hem te verzoenen, waartoe
de burgers ook wel genegen waren. Maar Groote Pieh , met alle de
Heerschappen en ballingen, die daar binnen waren , waren er tegen,
zoo dat er niets van kwam. Terwijl de Bourgondischen zieh ondertus-
schen gereed ihaakten , om de stad met stormladders en andere ge-
reedschappen te overvallen en daartoe ook nog meer geschut van Leeuwar-
den verwaebtten, begon het den 28 Januarij te dooijen, waardoor de
belegeraars de stad verbeten en hunne legers weder opbraken ; beüalve
dat, hetwelk in Nijklooster lag, want dit bleef tot den 22 April aldaar
liegen , tot groote schade en overlast van de daaromtrent wonende huislieden
en andere. _ .
In het iadr 1567 droiig het licht der Kerkhervorming te S n e e k door
en daarop werden de beeiden verbroken; doch de R. K. godsdienst werd
er spoedig daarna Weder gehandhaafd , door de komst van den btadh
o u d e r S egBr van Groesbeek.
F r e d e r i k v a n B r o n k h o r s t , Heer van Nedermormter, verzamelde in
het jaar 1572 , ten behoeve van den Prins v a n O r a n j e , een hoop
volk, waarmedc hij naar S n e e k t rok, dat liij innain en veroverde,
even als Boisward en Franeker , welke laatste stad wederom door de
Kolonei G a sp e r d e R o b l e s , Heer van B illy , werd belegcrd en by verdrag
ingenomen , als ook de schans Makkum , waardoor de Bronk-
horster Soldaten weder uit S n e e k vlogtten. Het graauw te S n e e k ,
dit vlugten verneinende, rotte bijeen en greep Jonkheer D i e d e r ik v a n
B r o n k h o r s t en B a t e n b ü r g , die voorts op bevel der Overheid in de
stadskerker gezet werd. Al bet gewerkt of ongewerkt goud, zilver en
andere kleinodien , dat bij hem gevonden werd , was prys. Die van
Sneek schreven aan den Koninklijken R a ad, dat zij hem in hechten«
hadden genomen 5 deze liet hem onder escorte van eemge Leeuwarder
en Sneeker burgers op het blokhuis te Leeuwarden halen , doch de
Kolonei R o b l e s , Heer van Billy, nara daar geen genoegen in , en
gelastte eenen Hopman om B a t e n b d r g terStond weder naar S n e e k terug te
brenp-en waar hij zelf met fliegende vaandels binnentrok, eil d a t e j c -
BERG voor hem deed komen , die na vele woordenwissehng en na hem
eenigzins doorgehaald te hebben, vergiffems bekwam; doch hg zat
naderhand nog vijf jaren op het Blokhuis , zoo als blykt uit een
smeekschrift aan de Stalen van Friesland, door zijne doebter Vrouw
G e e r tr u id overgeleVerd. De Heer v a n B i l l y , weder met zijne mansebap-
pen uit S n e e k naar Leeuwarden vertrokken zijnde, betuigde den Sneekers,
en wel bijzonder het graauw, hurt misnoegen over deze handelwys
met B a t e n b ü r g . Kort hierop ontstond binnen de stad S n e e k een oproer ,
vermits de Raad en de Grietman besloten hadden den Kolonel H o b le *
weder Van Leeuwarden te halen , onder voorgeven, dat hij met de
manschappen , die hij mede zoude nemen, door de stad zoude trekken
omnaar Boisward te reizen ; maar de burgers voorzigtiger zijnde na-
men den raad, dien zij in eenen ronden kring besloten hadden, de sleu-
tels van de poorten af, en verborgen die naderliand op geheime plaat-
sen , waar zij die , zoowel des daags als des nachts, ieder met negen
burgers lieten bewaken. C a s p e r d e R o b l e s , Heer van B illy , met den
Koninklijke Raad, in overweging nemende, boe veel aan bei böhoud der
stad S n e e k gelegen was , trok met eenige wagens inet volk en nog andere
manschappen , naah S n e e k . Bij bet nieuwe klooster körnende , zond hij
den Raadsbeer P i e t e r F r i t t a m a , die te S n e e k geboren was , vooruit, om
de burgers te polsen en voor hem te winnen ; maar een boer , die in het
laad stond te werken, den Kolonel R o b le s met de zijnen ziende aankomen ,