of nadere vereeniging tusschen Holland en Zeeland, en gaf last aan
C orn el is J akobszoon F abry , oil) die van stadswege te onderteekcnen.
Soortnelijk een last werd , op den 5 Julij 1881 , opgeuragen aan
B a r e s t P eterszoon , Burgemeester, L e en d er t J oriszoon B eys , Vroed-
schap en Mr. W il lem van d e r M e er , Pensionaris, ter gelegenheid van
de opdragt der hooge overheid van den Lande van Holland aan W il l em ,
Prins van Oranje. .
Het voorgevallene te Zutphen en Deventer, in het jaar 1586, ver-
oorzaakte pinds en elders aanmerkelijk wantrouwen in bet bewmd van den
Engelschen Landvoogd, Graaf van L e ic e s t e r . Ter verhoeding om met
even eens door verraad iq de handen der Spanjaarden geleverd te worden
verzochten en verkregen die van S chiedam van sLandsStaten verlof,
om ter hunner verzekering , honderd waardgelder« te mögen aannemeo.
Omtrent dezen tijd was het onzinmg begrip , wegens het bestaan
van heksen, tooverkollcn en waarzegslers, ook tot S c h i e d a m doorge-
drongen, en tot oneere en schände van die stad, slroomde te eemgen
tiid , binnen hare muren het onscliuldig bloed van somnuge ongelukki-
„en die onder ' verdenking van duivelskunslenarij vielen , of wier ge-
kreo’kt hersengestel hun deed gelooven, dat zij , met het hun aange-
tij.de vermögen , met er daad begaafd waren. V.jf vrouwspersonen
hH vonnis- van den 2b Mei des jaars 188b , veroordeeld om gepijn.gd
te worden, beleden, met den duivel een verbond aangegaan, en, utt
kracht daarvan , tooverij gepleegd te hebben , tot beschad.g.ng van men,
sehen enbeesten. Ingevolge dezer bekentems, werden twee dier onge-
lukkigen levende; en twee andere, na alvorens geworgd te zijn verbrand;
de vijfde werd in de gevangems geworgd gevonden. Behalve
deze tooverkollen, van de ergste soort, vond men, onder de Schie-
damsche wijven , velerhande waarzegslers , en zoogenaamde teemsdraai-
sters, die, uit het draaijen van eene teems of zeef, goed geluk wis-
ten te voorspellen. Alle deze werden uit de stad gebannen. Eene der ge-
waande dnjvelskunstenaressen, in het emde van het jaar lu9U , ge-
vangen zittende, werd in den kerker, verworgd gevonden. Op reke-
ninp van den boozen geest werd dit feit gesteld , en het lijk der rampza-
lige diensvolgens, waardig gekeurd om tot asch verbrand te worden. De
volvoering van dit belachgelijk vonnis geschiedde m de maand February
des i'aars 1891. Gelukkiger voor de bclanghebbenden was de uitslag
van soortgelijk eene beschuldiging in den jare 1892 , ingebragt tegen
zekere M a r i j t j e A rends., huisvrouw van J akob A driaanszoon , die, om
gewaande tooverij in hechtenis was genomen. De Baljuw der stad
M e lc h io r W illemszoon van W e l h o e k , nevens den Procureur-Generaal,
veroordeelden haar om verbrand te worden. Van dit vonnis benej)
zieh de ongelukkige op het Hof, hetwelk vervolgens, op den 29 February
des iaars 1592, een vonnis streek, volgens hetwelk de gemelde au
b u t j e A r e n d s , tot scherper onderzoek op de pijnbank moest gebragt
worden. Doch dit vonnis had insgelijks geenen voortgang; na nog
ruim drie maanden zittens, werd het volgens uitspraak van den mögen
Raad, vernietigd., de gevangene op vrije voeten gesteld en
Bali uw van S c h ie d am , nevens de Procureur-Generaal, verwezen in
kosten. Sedert hoorde men niet meer van het vangen en straiten v
tooverkollen , door de Regering van S c h ied am . , c rnlEnA«
A a n m e r k e l i j k e beweging ontstond er , m het jaar 1672 , llLScB >
om de verheffing van Prins W il l em III- te bewerken. De VroedschaP
W il lem N ie itw pq o r t , verdacht van ’sPrinsen bevordering e wi
tegenhouden, werd door het gemeen gevat en smadelijk gehanüe
Men dreef de zaak door en liet weibaast de oranjevlag van den toren
waaijen.
In den befaamden twist, over de werving van zestien duizend man
troepen, in het jaar 1684 , was S chiedam de eenige stad , welke de
zijde van Amsterdam hield. Zij deed eene aanteekening ter staatsver-
gadering , bij welke zij verklaarde , » het hesluit op de werving te
» houden voor nietig en krachteloos, als tegen het aloude gebruik
» genomen zijnde , protesterende, wijders van al het orfheil, hetwelk
• e r, in tijd en wijle, uit zoude kunnen rijzen , en de loestemming
i) niet kunnende geven, dat het ter Algemeene Staatsvergadering zoude
» worden ingeleverd.>’
Eindelijk teekenen wij nog aan, dat de burgers van S chiedam , even
als van andere steden, gedurende de jaren 1747 en 1748, hunnen
ijver betoonden , in het opstellen en ter teekening aanbieden van ver-
zoekschriften over burgerlijke bezwaren, hoewel men later, dan in eenige
andere steden , daarmede eenen aanvang maakte. De uitslag was hier
de zelfde als elders. ’s Prinsen Gemagtigden ontsloegen er de geheele
Regering, doch herstelden haar wederom, op een lid na , hetwelk van
zijnen post ontzet bleef. Tevens werd de vroedschap weder op vier eil
twintig vermeerderd.
Bij den hoogen vloed van November 1775 heeft S chiedam en zijne
emstreken ook veel van het water geleden. Even na tien ure des
morgens, van den veertienden, moest het aldaar, volgens de gewone
rekening hoog water zijn, doch het bleef bij aanhoudendheid wassen
tot omtrent een uur na den middag, wanneer het de hoogte van zes voet
hoven het peil van hoog water , dat men hier gemeenlijk met bestendig
weder heeft, bereikte. Daarop volgde eene ebbe , welke zoo tragelijk
voortging en zoo kort van duur was , dat het water niet meer dan eenen
voet zakte en dus nog vijf voet boven bet gemelde peil bleef staan. — Men
was alzoo hier, even als in onderscheidene andere plaatsen , ten uiterste
bekommerd tegen den avondvloed , en het bleek dat men reden had, om
zulk eene vrees te voeden, want het water wies daarbij nog een voet
en anderhalve duim hooger dan het des morgens geweest was, zoodat
het zeven voet en anderhalve duim boven het gewone hoog waterpeil
stond. Het stroomde toen over de vloeddeuren van de buiten sluis en
over de Frankenlandsche en Mathenesse dijken heen , zoodat er eene
aanmerkelijke hoeveelheid waters in die polders stortte, waarbij nog
kwam, dat de poort, naast de woning van zekeren J o r is H oogendam ,
op het Schiedamsche Hoofd , door de kracht van bet water verbroken
zijnde , wegspoelde ,• waarna het zieh door deze opening eenen weg
baande, en in weinig tijds het geheele Nieuw-Frankenland over-
stroomde. — De dijk van Nieuw-Mathenes tusschen deze stad en Delfs-
haven , brak op zes onderscheidene plaatsen door, welke doorbraken te
zamen eenelengte van 60 eil. hadden , en 2 eil. of 2 | eil. diep waren. Ook
brak er in den Schinkeldijk , een gat van 11 eil. lang , en tusschen
2 en 5 eil. diepte , beneden den krnin van den dijk, waardoor de laatsb-
gemelde polder en Oost-Frankenland , dermate overstroomd werden ,
dat het w:ater tot aan de stad vloeide , en de tuinen, geiijk ook de
Plantaadje onderliepen., zoodat men er met schulten konde doorvaren.
De oudste lieden konden zieh niet herioneren , zulk eene overstrooming
beleefd te hebben , dewijl het water toen 2 palm hooger was dan in
het jaar 1 6 8 2 ,.en 5 duim hooger dan in het jaar 1717.
S chiedam heeft ook rijkelijk gcdeeld in de onlustea van de jaren 1786
en 1787 j niemand is daar echter eenig aanmerkelijk leed wedervaren