Blankenhain eenen weg had gehaand , niet woest geweld, over de kwe
landen, op de Friesche kusten aan , en overslroomdc het geh. Slykenburg,
Daarna sloeg zij in den Vrijdag morgen | toen hare golven de Linde met
kracht waren opgedreveri, tot aan de krnin des. Lindedijks, bij het zetfdc
dorp eene doorbraak van meerdan 120 eil. Nu deed de vloed in körten
tijd de Linde zoodanig zweiten, door den toevoer uit Overijssel, dat hij
eer de iniddag daar was, längs de geheele lengte, ter boogte van eene
halve el, met breede golven daarover, in het westelijk deel dezer grie-
tenij, nederrolde; terwijl op den zelfden tijd ook het oostelijk gedeelte
werd overstroomd , welke stroom weder inet den eerslen toevloed naar
de lagere noordelijke landen afvloeide , en deze van twee zijden onder
■water zette. Ondertusschen werd door alle de doorbraken in Lemsterland
het water van dien kant ook heftig voortgestuwd , en , daar de vloeden
zieh met elkander vereenigden , zwol het tot eene zoodanige hoogte,
dat vöor den avond hijna twee derde der grielenij, en binnen vier en
twinlig uren al het land, een klein gedeelte nitgezonderd , tot eene
hoogte van ruim twee el onder het zeewaler was bedolven , mcnscken
en vee, huiz.en en gebouwen, dijk en dam, en al wat vloed en over-
strooming keeren wilde , in de vernielende vaart en voortgang mede-
slepende. Negen menschen lieten het leven in den vloed, honder-
den werden beroofd vian alle hunne bezittingen en velen liunner van
alle middelen van bestaan. Vier honderd huizen en woningen waren
vermeid of zwaar beschadigd, 20,534 roeden turf weggespoeld en ruim
twee millioenen ponden hooi bedorven. Bijna veertien honderd stuks
rundvee , drie honderd acht en vijftig schapen , paarden en varkens zijn
door den vloed omgekomen.
' Het wapen is het zelfde als dat van Stellingwerf-Oosteinde , uitge-
nomen dat de griffroen hier regts Staat.
STELP (DE), hofstede , prov. Friesland, kw. Wcstergoo, griet. Baar-
deradeel, arr. en 5 u. W. Z. W. van Leeuwarden, kant. en 3 u. N. W.
van Rauwerd, 20 min. W. N. W. van IFinsum, waartoe zij behoort.
STELTERWEG, oude weg in Fivelgo, prov. Groningen , in eene
zuidoostelijke rigting van Godlinze naar het Holwerder-klooster loopende.
S-TENHUISHEERD , plaats in Hunsingo, prov. Groningen , arr. en
3J u. W. van Appingedam, kant. en 3 u. N. 0 . van Onderdendam,
gem. en J u. N. van Uithuizermeeden-Buitendijks.
Weleer stond hier een bürg, waarvan de overlevering zegt, dat
zeker Heer, die in eene kapel tc Holwindc (tbans onder Rottum) te kerk
ging, den Priester, die geene tweede vroegmis noch wilde noch mögt
doen, had gedood, en dat hij bij zijne terugkomst terslond met bürg
en al verzonkcn was. Sedert dien tijd ziet het volk hier des nachts
een paar juffers spokcn (1).-Ter plaatse , waar deze bürg gestaan heeft,
ziet men thans eene boerderij. De daartoe behoord hebbende gronden ,
beslaande eene oppervlakle van 17 bund. 70 v. r. 90 v. eil., worden
in eigendom bezeten door den Heer G e e r t R. L o o r t s e m a , woonachtig
te Uilhuizermeeden.
STENISWAARD, buit. in het Overkwarlier der prov. Utrecht, arr.
en 4 u. Z. ten W. van Amersfoort, kant. en | u. N. W. van IFijk-
hij-Duurstede, gem. Cothen. Tbans in eigendom bezeten en bewoond
wordende door den Heer W. J. v a n B e e k C a i k o e n .
STENOVICÜM, Lat. naam van d e st. S t e e n w i j k , in Vollenhoven,
prov. Overijssel. Zie S t e e n w i j k .
10 Zie Groninyer Volks-AhnanaJc voor hetjaar 1842 , bl. 188.
STEPELÜ of S t e p e i b , geh. in Twenthe, prov. Overijssel, arr. eh
3 u. Z. ten 0 . van Almelo, kant. en ¿ u. Z. W. van Enschede,
gem. Uaaksbergen. — De marke van dit geh. is in hetjaar 1845 ver-
deeld geworden.
STEPHANOVERDA , Lat. naam van de vest. S t e v e n s w e e r b in Opper-
Gelder, prov. Limburg.' Zie S t e v e n s w e e r d .
STEPHANSBERG of S t e p h a n d s b e r g , d. in de heerl. Trintingen, grooth.
Luxemburg. Zie T r i n t i n g e n .
STERBaCH (DE) , beek in het grooth. Luxemburg. — Zij ontspringt
in de vijvers van den Schenerhoff, loopt längs Canach , Lenningen en
Ebnen en werpt zieh bij laatstgemeld dorp in de Moezel.
STEREN BERG, buit; in Westerwolde, prov. Groningen. Zie S t e e -
BENBEBG. , •
STERKENBURG, gem. in het Overkwartier der prov. Utrecht, arr.
Amersfoort, kant'. W ijk-bij-Duurstede (1 k. d., 8 m. k., 4 s. d.)j
palende N. aan de gem. Doorn, 0. aan Over-en-Neder-Langbroek, Z. aan
Cothen en Werkhoven , W. aan Werkhoven en Driebergen.
Deze gem. bevat de heerl. S t e r k e n b u r g en Hardenbroek. '
Men telt er 32 huizen, bewoond door 41 huisgezinnen, uitinakende
eene hevolking van 260 inw., die meest in den landbouw hun bestaan
vinden. •
De Herv., die er 210 in getal zijn , behooren tot de gem. Van Ne-
der-Langbroek. —- De R. K., van welke men er 80 aantreft, worden
tot de stat. van Cothen ge’rekend.— Men heeft in deze gem. geen
school, maar de binderen genieten onderwijs te Neder-L'angbroek.
STERKENBÜRG , voorm. afzonderlijke heerl. in het Overkwartier van
Utrecht, arr. Amersfoort, kant. IUijk-bij-Duurstede, gem. Sterken-
burgf palende N. aan de heerl. Doorn, 0. aan Hardenbroek, Z. aan
Werkhoven, W. aan de heerl. Zeyst-en-Driebergen.
Deze heerl. is sedert eenige jaren , behoudens het regt van den Heer ,
metdeheerl. Har d e n b r o e k vereenigd. Zij bevat de b. S t e r k e n burg,
benevens eenige verstrooid liggende huizen.
Deze heerl. werd op het laatst der vorige eeuw in eigendom bezeten
door Mr. J a n A n d r e v a n W e s t r e n e n , Heer van Lauwenrecht, Kanunnik van
St. Marie, en Geeligeerden Raad in het eerste Lid der Staten van
de prov. Utrecht. Thans is zij in het bezit van den Heer P. A. Hin-
e o o p en v a n S t e r k e n b o r g .
De b. S t e r k e n b o r g ligt 4 u. Z. ten W. van Amersfoort, l j u . N. W. van
~W ijk-bij-Duurstede.
De kermis valt in op Dingsdag, veertien dagen na Utrechtsche kermis.
Het wapen van S t e r k e n b o r g bestaat uit acht golvende fascen, af-
wisselend van goud en keel, beladen met zestien besantynen van zil-
ver> geplaatst vijf, vier, drie en vier , op die van keel.
STERKENBÜRG, adejl. h. in het Overkwartier der prov. Utrecht,
7¡p'-en.^ u' ten van Amersfoort, kant. en l j u . N. N. W. van
Irijk bij-Duurstede , gein. Slerkenburg.
ln het jaar 1402 werd E r n s t v a n S t e r k e n b o h g met dit huis beleend.
ort daarna ging het, door huwelijk , over in het geslacht van I J s e n -
d o o r n , waaraan het behoorde , toen het, in den jare 1836, voor eene
t i derhofslad verklaard werd. M a g t e l d v a n I J s e n d o o h n , getrouwd met
e i n i e r v a n A s e w i j n , de beleening , in hetjaar 1868, ontvangen hebende
, droeg dit Riddergoed op aan hären zoon A n t o n i j v a n A s e w i j n
■e qeswege , in het jaar 1618 , in de ridderschap der provincieiUtrecht
eschreven werd, en in het jaar 1648 overleed. In het jaar 1669,