einde van 1810 , tot een afzonderlijk Departement gevormd, onder den
naam van Monden- van-de- S cheldb.
SCHELDE (DE OOSTER-), riv. in Zeeland, het is een der armen
van de Schelde.
Zij loopt van Bath eerst noordwaarts op, tusschen het verdronkcne
gedeelte van Zuid-Beveland en Noord-Braband , en vertoont voor Ber-
gen-op-Zoom, bij vloed eene overstroomde vlakte van ruim twee uren
breedte , op welke vlakte de ansjovisch-banken van die Stad en van
Tholen liggen. Een kleine tak, de E e n d r a g t , gaat voort den zoom
dier provincie te bespoelen en scheidt haar van het eiland Tholen. De
voorname arm, nabij Kats de Zuid-vliet te hebben opgenomen, stroomt
op deze hoogte door eene nienigte platen, waarvan de Vo n de l i n -
g e n , de Homp e l s , de G a l g e -p l a a t en de Mi d d e l - p l a a t de
aanzienlijkste zijn en heeft daar eene grootste gemiddelde breedte en
diepte van 4200 en 26 ell. Eene derde tak, het Ke ete n , stroomt
een weinig meer noordefijk tusschen de eilanden Tholen en Duiveland,
naar het Krammer, en de hoofdarm stroomt westelijk aan tusschen de
eilanden Schouwen en Noord-Beveland, bezuiden de stad Zierikzee, alwaar
zij eene grootste gemiddelde breedte en diepte heeft van 4100 en 43 ell.,
welke breedte door de gevaarlijke plaat d eVu i l b a a r d , in twee vaar-
waters gescheiden wordt, waarvan het noordelijke de H a mm en en het
. zuidelijke de Roompôt geheeten, de daar tusschen liggende Neel t je-,
Jans - en Ro g g e - p l a t e n insluiten. Bewesten deze platen vormt zij
de monding of het Zi e r i k z e e s c h e - z e e g a t , voor welke de platen
en ondiepten van den B a n ja a r d gelegen zijn, door welke zij door
vier vaarwaters, de Roompot , hetWe-stgat , de Keel of het Hon-
d e n g a t en het K r a b b e g a t , in zee uitvloeit.
SCHELDE (DE WESTER-), r iv . in Zeeland. Z ie H onte.
SCHELDE-EN-MAA S (DEPA RTEMENT-VAN-DE-), volgens de staats-
regeling van den 23 April 1798, het achtsle département der Bataaf-
sche rcpubliek.
Het paalde N. aan de Nieuwe-Maas, waardoor het van het département
van de Delf gescheiden werd, N. O. aan de Noord en de Mer-
wede, die het van het département van den Rijn scheidde , 0 . aan het
département van den Dommel, Z. aan de Schelde, die het van de
Fransche republiek scheidde, W. aan de Noordzee.
Bij dit département behoorde mitsdien d e ß i e s b o s c h of verdronken
waard van Zuid-Holland, met al de eilanden tusschen Dordrecht en
Werkendam gelegen, het eiland R o z e n b u r g , en voorts zoo ver bet
grondgebied van dezen Staat zieh op de Schelde uitstrekt, met al de
wateren tusschen de eilanden gelegen.
Het was verdeeld in zeven ringen, welke tot hoofdplaatsen hadden ;
de eerste ring Mi d d e l b u r g , de tweede Goes , de derde Z i e r i k zee,
de vierde S t e e n b e r g e n , de vijfde B r e d a , de zesde Dor -
drecht en de zevende Br i e l l e ; telde ruim 217,000 zielen en was za-
mengesteld uit de voormalige provincie Ze e l a n d , het zuidwestelijke gedeelte
van de voormalige provincie Ho l l a n d , bestaande uit de eilanden
Go e d e r e e d e - e n - 0 v er f lakké , Rozenb u rg , h e t L a n d -v a n-
Voo r n e - e n - Pu t t e n , het E i l a n d - v a n - Dor d r e cht , den Hoek-
sche—waard , den Zwi j n d r e c h t s c h e -w a a r d , den Rieder -
waa r d , het La n d - v a n - I J s s e lmo n d e , benevens de heerl. Ni er-
vaar t of de K l u n d e r t , Z e v e n b e r g e n , Hooge-en-Lage-Zwa-
l u we , Ge e r t r u i d e n b e r g , Made, Ör imme l e n en S t a n d h a z e ,
en het westelijke gedeelte van het voorra. Staats-Braband , bestaande
uit de baronie van Breda, het markgr. B e r g e n - o p - Z o om, de
heerl. S t e e n b e r g o n en Wi l l ems t a d en bevatte alzoo de tegen-
woordige prov. Zee l a n d (behalve het vierde en vijfde distrikt), het
Zuidhollandsche arr. B r i e l le en het Noordbrabandsche arr. Breda.
SCHELDEVAARTSHOEK of S c h e le iio u ts h o e k , gemeenlijk S c h e i v e r s -
h o e k buurs. in Staats-Vlaanderen , in Hülster-Ambaclit, prov. Zeeland,
arr. en 6 u. Z. 0 . van Goes, kant., distr. en \ \ u. N. 0 . van
Hulst, gem. Graauw-en-Langendam, ruim £ u. W. van Graauw , met
13 h. en 80 inw.
SCHELD-WATER (HET) of het S cheed-hber , naam, welken de
vervolger van Menco geeft, aan het S cheld- h e er in Fivelgo, prov. Groningen.
Zie S cheed- jseer.
SCHELFHORST, geh. in het dingspil Noordenveld, prov. Drenthe,
arr., adm. en judic. kant. en 4 | u. N. van Assen, gem. en | u.
N. W. van Beide-, met 6 h. en 36 inw.
SCHELKEMA of S chelckeha , voorm. bürg in Hunsingo, prov. Gro-
ningen. Zie N ijen ste in .
SCHELLACH of S che l la o, heerl. op het eil. Walclieren, prov. Zeeland,
arr. en kant. Middelburg, gem. Vrouwe-polder-Zandijk-buiten-
en-Schellach; palende N. aan de heerl. Gapinge en Zandijk , 0 . weder
aan Zandijk, Z. aan de heerl. Noord-Munster, W. aan de heerl.
Brigdamme.
Deze h e e r l . werd v o o r t i jd s in Ou d - S c h e l 1 a c h , H e e r e n - a m -
b a c h t , B e y m a r e - a m b a c h t en P o p p e k i n d e r e n - d o r p o n d e r -
s c h e id e n .
Haar naam, oorsprong en oudheid zijn beiden met te bepalen, zoo
min als of het edel geslacht van S cheilach zijnen naam van deze heer-
lijkheid ontvangen, of het de zijne aan dat huis medegedeeld heeft.
Voor de Nederlandsche onluslen was hier een dorp met kerk en
molen. Van de kerk waren, toen S mahegange zijne kronijk sch reef,
nog stukken muurs, verwelven en een gedeelte van den toren te zien.
Dit alles is in de algemeene verwoesting des platten lands van Wal-
cheren , in de jaren 1372 tot 1374, vernield, zoo dat niets dan het
kerkhof overgebleven is ; en in het jaar 1738, zijn de fondamenten
der kerk, welke 16 roeden (6 v. r.) gronds in het vierkant bevatte-
den , uitgegraven , en is toen ook onder de puinhoopen de klok gevon-
den, welke ten deele vergaan was, als ook eenige oude muntspccien.
Aan welken Beschermheilige deze kerk toegewijd was, heeft men
nergens gevonden '• maar wel dat op den 22 Maart 1323 de Deken
en Kapittel van St. Pieter te Middelburg het voorstanderschap daar van ,
en van eenige andere kerken in Waicheren , aan den Graaf hebben
opgedragen. De kosterij en school stonden oudtijds ter begeving van den
Graaf, volgens eeiien brief van Herlog Pmiips , geteekend 19 Mei 1436.
Deze kerk heeft in Zandijk 3 gemeten 130 roeden (lbund. 92 v. r.
49 v. ell.) lands bezeten. Tegenwoordig zijn de opgezetenen dezer
heerlijkheid in het kerkelijke aan Vere onderworpen , waaroyer in het
midden der voorgaande eeuw verschil ontstaan was, doch zulks is bij een
besluit van Heeren Gecommitteerde Raden der provincie Zeeland ,
dato 28 Augustus 1777 beslist: de armen van Vere genoten ook uit
dien hooide, eene groote te ponde van alle hnisraad, hetwelkinhet
openbaar verkocht werd. Het getal der huizen binnen dit ambaclit
beliep in het jaar 1380 niet meer dan 13 , hetwelk in het jaar 1397
tot 18, in het jaar 1398 tot 19, in het jaar 1642 tot 20 aange-
wassen was, waarvan de jaarlijksche schatting, in het jaar 1670 ,