eene, waardoor het water in den molenboezem wordt opgemalen , wijd
1.80 eil., voorzien van eene drijfdeur en met het jaartal 1794, en
eene bewestcn den watermolen, wijd 1.34 eil., voorzien van eene drijf-
deur , waardoor het water van S c iiud debeu r s zieh, bij lagen boezem,
zonder hulp van den watermolen onllasl. Het zomerpeil is 1 eil. be-
neden A. P.; het maalpeil 0.40 eil. boveu A. P., en de hoogte der
dijken 5 eil. 9 palm. boven A. P.
Ten gevolge der verlamming van de uitwatering op den Amer heeft
men, in 1794, den thans bestaanden watermolen gehouwd, hebbende
ongeveer 29^ eil. vlngt en een sebeprad, welks schoepen 0.80 eil. breed
zijn. Deze molen bemaalt ook het Oudland en het Nieuwland, als-
mede, sedert 1831, ook tijdelijk den polder de Berkum ; het onder-
houd van den watermolen echter, wordt gedragen door Schudde-
b e u r s , het Ou dl an d en het Nieuwland, terwijl de polder Berkum
, zoo lang bij door dezen molen bemalen wordt, in de kosten
met 2.30 guld. per hunder jaarlijks deelt.
Het water van dat gedeelte van dezen pold., hetwelk de Vegctas
genoemd wordt, stört zieh in den boezem van Sch udde be u rs, door
een afzonderlijk sluisje wijd 0 .9 0 , voorzien van een drijfdeurtje en
dragende het jaartal 1794
SCHUDDEBORS, voorra. afzonderlijke pold. in het markgr. van
Bergen-op-Zoom, prov. Noord-Braband, Vierde distr., arr. Breda,
kant. Zevenbergen, gern. Fynaart-en-Heyningen. — Deze pold. maakt
thans een gedeelte van den Oude-Appelaar uit.
SCHÜDDEBORS-OUDE-APPELAAR-EN-DORPSGORS, pold. in het
markgr. van Bergen-op-Zoom, prov. N oord-Braband. Zie Appeuak
(O odb- ) .
SGHUDER-BEEK (DE), beek in Eemland, prov. Utrecht. Zie
ScHDURE-BEEK.
SCHUIF-SLOOT (DE), water in Dregterland, prov. N oord-Holland,
dat in eene westelijke rigting van Schardam naar de Beemster loopt.
SCHUILENBURG , voorm. hofstede, in Delfland, prov. Zuid-Hol-
land, arr. en 2J u. Z. van ’s Gravenhage, kant. en gern. JYaaldwijh.
SCHUILENBURG, buurs., prov. Friesland, kw. Oostergoo, griet.
Tietjerksteradeel, arr. en 3^ u. 0. van Leeuwurden, kant. en 1 u.
0 . ten N. van Bergum, £ u. Z. van Bestrum, aan den weg van Eestrura
naar Oostermeer, aan het Kolonels- of Robles-diep, nabij en even teo
0 . van het Bergumer-meer.
Hier was vroeger eene naauwe schutsluis of verlaat. Zie Schui-
l e n b u r g e r -Va l l a a t (De). — Ook is hier eene bekendc herberg
van dien naam.
SCHUILENBURG, huis, prov. F r ie s la n d griet. Hemelumer-Olde-
phaert-en-Noordwolde, tusschen Hindeloopen en Molkweerum , aan
den Zeedijk, zijnde de zetel van het dijksbestuur van Wymbritsera-
deel enz.
SCHUILENBURG, voQrm. havez. in Zalland, prov. Overijssel. Zie
ScHUYLENBURG.
SCHUILENBURG, aanzienlijke hofstede in Kennemerland, prov.
Doord-Holland, arr., kant. en 1 u. W. van Alhmaar, gem. Wimme-
num, niet ver van de plaats, waar vroeger eene kapel plecg te staan,
tusschen deze kapel en Egmond-op-den-Hoef.
SCHUILENBURGER-YALLAAT (HET), voorm. schutsluis of verlaat,
prov. Friesland, kw. Oostergoo, griet. Tietjerksteradeel, % u. Z. van
Eestrum, in het Kolonelsdiep.
Deze sluis, welke zeer naauw was , bragt eene groote belemmering
io de drukke vaart, waarover de sehippers algemeen klagten aanhie-
ven. Voor weinige jaren is zij echter weggeruimd.
SCHUILER of S c h i i l l e r , geh. in het Land-van-Valkenburg , prov.
Limburg, 'arr. en 2£ u. 0 . van Maastricht, kant. en 1 u. N. W. van
Gulpen, gem. en 80 min. W. van Wijlre; met 24 h. en 140 inw.
Er is hier eene kapel, aan de H. B a r b a r a toegewijd, welke tot de
par. van Wijlre behoort, en door eenen Kapellaan bediend wordt.
SCHUILKERK of S c h o y l k e r k , adell. h. in den Tielerwaard, prov.
Gelderland, Benedendistrikt, arr. en 3 j u. W. van Tiel, kant. en l£n.
Z. van Geldermalsen , gem. en achter de kerk van Waardenburg, N.
van den Waaldijk.
Dit adell. h. is bijna geheel vernieuwdj alleen aan de steenen van
het oude gedeelte kan men ontwaren, dat op de zelfde plaats een oud
gebouw gestaan heeft. Het beslaat, met de daartoe behoörende gründen,
eene oppervlakte van 1 bund. 21 v. r. 80 v. eil., en wordt thans
in eigendom bezeten en bewoond door den Heer B. G. Y e b s t e e g h .
SCHUINJA-BUGRT , b., prov. Friesland, kw. Zevenwouden, griet.
Gaasterland, arr. en 4 u. Z. W. van Sneek, kant. en 3 u. W. van
de Lemmer, l u. N. W. van Mims, waartoe zij behoort.
SCHUITEL-MEERTJE of S c h o t t e l - m e e r t j b , meertje, prov. Friesland
, kw. Westergoo, griet. Wymbritseradeel, 0. van Oudega , dat
ten W. inet de Geeuw en ten 0 . met de P a l s e p o e l -in verhin-
ding staat.
SCHUITENDIEP (HET), water, prov. Groningen, dat van de Nieuwe-
schans, bij de Oostfriesche grenzen, in eene doorgaans westelijke rigting
naar de stad Groningen loopt. Veelal echter vcrstaaL men onder
den naam van S c h d i t e h d i e p slechts dat gedeelte van het water of diepj,
dat van het Rleinpoortje loopt tot aan de Spilsluizen in de stad Groningen
, wordende het huiten de stad meer algemeen het W i n s c h o t e r -
diep genoemd. Zie voorts dat woord.
SCHUITENGAT (HET), vaarwater ten N. van de Zuiderzee, ten
N, 0. van de Vlie-reede en Z. W. van de zuidwestelijke punt van Ter-
Schelliug.
Dit vaarwater Staat met de hoofdvaarwaters en met de zeewaters van
het Ylie en Ter-Schelling in verbinding, en men komt daardoor in de
haven van Ter-Schelling.
SCHUITENGAT (HET), water in de Wadden, dat-met eene noord-
westelijke rigting in de schorren, ten Z. W. van Ameland inschict.
SCHUITENZAND, zandbank in de Zuiderzee, ten W. voor de haven
van Harlingen. Het is het oostelijke gedeelte van Jiet Langezand.
SCHU1T-SLOOT (DE) , grift in Zalland, prov. Overijssel, gern. Stap-
horst, zieh, in e e n e noordwestelijke rigting, uitstrekkende van Rouveen
naar 'Zwartsluis.
Op deze grift, welke thans in verval is , vaart een veerschip van
Rouveen naar Hasselt. Zij dient ook, met nog meer anderen , om te
beter bij de hooilanden te kunnen komen en de geregelde waterlozing
•n de Rechterens-gracht te hevorderen.
SCHULLER, geh. in het Land-van-Valkenburg, prov. Limburg.
Zie ScHDlLER.
SCHULPBRUG (DE), brug in Amstelland, prov. IVoord-Holland,
over de Ringsloot van het Diemermeer, u. Z. van Amsterdam.
Deze brug ontleenl hären naam van de herberg de Sc hulp , welke ,
°P den hoek van het meer, in de nabyheid staat.