te nemen , tie Oude-Maas genoemd wordt. Het groote oogtnerk met
bet aanleggen dezcr sterkte was, om Maastricht, door Prins F r e d e r i k
H e n d r i k bet jaar te voren ingenomen, af te snijden en alle gemeen-
schap längs de Maas, tusschen deze stad en de twee andere, in het
zelfde jaar veroverde steden Roermond en Venlo, te stremmen ; welk
oogmerk, in zeker opzigt, daardoor ook dadelijk bereikt werd.
Dewijl de Staten , sedert het verlies van Yenlo en Roermonde, in
het jaar 1057,. de sterkte S t e v e n s w e e r t niet liadden können vermeeste-
ren , moest.zij, krachtens het vredesverdrag van Munster, in 1648,
■onder de magt des Koniogs van Spanje blijven tot in 1702, als wanneer
de oorlog wegens de Spaansche troonsopvolging een aanvang nam. Toen
werd zij , ha een kort beleg van 3 dagen , door den Generaal S c h o e t s ,
of (zoo als sommige geschiedschrijvers willen) door den Graaf b e N o v e l l e s ,
uit het legef der hondgenooten daarop afgezonden , tot de overgave ge-
dwongen, en de Fransche krijgsbezetting van vier honderd man , den
3 October naar Namen begeleid. Deze belegering van 1702 is de
eenige, welke deze vesting immer ondergaan heeit. Zij is , nadientijd,
in 1713, ingevolge het achttiende artikel van het barriere-tractaat,
voor alloos , in vollen eigendom , aan de Algemeene Staten afgeslaan,
Bij dien afstand werd, in het gemeld tractaat , van ’s Keizers zijde,
te gelijk zoo veel gronds vergund, -als noodig zijn zou om de vesling-
werken , over de Maas, ten Westen uit te breiden , en te gelijk beloofd,
dat de Keizer nooit zou doen aanleggen , noch gedogen dat door een
ander aangelegd werden eenige forlificatien , op den afstand van eene
halve mijl van deze vesting. •
Na dien tijd is S t e v e n s w e e b t met een goed garnizoen, voor het minst
van een half, ook wel van een geheel regernent Infanterie, bezet ge-
weest, hetwelk somtijds uit Venlo, rnaar doorgaans uit Maastricht, der-
waarts gedetacheerd werd. Later is die schans aanmerkelijk van ge-
daante veranderd, sedert een der armen, in welke de Maas zieh boven
S t e v e n s w e e b t verdeelt, en wel de reglerarm, de Oude-Maas genoemd,
ondieper begon te worden , doordien genoegzaam al het water der rivier
längs de linkerzijde vloeide, zoo dat men vermeende, dat, daardoor de
voornaamste sterkte daarvan benomen was ; uit welken hoofde men de
vestingwerken heeft laten vervallen, de beide poorten afgebroken , eu
de grachten , ter plaatse daar de bruggen lagen, toegedamd. Men telt
er hinnen de oude wallen 109 h. en 623 inw. Van de militaire gebouwen
hestaat nog alleen het zoogenaamde Kommandeurshuis , thans de wo-
ning van een partikulier.
Vroeger stond hier een groot en sterk kasteel, met zeven torens
verstärkt. Het lag in 1755 reeds in bouwval; de overblijfselen dien-
den deslijds tot magazijn.
Ook werden hier weleer drie zilveren en drie koperen munten geslagen.
De R. K. kerk, aan den H. S t e p h a n o s toegewijd, is een kruisge-
bouw , met eenen toren en van een orgel voorzien.
De kerk der Hervormden is in het jaar 1819 gebouwd , waartoe de
Koning, Mevrouw de Baronnesse v a n R i e d e z e l , geh. Gravin v a n H om p e s ch ,
en de gemeenle hebben bijgedragen. Deze kerk heelt eenen toren an een
orgel , zijnde dit laatste in het jaar 1826 door Mevrouw de Barounesse
v a n R i e d e z e l aan deze gemeente geschonken.
De kermis valt in Zondag na St. Remacla, in September.
Het wapen is het zelfde als dat van de heerl. Stevensweert.
STEVERE, hofsiede in Overijssel, bij Rijssen , vermeld in 1046,
als te leggen in dat gedeelte van het district Isloa■, dat door Keizer
H e n d r ik aan B e r n o l d ü s , den twintigsten Bisscliop van Utrecht, gaschon-
ken werd.
STEVEREN , oude naam van de buurs. Staverdcn, op de Over-Ve-
luwe, prov. Gelderland. Zie S t a v e b d e n .
STEVEREWOLD, voorm. bosch , op de Veltiwe , prov. Gelderland,
waarin men wil , dat de God S t a v o , oudtijds zoude zijn aangebeden.
In den giflbrief van Keizer O t t o III , van het jaar 996 , komt het reeds
voor. Ook Keizer K o e n r a a d , in 1040 , schonk het regt der munt , toi en
ander gebied, dat deze in Deventer had, met een groot gedeelte der Veluive
aan de Utrecbtscbe kerk. In het jaar 1046 echter , zonderde Keizer
H e n d r ik III, op de Veluwe, eene landstreek a f , en voegde die bij het
graafschap Ameland öf Hameland, om te zijn : een nieuw gebied van Deventer
binnen zijne eigene palen gesloten envan het Utrechtsche gebied afge-
scheiden, met bijvoeging van Het bosch genaamd S t e v e r e w o l d , ivaar-
door men ooslwaarts aan over den IJssel moest gaan naar Deventer en
Oulst. In den giflbrief van L o t h a r i d s I I , van 1134, wordt nogmaals
van het S t e v e r e w o l d gewaagd , waarin , onder anderen , ten beboeve
van het adellijke vrouwenklooster te Elten , het regt wordt afgestaan ,
om alleen herten , hinden en reeen te mögen jagen , in de vier bos-
schen , Quatuor Foreste van Steverewold, over Wieheij , Mulo en Subort,
en ook vliegend wild tot in andere bosschen te mögen vervolgen.
STEVERT en S t e w e r t , namen, welke men in de wandeli'ng veelal
geeft, aan het geh. S t e e n v o o r t , in de Meijerij van 's Hertogenbosch,
kw. Kempenland, prov. Noord-Braband. Zie S t e e n v o o r t .
STEVERT (DE), riv. in de Meijerij van ’s Hertogenbosch, kw, Kempenland,
prov. Noord-Braband, welke in het geh. Weebosch, onder
Bergeyk ontstaat, in eene noordelijke rigting , de gem. Riethoven door-
stroomt en zieh bij het geh. Steenvoort in de Run onllast.
STEYL, d. in Opper-Gelder, prov. Limburg , distr., arr. en 5£ u.
N. N. O van Roermond, kant. en 1£ u. Z. Z. W. van Venlo, gem.
en £ u. Z. Z. W. van Tegelcn, aan de Maas, waarover hier een
pontveer is op Baerlo. Men telt er 54 h. en 280 inw., die meest in
den handel in granen , zaden, steenkolen, kalk, koloniale wären,
tabak en wijn hun bestaan vinden , ook heeft men er 2 brouwerijen,
3 pannen-, 4 potten- en 3 tabaksfabrijken.
Dit.dorpje is zeer aangenaam gelegen en welvarende , als zijnde eene
voorname legplaats der schepen , welke hovengenoemde goederen hier
lossen , om die verder per as naar Duitschland te vervoeren , waartoe
een hekwame rijweg derwaarts is aangelegd.
De inw., die allen R. K. zijn, behooren tot de par. van Tegelen,
welke hier eene kapel heeft, aan den H. S e b a s t i a n d s toegewijd , zijnde
een klein oud gebpuw, met een klein kloklorentje, doch zonder orgel.
Deze kapel wordt bediend door eenen Kapellaan en eenen ouden ge-
pensionneerden Geestelijke, die echter geen tractement geniet.
Er is hier eene dorpschool, welke gemiddeld door een getal van
20 leerlingen bezpeht wordt. — De kertnis valt in den 20 Januarij.
STEYN , d. in het Land-van-Vallcenburg , prov. Limburg. Zie S t e i n .
STICHT (HET), naam , onder welken men thans veelal de prov.
U t r e c h t verstaat. Het is eene verkorling van het S t i c h t - v a n - U t r e c b t ,
waarloe echter eigenlijk zoowel de prov. Over i j s sel of het Over st
icht als Ut r e c h t of het Ne d e r - s t i c h t beboort.
STICHTRUST , landg. irr het Nederkwartier der prov. Utrecht, arr.
*n 6 u. N. ten W. van Utrecht, kant. en 2 u. N. W. van Loenen,
gern. Abcoude-Proostdij-en-Aasdom, £ u. W. van Abcoude.