ten N. 0 . door de Straat-van-Bangka, len 0 . door de Zeo-van-Java ,
len Z. 0. door de Straat-van-Sunda , ten, Z, en W. door de Indi-
sche-zee en len N. W. door de Golf-van-Bengalen , en ligt tusschcn
8° 20' en 5° 32' Z. B. en 112° 81' en 125° Bl' 0 . L. Het slrekt
zieh uit van het Noordwesten , waar het genoegzaam in een punt ein-
digt, naar het Zuidoosten ,' waar het ook geringe breedte heeft; het
is nagenoeg 300 mijlen lang en op het breedst 67 mijlen , wanneer
men , van Indrapoera en van Kawoer , eene lijn dwars over het eiland
Irekt. Het beval ongeveer 10,600 vierkante mijlen.
De gedaanlc is een langwerpig zeer ongelijkvormig vlak, dat onderschei-
dene groote, vooruitstekende punten en kapen heeft, die vele baaijcn vormen.
De voornaamste hocken , punten en kapen zijn aan de Westkust :
Vl a k k e - h o e k of Ho e k - v a n -B l imb i n g , Kl i p - P i n g a n g ,
Hoek-Bander , Manna, Pocloe-pnnt of B u f f e l s - k a a p , Hoek-
v a n - 1n d rapoer a , Kaap-Massang , La l l o e of L a b o e a n - L a -
loe, Ka ra ka r a , Ba toe-Mamoe, B a t o e - ß a r r o e of Batoe-
Boe r o e - l i o e k , K a a p - S i t o e of S i n g k e l , Soeloe, Mo nki e r ,
F e l i x of 0 e d j o n g - S a r ri e , Boboan g en Rosa. Aan de
Noordkast, beginnende met de noordwestpunt : Ko n i n g s h o o f d of
Ka a p -A t s j e e n , R a a p - P e d r o ,B a t o e - P a t i e , P e d i r - k a a p ,
Me c r d o e - p u n t , Hp e k -R a d j a , P a s s a n g a n - p n n t , deRot -
s i g e -Di ama n t s - p u n t of T an d j o n g-Pe r l a k en deNoordoost -
l ioek. Aan de Oostkust: P u n t - P ra a uw - H i 1 a , Kwal la-Lang-
s a , Lan j j ka t -Toewa , S a b oe n ga - B o e ng a , Ma t i e , Bangsie,
Ba n l a n , Dj a t i e , Baroe of Ba r r o e , Ba s a , Bon, Batoe-Ka-
r ang en in Straat-Bangka, de Y i e r d e - p u n t , de De r d e - p u n t ,
de Twe e d e - p u n t , de Ee r s t e -pu nt en Lu ei p ara - p u n t. Aan
de Zuidkust : de Yarkenshoek , de H oe k - v a n- Radj a -Ba ss a,
T a n d j o n g -T e k o e s , Ta n d j o n g -Tj i n a of de Chineesehe-
h o e k.
De Zuidwestkust van S umatra is , tot nabij de ruime zee , steil en
bergachtig , en aan de onstuimige golven blootgesteld , terwijl ook eene
menigte klippcn de scheepvaart hier gevaarlijk maken , of althans in
den scheepsvoogd groote omzigtigheid vereischen. lntusscben wordt
het gebrek aan havens weder vergoed door de schier ontelbare rotsen
en eilandjes , inet welke die minder vriendelijke Westkust gedeeltelijk
omzoomd is , en die een aantal veilige ankerplaatsen opleveren. De
Westkust van S umatra is ook beter van zoet water voorzien en over het
algemeen veel vruchtbaarder dan de Zuidkust van Java, vooral noord-
waarls van Padang , van ouds tot heden onze voornaamste bezittingaan
deze kust. De bodem der Westkust van S umatra bestaat in het algemeen
uit hardc , roode klei,- met-eene dünne Iaag zwarte aarde bedekt. ' Daar ,
waar nog geene bevolking den grond betreden heeft, levert liij een
voortdurend groeh , gras, rijs en limmerhout op. Het zuidelijker ge-
deelte tot aan kaap Indrapoera bestaat echter schier geheel uit rotsge-
bergte met ondoordringbare wouden bedekt en uit läge moerassige dalen ,
welke door die rotsen omringd zijn. Van den-voet der bergen tot aan
de Westkust wordt de läge grond door moerassen gcscheiden , die,
zieh in allerlei boglen wendende, hun overlollig water in de zee of in
de kommen , die gewoonlijk in de nabijheid van gfoote rivieren worden
aangetrolfen, ontlasten. Deze moerassen omringen eene menigte eilandjes
en schiercilandjes, die somtijds vlak, doch in het algemeen
steil zijn ; einigen hebben eene gemakkelijke hclling , maar anderen
eenen loodregten stand van honderd voet. Het is een zeer vreemd ,
maar tevens hoogst aangenaam schouwspcl, van eene hoogte de menigte
vlakten, eilanden, waterplassen en steilten to zien; dikwerf hebben
de afzonderlijke heuvelen en waterkommen het voorkomen van
een amphiteater, en bij het schakeersel van een immer vernieuwd groen ,
wordt de aandacht van den beschouwer tot bewondering geslemd.
De Oostkust van S umatra is in hare zamenstelling ten* eenemäie van
de Westkust onderscheiden. Het gebeele kustland is vlak en met ondoordringbare
wouden bedekt, met rhizoporen , palmen , vijgeboomen ,
kalmoes en lianen of soortgelijke slingerplanten doormengd, en tot een
geheel verbonden. De grond zelf is er moerassig en in den regenlijd of
ook* bij hoogen vloed grootendeels overstroomd. Deze moerassige woud-
wocslijn is slechts karig bewoond ; kleine dorpen liggen hier en daar
längs de rivieren , omringd door digt ineengegroeide bosschen ; maar
vooral toont het land eene verbazende vruchtbaarheid. Groote riviereu
doorsnijden het eh zijn de eenige wegen längs de gebeele kust. Alleen
aan de oevers wonen de inlanders , die de moerassen en wouden aan
apen, neushorens, alligators, tijgers en ander woest gedierte overlaten.
Deze rivieren zijn te gelijkerlijd de handelskanalen , welke het binnen-
land en de kust met de zee verbinden ; want ofschoon zij allen aan
bunne mondingen meer of min met slijk verstopt zijn, kunnen toch
de meeste door groote schepen ver bevaren worden.
Wanneer men de bestanddeelen , waaruit de gebergten van S umatra
zamengesteld zijn, nagaat, en daarbij de rigting dier gebergten in aan-
merking neemt, is men geneigd te gelooven, dat zij met die op Java
zamenhangen , en zoo verder, door de Sundasche eilanden heen, voort-
loopen .tot op het eiland Timor , waar die keten , naar het schijnt, op-
houdt, of althans gebroken wordt. In het noorden van S umatra ein-
digt de schakel in het Koningshoofd, om de'Brassi-Eilandjes als. ver-
binding met de Nicobarische-Eilanden te gebruiken, en vervolgens in
de Andaman-Eilanden voort te loopen, om weHigt in het gebergle van
het Malabaarsche schiereiland zieh aan het vaste land van Azie te hechten.
In de geheele lengte is S umatra van bergen , gebergten en berg-
ruggen doorsneden , die veelal kort aan de westkust naderen, doch
ver van de oostkust verwijderd zijn. Men treft onderscheidcne berg-
vlakten aan van 440 en 470 eil., ja zelfs enkele tot 9o0 eil. en meer
boven de zee verheven. De binnen- en bovenlanden , alsmede de bergen
, zijn voor het overige nog niet genoegzaam bekend ol onderzocht.
De berg Sago, ook wel verkeerdelijk Kasoemba genoemd, is slechts
1900 eil. hoog ; de Opli ir of P a s saman , een vuurberg, heeft de
hoogte van 2920 eil.; de Merapi , mede een vuurberg, 2900 eil.;
doch het is zigtbaar, dat de eigenlijke top is ingestort, zoodat die berg
welligt 3800 eil. hoog geweest is ; de Sengalang is thans hooger dan
de Merapi. De Bo e k i t -Ra b a heeft in November 1835, door eene
geweldige uitbarsting in de omliggende landschappen groote schade aan-
gerigt en vele menschen van het leven beroofd. De vuurberg Dempo,
meer zuidelijk, ligt in een woest landschap , te inidden vau onloegan-
kelijke bergkloven en bosschen. ünder de Vulkanen tolt men nog den
Goe n o n g - a p i , op het midden des eilands onder de linie, wiens
lava weleer in de rigting van Priamang gezien is , doch geene schade
heeft kunnen te weeg brengen , dan allecn het verbranden der nabij
gelegene onbewoonde wouden. In de nabijheid van Bengkoelen , aan de
westkust, is een vuurberg, die bijna nimmer rookt, doch wiens rook
slechts in den niorgenstond zigtbaar is , en zeldcn hoog opstijgt. De
krater van dezen berg is , uitboofde der omliggende zware wouden,